6SHE-00H
Maatregelen bij ieder bericht
Raadpleeg de volgende informatie om voor een bericht mogelijke oorzaken en oplossingen weer te geven.
Als u geen fax kunt verzenden, het geheugen vol is of als er bedieningsproblemen zijn, verschijnt er een bericht op het scherm.
Er wordt mogelijk een namaak- of niet-Canon-cartridge gebruikt. Hoeveelheid inkt in cartridge kan niet goed worden weergegeven.

De tonercartridge die u gebruikt, is misschien niet een origineel Canon-product.
Gebruik alleen originele Canon-tonercartridges ter vervanging van tonercartridges.
Er is een fout opgetreden tijdens verificatie van certificaat.

Het certificaat is verlopen, of bevat onjuiste informatie.
Installeer het juiste CA-certificaat.
Controleer het certificaat op geldigheidsperiode en domeinnaam in de DNS-instellingen.
Kan het certificaat van de authenticatieserver niet analyseren.

Het certificaat van de authenticatie-server kan ongeldig zijn, of het certificaat kan een formaat hebben dat niet geschikt is voor de printer.
Controleer het certificaat van de authenticatie-server.
Kan het type bestemming van geregistreerde bestemmingen in een groep niet wijzigen.

Een geselecteerde bestemming kan niet worden gewijzigd omdat deze is geregistreerd voor groepskiezen.
Als u het type bestemming wilt wijzigen dat is ingesteld voor groepskiezen, moet u eerst de opgeslagen bestemming voor groepskiezen verwijderen. Vervolgens wijzigt u het type bestemming en ten slotte registreert u de bestemming opnieuw voor groepskiezen.
Kan toegangspunt niet vinden.

Tijdens het automatisch instellen met WPS, is binnen de ingestelde periode geen draadloze router of toegangspunt gevonden.
Maak opnieuw verbinding en houd hierbij rekening met de tijdslimiet.
Er is handmatig een SSID of netwerksleutel van een draadloze router of toegangspunt ingevoerd, maar de invoer is onjuist.
Controleer de SSID en de netwerksleutel en voer de juiste waarden nogmaals in.
Een draadloze router of toegangspunt is niet gevonden als gevolg van onjuiste instellingen van het netwerk.
Als het probleem blijft optreden, controleert u de beveiligingsinstellingen van de draadloze router of toegangspunt.
Kan niet afdrukken. Er is mogelijk een niet-Canon-cartridge of niet-originele cartridge geplaatst.

Misschien kan met de geïnstalleerde tonercartridge de afdrukkwaliteit niet worden gegarandeerd.
Aanbevolen wordt om deze te vervangen met een nieuwe tonercartridge.
De tonercartridge die u gebruikt, is misschien niet een origineel Canon-product.
Gebruik alleen originele Canon-tonercartridges ter vervanging van tonercartridges.
BELANGRIJK
Als dit bericht wordt weergegeven, kunt u niet doorgaan met afdrukken. Controleer de instelling voor <Canon Genuine Mode>.
Kan geen RX-gegevens afdrukken.

Ontvangen documenten kunnen vanwege een specifieke situatie niet worden afgedrukt.
Controleer of één van de volgende situaties is opgetreden. Als er berichten inclusief oorzaken en oplossingen op het scherm verschijnen, controleert u de inhoud.
Er staat een klep open.
Er is geen papier geplaatst.
Het papier is vastgelopen.
De tonercartidge is opgebruikt.
Er is een fout opgetreden.
Kan de fax niet ontvangen. Controleer of de fax correct is verzonden door de afzender.

Het apparaat van de ontvanger heeft niet binnen 35 seconden gereageerd.
raag de afzender de fax opnieuw te verzenden. Als u een pieptoon hoort, selecteert u <Start ontvngst> en ontvang de fax.
Kan de afbeelding niet herkennen.

In Memory Media Print werd een afbeelding geselecteerd waarvoor geen voorbeeld mogelijk is.
Als het apparaat onvoldoende geheugenruimte heeft, kan het voorbeeld niet worden weergegeven. Zelfs JPEG of TIFF afbeeldingen worden soms niet weergegeven.
Kan niet verzenden omdat meer dan één bestemming is opgegeven.

