.
-
(numerieke toetsen), dient u een nummer van twee cijfers in te voeren → druk op [OK].
-
(numerieke toetsen) in voor de pincode van het postvak. Druk op [Bevestigen] → voer de pincode ter bevestiging nogmaals in → druk op [OK]. U kunt de PIN blanco laten. U kunt voor een PIN niet alleen nullen invoeren, zoals <0000000>.|
BELANGRIJK
|
|
Omdat u een geregistreerde PIN op geen enkele wijze kunt controleren, raden wij u aan de PIN te noteren en op te bergen op een veilige plek.
Als deze instellingen eerder voor individuele postbussen zijn aangegeven, dan kunt u [Periode t. autom. ver- wijderen van bestand] en [Afdr. bij opsl. via printer- stuurpro.] voor [Inst. voor alle postbussen] aangeven bij [Functie-instellingen] (Instellingen/Registratie). Dit ongeacht de PIN instellingen voor elke postbus. Als u de instellingen voor elke postbus echter afzonderlijk bijwerkt na het gebruik van [Inst. voor alle postbussen], hebben de bijgewerkte instellingen prioriteit boven de instellingen die zijn aangegeven met [Inst. voor alle postbussen]. (Zie "Instellingen voor alle postbussen opgeven.")
|
|
N.B.
|
|
U kunt maximaal 100 postbussen registreren.
De nummers voor de postbussen zijn 00 - 99.
Het instellen van een naam voor een postbus is optioneel.
U kunt een postbus niet initialiseren als er zich nog steeds bestanden in bevinden.
Het instellen van een pincode voor een postvak is optioneel.
|