Glasplaat (gezien vanaf bovenzijde)
|
|
Verticale plaatsing
|
Horizontale plaatsing
|
Invoerlade (gezien vanaf bovenzijde)
|
|
Verticale plaatsing
|
Horizontale plaatsing
|
N.B.
|
Als de linker bovenhoek (omlaag) niet tegen de linker bovenhoek van de glasplaat wordt geplaatst, wordt het origineel wellicht niet juist gescand.
A4- en A5-originelen kunnen zowel verticaal als horizontaal worden geplaatst. De scansnelheid zal bij horizontaal geplaatste originelen iets lager zijn dan bij verticaal geplaatste originelen. Plaats originelen horizontaal wanneer u afdrukt met een vast zoompercentage, zoals bij het vergroten van een A4-origineel op A3-papier. (Basisfuncties voor kopiëren)
Horizontaal geplaatste A4- en A5-originelen worden aangeduid met respectievelijk A4R en A5R.
A3-originelen dienen horizontaal te worden geplaatst.
Om bij gebruik van de aanvoer dezelfde uitvoeroriëntatie te krijgen als wanneer het origineel op de glasplaat is geplaatst, plaatst u het origineel omgekeerd en met de tekstzijde omhoog. Als echter in de Nieten-modus niet het juiste formaat papier is geplaatst, zal de uitvoer automatisch worden geroteerd.
|
Sluit de aanvoer/het kopieerdeksel voorzichtig om te voorkomen dat uw handen bekneld raken.
Druk nooit hard op de aanvoer/het kopieerdeksel wanneer u de glasplaat gebruikt. Hierdoor kan de glasplaat beschadigd raken, met lichamelijk letsel als gevolg.
|
Formaat
|
A4, A4R, A3, A5 en A5R
|
Gewicht
|
imageRUNNER 2545i en DADF-AA1:
Eenzijdig: 42 t/m 128 g/m2
Tweezijdig: 50 t/m 128 g/m2
Gekleurd: 64 t/m 128 g/m2
imageRUNNER 2530i en DADF-AB1:
52 t/m 105 g/m2 (37 t/m 52 g/m2 en 105 t/m 128 g/m2 bij scannen van een document dat uit één pagina bestaat)
|
BELANGRIJK
|
De invoerlade (DADF-AB1) is optioneel voor de imageRUNNER 2525/2520. (Invoerlade (DADF-AB1))
Plaats nooit de volgende typen originelen in de aanvoer.
Originelen met scheuren, vijf of meer inbindgaten, of knipsels
Originelen die sterk zijn omgekruld of originelen met scherpe vouwen
Gekreukelde originelen
Geniete originelen of originelen met paperclips
Tabbladen
Originelen met plakband of lijm
Originelen die aan elkaar zijn geplakt
Originelen met carbonrug of een ruw oppervlak
Transparanten en andere doorzichtige originelen
Als hetzelfde origineel meerdere keren door de aanvoer is verwerkt, kan het origineel vouwen of kreukelen, waardoor het niet langer kan worden aangevoerd. Beperk het herhaaldelijk invoeren tot een maximum van 30 keer. (Dit aantal kan variëren en is afhankelijk van het type en de kwaliteit van het origineel.)
Reinig de aanvoer regelmatig. (Scangedeelte van de aanvoer en rollen) De aanvoerrollen kunnen vies worden als originelen worden gescand waar met potlood op is geschreven.
Strijk vouwen in uw originelen altijd vlak voordat u ze in de aanvoer plaatst.
Stel de originelen een voor een in wanneer u zeer dunne (37 t/m 52 g/m2) of zeer dikke (105 t/m 128 g/m2) originelen scant met de invoerlade van de imageRUNNER 2530i of de optionele invoerlade (DADF-AB1).
|
Plaats uw vingers niet in de openingen rond het originelenblad, omdat uw vingers dan bekneld kunnen raken.
|
N.B.
|
De gescande originelen worden uitgevoerd in de volgorde waarin ze door de aanvoer zijn verwerkt.
Wanneer u een A4 of A5 origineel vergroot op A3 papier, plaatst u het origineel horizontaal.
U kunt originelen met verschillende formaten tegelijk in de aanvoer plaatsen als u de modus Verschillende origineelformaten instelt. (Geavanceerde kopieerfuncties, Opgeven van de scaninstellingen)
|