Er zijn beperkingen ingesteld voor het verzenden van faxen naar meerdere bestemmingen.
Als u meerdere bestemmingen wilt opgeven, moet u <Beperk groepsverzending> instellen op <Uit>. Neem voor meer informatie contact op met uw beheerder.
Kan geen groepsbestemmingen of meerdere bestemmingen tegelijk opgeven.

U hebt meerdere bestemmingen of groepskiezen gekozen terwijl de hoorn van de haak is.
U hebt meerdere bestemmingen of groepskiezen gekozen terwijl de hoorn van de haak is. Plaats de hoorn op de haak, geef bestemmingen op en verzend faxdocumenten.
Kan geen groepsbestemmingen opgeven bij handset op de haak.

Groepskiezen was opgegeven als bestemming na het selecteren van <Haak>.
Als u <Haak> hebt geselecteerd, kunt u geen bestemming meer opgeven in groepskiezen. Geef bestemmingen op zonder <Haak> te selecteren.
Kan deze instellingen niet gebruiken. Verzenden naar de opgegeven bestemming is beperkt.

Het apparaat is zo ingesteld dat de gebruiker die is aangemeld, niet kan verzenden naar adressen die zijn geregistreerd in de geselecteerde <Favoriete instellingen>.
Wijzig de beperkingen voor verzenden voor de gebruiker die is aangemeld.
Cart.comm.fout. Er is mogelijk een namaak- of niet-Canon-cartr. in gebruik.

Misschien is er een tonercartridge niet goed geïnstalleerd of werkt deze niet goed.
Plaats de tonercartridge opnieuw. Als door het opnieuw plaatsen van de tonercartridge de fout niet verdwijnt, werkt de tonercartridge misschien niet goed. Neem contact op met de winkel waar u de tonercartridge hebt aangeschaft of vraag advies aan een Canon Customer Help Center.
De tonercartridge die u gebruikt, is misschien niet een origineel Canon-product.
Gebruik alleen originele Canon-tonercartridges ter vervanging van tonercartridges.
Communicatiefout met cartridge. Kan niet afdrukken. Er is mogelijk een niet-Canon-cartridge of niet-originele cartridge geplaatst.

Misschien is er een tonercartridge niet goed geïnstalleerd of werkt deze niet goed.
Plaats de tonercartridge opnieuw. Als door het opnieuw plaatsen van de tonercartridge de fout niet verdwijnt, werkt de tonercartridge misschien niet goed. Neem contact op met de winkel waar u de tonercartridge hebt aangeschaft of vraag advies aan een Canon Customer Help Center.
Misschien kan met de geïnstalleerde tonercartridge de afdrukkwaliteit niet worden gegarandeerd.
Aanbevolen wordt om deze te vervangen met een nieuwe tonercartridge.
De tonercartridge die u gebruikt, is misschien niet een origineel Canon-product.
Gebruik alleen originele Canon-tonercartridges ter vervanging van tonercartridges.
BELANGRIJK
Als dit bericht wordt weergegeven, kunt u niet doorgaan met afdrukken. Controleer de instelling voor <Canon Genuine Mode>.
Wijzig het authenticatiewachtwoord.

Het wachtwoord is niet meer geldig.
Stel een nieuw wachtwoord in.
Controleer de authenticatie-instellingen.

De verificatiemethode die is ingesteld op het apparaat komt niet overeen met de verificatiemethode die is ingesteld op de RADIUS-server.
Controleer dat op dit apparaat en op de RADIUS-server dezelfde authenticatiemethode is ingesteld, en stel de juiste authenticatiemethode in.
Kopiëren is beperkt.

Kopiëren is uitgeschakeld in Afdelings-id beheer.
Meld u aan met een Afdelings-ID waarvoor kopiëren niet is verboden. Neem voor de Afdelings-ID en pincode contact op met uw Beheerder.
Kan niet verbinden.

Verbinding in de Toegangspuntstand is niet gerealiseerd als gevolg van een fout.
Wacht enkele ogenblikken en probeer het opnieuw. Als u dan nog geen verbinding kunt maken, probeer dan of het helpt het apparaat kort uit te schakelen.
Er is een fout opgetreden toen verbinding werd gemaakt in de Toegangspuntstand.
Kies een ander IP-adres dan ‘192.168.22.xx’ in <Config. IP-adrs voor directe verb.>. Als u nog steeds geen verbinding kunt maken, controleer dan de instellingen van het subnetmasker. Voor meer informatie neemt u contact op met uw netwerkbeheerder.
Kan niet verbinden. Controleer de PSK-instellingen.

