Verzenden met een subadres
Als het ontvangende faxapparaat compatibel is met standaard ITU-T (International Telecommunications Union-Telecommunications Sector) subadressen en wachtwoorden, kunt u documenten met verhoogde beveiliging verzenden door aan al uw faxtransacties een subadres en een wachtwoord toe te voegen.
1.
Druk op 
→ [Fax].
→ [Fax].
2.
Voer het faxnummer in → druk op [Subadres].
/b_fx-ir_055_01_b_C.jpg)
Als u extra lijnen heeft, drukt u op [Stel details in].
Voor instructies over het uitvoeren van deze handeling via het faxscherm raadpleegt u "Scherm met basisfuncties voor faxen."
|
BELANGRIJK
|
|
U kunt aan het begin van een nummer geen pauze plaatsen.
|
|
N.B.
|
|
Als u aan het einde van het nummer een pauze invoert, zal de pauze altijd 10 seconden duren.
In het volgende geval kunt u meerdere lijnen gebruiken:
Als [Aantal TX-lijnen] is ingesteld op twee lijnen in [Instellingen TX fax op afstand] wanneer de functie Fax op afstand wordt gebruikt, (Zie "Instellingen Fax TX op afstand.")
|
3.
Druk op [Subadres] of [Wachtwoord].
4.
Voer het subadres en wachtwoord in met 
- 
(numerieke toetsen), 
, en 
.
- (numerieke toetsen), , en .5.
Druk op [OK].