Papier plaatsen

U kunt papier plaatsen in de lade en de multifunctionele lade. Plaats papier dat veel gebruikt wordt in de lade. Dit is handig omdat u dan een groot aantal vellen kunt laden. Wanneer u korte tijd papier gebruikt dat niet in de lade ligt, plaats het dan in de multifunctionele lade. Zie Papier voor informatie over beschikbare papierformaten.
Papiersoort en Papierinstellingen printerstuurprogramma
Raadpleeg voor het afdrukken de onderstaande tabel en voer in het printerstuurprogramma de juiste papierinstellingen in aan de hand van de papiersoort die u heeft geladen. Raadpleeg Basisbewerkingen met de printer voor gedetailleerde informatie over papierinstellingen en raadpleeg Papier voor informatie over het aantal vellen dat kan worden ingesteld.
Papiersoort
Papierinstelling printerstuurprogramma
Normaal papier
60 tot 89 g/m²
[Normaal [60-89 g/m2]]
[Normaal L [60-89 g/m2]]*1
Gerecycled papier
60 tot 89 g/m²
[Gerecycled [60-89 g/m2]]
Gekleurd papier
60 tot 89 g/m²
[Kleur [60-89 g/m2]]
Zwaar papier
90 tot 120 g/m²
[Zwaar 1 [90-120 g/m2]]
121 tot 163 g/m²
[Zwaar 2 [121-163 g/m2]]
Bankpost
60 tot 90 g/m²
[Bankpost 1 [60-90 g/m2]]*2 *5
91 tot 120 g/m²
[Bankpost 2 [91-120 g/m2]]*3 *5
121 tot 163 g/m²
[Bankpost 3 [121-163 g/m2]]*4 *5
Labels *6
[Labels]
Indexkaart
[Envelop]
Envelop
[Envelop]
*1 Krult het papier wanneer [Normaal [60-89 g/m2]] is geselecteerd, selecteer dan deze instelling.
*2 Als u [Normaal [60-89 g/m2]] selecteert bij gebruik van papier met een ruw oppervlak (60 tot 89 g/m²), dan is er een kans dat het papier vastloopt of dat de toner niet goed hecht en de afdrukken vaag zijn. Gebruik dan deze instelling.
*3 Als u [Zwaar 1 [90-120 g/m2]] selecteert bij gebruik van papier met een ruw oppervlak (90 tot 120 g/m²), dan is er een kans dat het papier vastloopt of dat de toner niet goed hecht en de afdrukken vaag zijn. Gebruik dan deze instelling.
*4 Als u [Zwaar 2 [121-163 g/m2]] selecteert bij gebruik van papier met een ruw oppervlak (121 tot 163 g/m²), dan is er een kans dat het papier vastloopt of dat de toner niet goed hecht en de afdrukken vaag zijn. Gebruik dan deze instelling.
*5 Als de doek vies wordt van de toner, selecteer dan deze instelling.
*6 Gebruik alleen het formaat A4 of Letter.
De volgende papiersoorten mag u niet gebruiken:
Gekreukeld of gevouwen papier
Gekruld of opgerold papier
Gescheurd papier
Vochtig papier
Zeer dun papier
Papier met een grove structuur
Glanzend papier
Papier dat eerder is gebruikt in een kopieermachine of een andere printer (de achterkant van het papier is ook onbruikbaar).
Behandeling en opslag van papier
Bewaar papier op een vlakke ondergrond.
Bewaar het papier in de originele verpakking om het te beschermen tegen vocht of droogte.
Bewaar het papier niet op een manier waardoor het kan krullen of vouwen.
Bewaar het papier niet verticaal of plaatst niet te veel papier opeen.
Bewaar het papier niet in direct zonlicht, op een plaats die onderhevig is aan hoge vochtigheid of droogte of op een plaats met grote verschillen in temperatuur of luchtvochtigheid.
Als u gaat afdrukken op papier dat vochtig is geworden
Er kan stoom vrijkomen in het uitvoergebied van het apparaat of er kunnen zich waterdruppels vormen op de achterzijde van het bedieningspaneel of in het uitvoergebied. Dit is geen storing. Het vocht in het papier verdampt op het moment dat er warmte wordt gegeneerd tijdens het fixeren van de toner (dit gebeurt meestal als de omgevingstemperatuur laag is).
105A-00R