De netwerksleutel (PSK) van een draadloze router of toegangspunt waarmee verbinding moet worden gemaakt, is niet goed ingesteld op het apparaat.
Controleer de netwerksleutel (PSK) van de draadloze router of toegangspunt en stel de sleutel opnieuw in op het apparaat.
Als het probleem ook blijft optreden nadat u de netwerksleutel hebt gecontroleerd, controleert u of het apparaat goed is geïnstalleerd en klaar is voor verbinding met het netwerk.
Problemen met draadloos LAN-verbindingKan niet verbinden. Het maximumaantal apparaten dat verbinding kan maken met het toegangspunt is bereikt.

Het apparaat heeft geprobeerd verbinding te maken met een draadloze router of toegangspunt waarop reeds het maximale aantal toestellen was aangesloten.
Verminder het aantal toestellen (clients) dat op de draadloze router of toegangspunt is aangesloten. Zie voor informatie over het maximale aantal toestellen dat kan worden aangesloten, de instructiehandleiding van de draadloze router of toegangspunt of neem contact op met de fabrikant.
Kan niet verbinden via Eenvoudige verbinding via pc. Het apparaat wordt opnieuw opgestart.

Verbinding in de Toegangspuntstand is niet gerealiseerd als gevolg van een fout.
Start de machine opnieuw op en verricht <Eenvoudige verbinding via pc> nogmaals.
Er trad een fout op tijdens de procedure voor Eenvoudige verbinding via pc (cableless setup mode).
Start de machine opnieuw op en verricht <Eenvoudige verbinding via pc> nogmaals.
Kan geen verbinding maken met het draadloze LAN. Zet de hoofdschakelaar UIT en AAN en configureer de instellingen opnieuw.

De verbinding is mislukt vanwege een fout tijdens het instellen van de draadloos LAN verbinding.
Start de machine opnieuw op en geef de instellingen nogmaals op.
Als het probleem ook blijft optreden nadat u het apparaat opnieuw hebt opgestart, controleert u of het apparaat goed is geïnstalleerd en klaar is voor verbinding met het netwerk.
Problemen met draadloos LAN-verbindingAls het probleem zich blijft voordoen zelfs nadat u de draadloze LAN-verbinding hebt gecontroleerd, controleert u de beveiligingsinstellingen van de draadloze router of toegangspunt.
Kan niet verbinden via WPS. Wacht even en configureer de instellingen opnieuw.

Tijdens het automatisch instellen met WPS is de verbinding door een fout mislukt.
Wacht even en probeer het daarna opnieuw. Als het probleem blijft optreden, controleert u of de draadloze router of toegangspunt wel ondersteuning biedt voor WPS.
Als WPS wordt ondersteund:
Controleer of het apparaat goed is geïnstalleerd en klaar is voor verbinding met het netwerk.
Problemen met draadloos LAN-verbindingAls WPS niet wordt ondersteund:
Stel het apparaat in met behulp van een andere verbindingsmethode.
Kan geen verbindingen van draadloze apparaten detecteren.

Binnen de vooraf vastgelegde tijdsduur kon geen mobiel apparaat worden waargenomen.
Maak opnieuw verbinding en houd hierbij rekening met de tijdslimiet.
Kan geen reiniging uitvoeren.

Er is papier vastgelopen tijdens het reinigen.
Verwijder het vastgelopen papier, plaats het papier op de juiste manier en voer de reinigingsprocedure nogmaals uit.
Er is nog onvoldoende toner beschikbaar voor het reinigen van de fixeermodule.
Er wordt namelijk een hoeveelheid toner verbruikt tijdens het reinigen. Vervang de tonercartridge en voer de reinigingsprocedure nogmaals uit.
Kan geen correctie uitvoeren.

