9AK2-014
Afdrukken uitlijnen
Als de afdrukken verkeerd zijn uitgelijnd of als de randen van de afdrukken zijn gevouwen in de uitvoerlade van de afwerkeenheid, volgt u de onderstaande procedures om het probleem op te lossen.
1
Druk op

→ [Aanpassen/Onderhoud] → [Aanpassen actie] → [Aanpassing uitlijning finisher lade A] of [Aanpassing uitlijning finisher lade B].

'Afdruk- en afwerkingskwaliteit aanpassen' > 'Aanpassen actie' > 'Papieruitlijning aanpassen' in de Gebruikershandleiding
2
Druk op [-] of [+] om de papieruitlijning aan te passen.
Als de randen van de afdrukken zijn gevouwen
Druk op [-] om de breedte voor het uitlijnen van afdrukken te vergroten.
Als de afdrukken verkeerd zijn uitgelijnd
Druk op [+] om de breedte voor het uitlijnen van afdrukken te verkleinen.
OPMERKING
Als u [Nieten] in de afwerkingsmodus instelt, worden de instellingen in [Aanpassing uitlijning finisher lade A] en [Aanpassing uitlijning finisher lade B] uitgeschakeld.
Afhankelijk van de finisher die u gebruikt, is de bovenstaande functie mogelijk niet beschikbaar.
Dun papier uitlijnen

De frequentie van de foutieve uitlijning van afdrukken neemt toe in vergelijking met andere papiersoorten bij gebruik van "Dun 2 (60 g/m2 tot 63 g/m2 (16 lb Bond tot 16,8 lb Bond))" papier als gevolg van de kenmerken van het papier. [Uitlijningsprioriteit] instellen voor [Uitvoerprioriteitsinstellingen Finisher (Dun)] kan de situatie verbeteren.

'Instellingen/Registratie' > 'Aanpassen/Onderhoud' > 'Aanpassen actie' in de Gebruikershandleiding > raadpleeg de subsectie 'Uitvoerprioriteitsinstellingen Finisher (Dun)'
OPMERKING
Deze instelling is alleen ingeschakeld bij gebruik van "Dun 2" papier en is uitgeschakeld bij gebruik van andere papiersoorten als "Normaal" of "Dun 1 (64 g/m2 tot 79 g/m2 (17 lb Bond tot 21 lb Bond))" papier.
Afhankelijk van de finisher die u gebruikt, is de bovenstaande functie mogelijk niet beschikbaar.