Documenten voor de wachtstand afdrukken
1
Druk op <Wachtstand> in het hoofdmenu.
Scherm <Hoofdmenu>
2
Selecteer documenten.
<Lijst met opdrachten in wacht>
De selectiestatus van documenten, pictogrammen die documenttypen aangeven, documentnamen en data/tijden waarop documenten zijn opgeslagen, worden weergegeven.
Wanneer een document is geselecteerd, wordt
/b_in_icon_box_nummark.gif)
weergegeven, dat "geselecteerd" aangeeft. Wanneer meerdere documenten worden geselecteerd, worden de getallen in het midden van
/b_in_icon_box_nummark.gif)
weergegeven als 1, 2, 3 ... in de volgorde van selectie. Wanneer u op een geselecteerd document drukt, wordt de selectie geannuleerd.
<Toon alleen geselec. gebr.>/<Alle gebr. weergeven>
Hiermee worden de documenten van de geselecteerde gebruiker of alle gebruikers weergegeven.
<Details/Bewerken>
U kunt het taakticket van het geselecteerde document bewerken, de afdrukinhoud controleren, de afwerkinstelling wijzigen, enz.
Het taakticket is JDF (Job Definition Format)-attribuutgegevens in een document gedurende het gehele afdrukproces. Sommige zijn op het gehele document van toepassing, andere alleen op elk paginabereik opgedeeld naar pagina. Bij het bewerken/controleren van het taakticket kunt u de stappen een voor een controleren.
<Alles sel. (Max. 100)>/<Wis selectie>
Als een document niet is geselecteerd in

, wordt <Alles sel. (Max. 100)> weergegeven, waarmee u alle documenten in <Lijst met opdrachten in wacht> kunt selecteren. Als er documenten zijn geselecteerd, wordt <Wis selectie> weergegeven en kunt u de selectie annuleren.
<Na afdrukken verwijderen>
Hiermee verwijdert u na het afdrukken automatisch afgedrukte documenten uit <Lijst met opdrachten in wacht>.
<Start afdrukken>
Hiermee wordt het afdrukken uitgevoerd.
<Details/Bewerken>
U kunt ervoor kiezen dat een geselecteerd document met voorkeur wordt afgedrukt of de details bekijken.
<Annuleren>
Hiermee wordt het afdrukken geannuleerd.
<Lijst afdrukopdracht>
Pictogrammen die de afdrukstatus van documenten, de huidige status en de wachttijd aangeven, worden weergegeven.
3
Stel die in overeenstemming met het doel in.
Het afgedrukte materiaal op het afdrukvoorbeeld controleren
|
1
|
Druk op <Afdrukvoorbeeld>  <Details/Bewerken>.
|
|
2
|
Hiermee stelt u het aantal kopieën en de partitie in.
Afhankelijk van het document kan de partitie niet worden ingesteld.
|
|
3
|
Druk op <Start afdrukken>.
Het afdrukken wordt gestart.
|
|
4
|
Druk op <Sluiten>.
|
Controleren van de inhoud van het document (afbeelding weergeven)
|
1
|
Druk op <Voorbeeld>  <Details/Bewerken>.
|
Een opdracht wissen
|
1
|
Druk op <Verwijderen>  <Details/Bewerken>.
|
4
Druk op <Start afdrukken>.
Het afdrukken wordt gestart.
Als <Na afdrukken verwijderen> niet is geselecteerd, blijft het document zelfs nadat het is afgedrukt, op de lijst staan.