De papierlade bevat geen papier dat geschikt is om een correctie uit te voeren.
Plaats papier in de papierlade dat overeenkomt met de papierspecificaties die op het scherm worden weergegeven.
Een correctieafbeelding die nodig is voor het uitvoeren van een correctie is niet op de glasplaat gelegd.
Leg de correctieafbeelding met de afdrukzijde naar beneden en met de dunne zwarte lijn links.
Er is papier vastgelopen tijdens de correctieprocedure.
Er is niet voldoende toner beschikbaar voor het uitvoeren van de correctie.
Tijdens een correctieprocedure wordt een hoeveelheid toner gebruikt. Vervang de tonercartridge en voer de correctieprocedure nogmaals uit.
Kan open systeem-authenticatie niet uitvoeren. Controleer de WEP-instellingen.

De verificatiemethode van het apparaat is ingesteld op <Open systeem>, maar die van een draadloze router of toegangspunt op ‘Gedeelde sleutel’.
Maak opnieuw verbinding door de WEP-verificatiemethode handmatig te wijzigen in <Gedeelde sleutel>.
Het MAC-adres van het apparaat is geweigerd omdat het MAC-adresfilter is ingesteld op een draadloze router of toegangspunt.
Stel de draadloze router of toegangspunt zo in dat het MAC-adres van het apparaat en uw computer worden toegestaan. Raadpleeg voor meer informatie over hoe u dat kunt instellen, de instructiehandleiding van de draadloze router of toegangspunt, of neem contact op met de fabrikant. Om het MAC-adres van het apparaat te controleren, selecteert u <Menu>

<Voorkeuren>

<Netwerk>

<Instellingen draadloos LAN>

<Verbindingsinfo>.
Kan authenticatie met gedeelde sleutel niet uitvoeren. Controleer de WEP-instellingen.

De netwerksleutel (de WEP-sleutel) van een draadloze router of toegangspunt waarmee verbinding moet worden gemaakt, is niet goed ingesteld op het apparaat.
Controleer de netwerksleutel (de WEP-sleutel) van de draadloze router of toegangspunt en stel de sleutel opnieuw in op het apparaat.
Maak opnieuw verbinding door een draadloze router of toegangspunt te selecteren of door de WEP-verificatiemethode handmatig te wijzigen in <Open systeem>.
De verificatiemethode van het apparaat is ingesteld op <Gedeelde sleutel>, maar die van de draadloze router of toegangspunt op ‘Open systeem’.
Wijzig de WEP-verificatiemethode in ‘Gedeelde sleutel’ op de draadloze router of toegangspunt en maak opnieuw verbinding. Raadpleeg voor meer informatie de handleiding van de draadloze router of toegangspunt, of neem contact op met de fabrikant.
Directe verbinding beëindigd.

Verbinding met het mobiele toestel werd onderbroken.
Realiseer de directe verbinding opnieuw.
Eenvoudige verbinding via pc beëindigd wegens time-out. Het apparaat wordt opnieuw opgestart.

Vanaf de start van de procedure voor Eenvoudige verbinding via pc (cableless setup mode) zijn 30 minuten verstreken, maar de pc kan nog steeds niet worden verbonden.
Start de machine opnieuw op en verricht <Eenvoudige verbinding via pc> nogmaals.
Einde gebruiksduur cartridge.

De tonercartridge heeft het einde van de gebruiksduur bereikt.
We raden u aan de tonercartridge te vervangen.
Faxen is beperkt.

Faxen is uitgeschakeld in Afdelings-id beheer.
Meld u aan met een Afdelings-ID waarvoor faxen niet is uitgeschakeld. Neem voor een Afdelings-ID en pincode contact op met uw Beheerder.
Authenticatiefout Google Cloudprinter

Cloud Print kon server-authenticatie niet uitvoeren, of kon geen informatie ophalen voor registratie.
Controleer of de datum en tijd juist zijn ingesteld.
Communicatiefout Google Cloudprinter

Afdrukken via de cloud is niet mogelijk omdat er een fout is opgetreden.
Controleer of het apparaat een correcte verbinding heeft met een draadloze LAN of bekabelde LAN.
Het is mogelijk dat een poort die wordt gebruikt voor afdrukken via de cloud wordt geblokkeerd door een firewall of een andere beveiligingsmethode. Controleer op uw computer of de 5222-poort beschikbaar is.
Als er een proxyserver wordt gebruikt op het netwerk, controleert u of de proxyinstellingen op het apparaat en de server correct zijn. Neem contact op met uw netwerkbeheerder voor details.
Plaats papier.

Er bevindt zich geen papier in de papierlade of de multifunctionele lade.
Hier plaatst u het papier.
Er is geen papier geladen waarop rapporten of lijsten kunnen worden afgedrukt.
Laad het juiste papier voor het afdrukken van rapporten of lijsten, en realiseer instellingen voor papierformaat en papiersoort.
Er is geen papier geladen waarop ontvangen documenten kunnen worden afgedrukt.
Laad het juiste papier om het ontvangen document af te drukken, en realiseer instellingen voor papierformaat en papiersoort.
OPMERKING
Als u ontvangen documenten afdrukt op ander papier dan het formaat A4 of Letter, kunnen sommige delen van de afbeelding mogelijk ontbreken of wordt de afbeelding opgesplitst en op verschillende vellen afgedrukt.
Als <Krullen dun papier corrigeren> is ingesteld op <Aan>, en uitsluitend het papiersoort <Dun 1> is opgegeven, hebt u geprobeerd dubbelzijdig af te drukken.
Stel <Krullen dun papier corrigeren> in op <Uit> of verander de afdrukmodus in enkelzijdig afdrukken, en probeer dan nogmaals af te drukken.
Laag cartridgeniveau

De tonercartridge moet binnenkort vervangen worden.
Zorg ervoor dat u een vervangende tonercartridge gereed hebt. Als u dit bericht ziet voordat u een grote taak wilt gaan afdrukken, moet u eerst de tonercartridge vervangen.
OPMERKING
Als u <Doorgaan met afdrukken> kiest
Als dit bericht verschijnt tijdens het kopiëren of afdrukken, kunt u doorgaan met het afdrukken van het origineel.
Als een bericht wordt weergegeven wanneer het apparaat een fax/I-Fax ontvangt of als automatische rapportuitvoer is ingesteld, worden ontvangen faxen/I-Faxen en rapporten in het geheugen opgeslagen zodat deze niet onduidelijk worden afgedrukt. Als u verder wilt gaan met afdrukken wanneer de toner bijna op is, moet u <Door. m afdr. bij lege cart.> instellen op <Aan>.
Geheugen vol (Beveiligde afdruk)

Het geheugen is vol geraakt door beveiligde documenten die nog niet zijn afgedrukt.
Verwijder de beveiligde documenten die in het geheugen zijn opgeslagen.
Geheugen vol (Fout overslaan)

Het geheugen is vol geraakt met afdrukgegevens die vanwege fouten niet kunnen worden afgedrukt.
Annuleer het afdrukken van de documenten waarin fouten optraden, of druk de documenten af door <Fout overslaan> te selecteren in het scherm Status afdrukopdracht.
Geheugenmedia afdruk is beperkt.

De functie om bestanden af te drukken vanaf een USB-geheugentoestel is uitgeschakeld.
Stel <Gebruik afdrukfunctie> in <Instellingen geheugenmedia> op <Aan>.
Geen antwoord van de bestemming.

Er kan een LAN-kabel zijn losgeraakt, of er kan iets mis zijn in een schakelaar.
Controleer de status van de LAN-kabels en schakelaars.
Geen respons van de host.

Het apparaat is niet op de juiste manier verbonden met een netwerk.
Controleer de instellingen van de machine en het netwerk, en maak opnieuw verbinding.
Papier vastgelopen.

Er is papier vastgelopen.
Verwijder het vastgelopen papier en druk opnieuw af (mogelijk wordt het afdrukken automatisch verder uitgevoerd).
Papierstoringen verhelpenPapierformaat past niet bij instellingen

Het papierformaat dat op het bedieningspaneel is geselecteerd, komt niet overeen met het geladen papierformaat.
Zorg ervoor dat het formaat papier dat is opgegeven bij <Papierinstellingen> overeenkomt met het formaat van het geladen papier.
Het geladen papier gebruiken
Zorg ervoor dat <Papierinstellingen> overeenkomt met het formaat van het geladen papier.
Papier laden zonder de instellingen te wijzigen
Laad het papier met het formaat dat is opgegeven bij <Papierinstellingen>.
OPMERKING
Als u afdrukt vanaf een computer, controleer dan of het papierformaat dat is opgegeven in het printerstuurprogramma overeenkomt met het geladen papierformaat.
Controleer dat de papiergeleiders in de papierlade in de juiste positie zijn gezet.
Cartridge voorbereiden.

De tonercartridge moet binnenkort vervangen worden.
Zorg ervoor dat u een vervangende tonercartridge gereed hebt. Als u dit bericht ziet voordat u een grote taak wilt gaan afdrukken, moet u eerst de tonercartridge vervangen.
OPMERKING
Als dit bericht verschijnt tijdens het kopiëren of afdrukken, kunt u doorgaan met het afdrukken van het origineel.
Als een bericht wordt weergegeven wanneer het apparaat een fax/I-Fax ontvangt of als automatische rapportuitvoer is ingesteld, worden ontvangen faxen/I-Faxen en rapporten in het geheugen opgeslagen zodat deze niet onduidelijk worden afgedrukt. Als u verder wilt gaan met afdrukken wanneer de toner bijna op is, moet u <Door. m afdr. bij lege cart.> instellen op <Aan>.
Afdrukken is beperkt.

Afdrukken is uitgeschakeld in Afdelings-ID beheer.
Meld u aan met een Afdelings-ID waarvoor afdrukken niet is uitgeschakeld. Neem voor een Afdelings-ID en pincode contact op met uw Beheerder.
Scannen op afstand is beperkt.

De functie om te scannen vanaf een computer is uitgeschakeld in Afdelings-id beheer.
Meld u in de Systeembeheerder-modus aan bij de externe UI, geef het bewerkingsscherm voor de desbetreffende Afdelings-ID beheer weer en schakel het selectievakje [Scanopdrachten met onbekende ID's toestaan] in.
Scannen is beperkt.

Scannen is uitgeschakeld in Afdelings-id beheer.
Meld u aan met een Afdelings-ID waarvoor scannen niet is uitgeschakeld. U kunt een Afdelings-ID en pincode opvragen bij uw Beheerder.
Stel de juiste authenticatiegegevens in.

De informatie over client-verificatie (sleutel en certificaat, gebruikersnaam en wachtwoord, of CA-certificaat) is niet goed ingesteld.
Controleer de opgegeven verificatiemethode en verificatie-informatie (sleutel en certificaat, gebruikersnaam en wachtwoord en CA-certificaat).
Stel de benodigde gegevens voor authenticatie in.

De IEEE 802.1X-verificatie is niet goed geconfigureerd.
Configureer de IEEE 802.1X op de juiste manier vanaf de UI op afstand.
Het opgeven en registreren van nieuwe bestemmingen is beperkt.

Alleen bestemmingen die zijn opgeslagen in het adresboek kunnen worden geselecteerd voor het versturen van een fax of een e-mail.
Als u een nieuwe bestemming wilt invoeren met het bedieningspaneel, of wilt toevoegen of bewerken in het adresboek, moet u <Beperk nieuwe bestemmingen> instellen op <Uit>. Neem voor meer informatie contact op met uw beheerder.
Het certificaat van de authenticatieserver is verlopen.

Het server-certificaat dat is verstuurd vanaf de RADIUS-server is niet meer geldig.
Controleer gedurende welke periode het server-certificaat op de RADIUS-server geldig is.
Het certificaat van de authenticatieserver is onjuist.

In de printer is geen CA-certificaat geregistreerd dat geschikt is voor het certificaat van de verificatie-server.
Controleer dat er een CA-certificaat is geregistreerd printer dat geschikt is voor het certificaat van de authentication-server.
De computer is beperkt.

De functie om te scannen vanaf het bedieningspaneel is uitgeschakeld in Afdelings-id beheer.
Meld u in de systeembeheerdersmodus aan bij de UI op afstand, geef het bewerkingsscherm voor de desbetreffende afdelings-id weer en schakel het selectievakje [Scanopdrachten met onbekende ID's toestaan] in.
Het faxnummer heeft te veel cijfers.

Het verzenden van een fax is mislukt omdat de opgegeven bestemming te veel cijfers bevatte.
Als <Adresboek bij handset op haak> is ingesteld op <Altijd toestaan>, kan de fax wellicht niet worden als het totale aantal cijfers in het faxnummer dat u invoert en het in het adresboek geregistreerde faxnummer te hoog is. Geef een nummer op dat niet te veel cijfers bevat.
Het geheugen is vol.

Het verzenden of ontvangen van een fax is mislukt, of een origineel kan niet worden gescand vanwege onvoldoende geheugen.
Als er een verzend- of afdruktaak in de wachtrij staat, wacht u tot de taak is voltooid.
Als een ontvangen document in het geheugen is opgeslagen, moet u het document afdrukken of verwijderen.
Als u een origineel met veel pagina's wilt verzenden, verstuur het dan in kleinere delen.
Als u een fax wilt verzenden, verlaag dan de resolutie voor het scannen van het origineel.
Als u wilt scannen, wijzig dan de bestandsindeling om de bestandsgrootte te beperken.
Een gescand origineel kan door onvoldoende geheugen niet worden opgeslagen op een USB-geheugenapparaat.
Verwijder overbodige gegevens om ruimte vrij te maken op het USB-geheugenapparaat of sluit een ander USB-apparaat aan.
Het geheugen is vol. Voer de instellingen voor het type origineel opnieuw in.

Het scannen van een origineel is mislukt omdat het geheugen vol is geraakt tijdens het kopiëren.
Stel <Type origineel> in op <Tekst/Foto> voordat u gaat kopiëren.
Het geheugen is vol. Scannen wordt geannuleerd. Wilt u afdrukken?

Het scannen van een origineel is mislukt vanwege onvoldoende geheugenruimte.
Selecteer of u de pagina's die zijn gescand wilt afdrukken of de afdruktaak wilt annuleren.
Kopieer het origineel in twee of meer delen.
Niet alle pagina's kunnen worden gescand tijdens het sorteren en kopiëren.
Selecteer of u de pagina's die zijn gescand wilt afdrukken of de afdruktaak wilt annuleren.
Is dit een kopieertaak, kopieer het origineel dan in twee of meer delen of wijzig de instelling <Type origineel> in <Tekst/Foto> en kopieer vervolgens het origineel.
Het aantal ingevoerde tekens is onjuist of er zijn ongeldige tekens gebruikt.

De netwerksleutel (de WPA-, WPA2-PSK- of WEP-sleutel) van een draadloze router of toegangspunt is niet goed ingevoerd.
Controleer de netwerksleutel (de WPA-/WPA2-PSK- of WEP-sleutel) van de draadloze router of toegangspunt en stel de sleutel opnieuw in op het apparaat. Raadpleeg voor meer informatie voor het controleren van de netwerksleutel de handleiding van de draadloze router of toegangspunt, of neem contact op met de fabrikant.
Het USB-geheugen is beperkt.

De functie om gescande originelen op te slaan op een USB-geheugenapparaat is uitgeschakeld.
Stel <Gebruik scanfunctie> in op <Aan>.
De WEP-sleutel is niet correct ingesteld. Controleer de WEP-instellingen.

De netwerksleutel (de WEP-sleutel) van een draadloze router of toegangspunt waarmee verbinding moet worden gemaakt, is niet goed ingesteld op het apparaat.
Controleer de netwerksleutel (de WEP-sleutel) van de draadloze router of toegangspunt en stel de sleutel opnieuw in op het apparaat.
De verificatiemethode van het apparaat is ingesteld op <Gedeelde sleutel>, maar die van de draadloze router of toegangspunt op ‘Open systeem’.
Maak opnieuw verbinding door een draadloze router of toegangspunt te selecteren of door de WEP-verificatiemethode handmatig te wijzigen in <Open systeem>.
Wijzig de WEP-verificatiemethode in ‘Gedeelde sleutel’ op de draadloze router of toegangspunt en maak opnieuw verbinding. Raadpleeg voor meer informatie de handleiding van de draadloze router of toegangspunt, of neem contact op met de fabrikant.
Gebruik externe UI om de benodigde informatie voor authenticatie in te stellen.

De [IEEE 802.1X-instellingen] zijn foutief.
Bevestig de instellingen bij [IEEE 802.1X-instellingen].
Controleer of [Inlognaam] juist is ingesteld.
Controleer of het selectievakje [Gebruik TLS], [Gebruik TTLS] of [Gebruik PEAP] is ingeschakeld.
Als TLS wordt gebruikt, moet er een sleutel en certificaat zijn geregistreerd.
Als u TTLS of PEAP gebruikt, moeten een gebruikersnaam en wachtwoord zijn ingesteld.