Afdrukken vanaf een USB-geheugenapparaat (afdrukken via geheugenapparaten)

U kunt afbeeldingsbestanden die zijn opgeslagen op een USB-geheugenapparaat afdrukken door het USB-geheugenapparaat rechtstreeks op het apparaat aan te sluiten. Als u deze functie gebruikt, kunt u afdrukken zonder een computer te gebruiken.
Ondersteunde bestandsindelingen
U kunt de volgende soorten afbeeldingsbestanden afdrukken.
JPEG (DCF/Exif 2.21 of eerder/JFIF)
TIFF (JPEG-/MH-/MR-/MMR-compressie)
PDF
De maximum hoeveelheid gegevens die per bestand* kan worden afgedrukt, is 50 MB.
* In het geval van TIFF-bestanden met meerdere pagina's geldt de maximale hoeveelheid gegevens per pagina.
De kans bestaat dat zelfs bestanden kleiner dan hierboven aangegeven niet goed worden afgedrukt.
Ondersteunde USB-geheugenapparaten
U kunt USB-geheugenapparaten met de volgende bestandssystemen gebruiken.
FAT16 (geheugencapaciteit: maximaal 2 GB)
FAT32 (geheugencapaciteit: maximaal 32 GB)
Gebruik geen niet-standaard USB-geheugenapparaten. U kunt de afbeeldingen mogelijk niet correct afdrukken in bepaalde USB-geheugenapparaten.
Sluit alleen een USB-geheugenapparaat aan op het apparaat. USB-geheugenapparaten kunnen niet worden aangesloten via een USB-hub of USB-verlengkabel.
Gebruik geen USB-geheugenapparaten met speciale functies zoals ingebouwde beveiligingsfuncties.
De USB-poort van het apparaat ondersteunt USB 2.0.
Als een map op een USB-geheugenapparaat veel bestanden bevat, duurt het scannen van afbeeldingsbestanden die moeten worden afgedrukt, langer. Gebruik uw computer om overbodige bestanden te verwijderen van het USB-geheugenapparaat of verplaats bestanden naar een andere map.
1
Sluit een USB-geheugenapparaat aan op de USB-poort van de machine.
Verwijder het USB-apparaat niet terwijl er gegevens worden gelezen of weggeschreven. Voorkom eveneens schudden of schokken van het USB-apparaat of de machine. U mag het apparaat niet uitschakelen als er een bewerking wordt uitgevoerd.
2
Tik op <Geheugen- media afdr.>.
3
Tik op <Bestand selecteren en afdrukken>.

Index afdruk
U kunt miniaturen afdrukken van de afbeeldingsbestanden (alleen JPEG) die zijn opgeslagen op een USB-geheugenapparaat. Als u de afbeeldingen wilt afdrukken als miniaturen, tikt u op <Indexafdruk> in het scherm en gaat u verder met de volgende stap.
4
Tik op het af te drukken bestand.
U kunt meerdere bestanden selecteren.
Als u de selectie van een bestand ongedaan wilt maken, selecteert u het desbetreffende bestand (gemarkeerd als ).
Als u naar een lager mapniveau wilt gaan, tikt u op de map. Als u naar een hoger mapniveau wilt gaan, drukt u op  (Terug).
Mappen en bestanden die lager liggen dan het derde directoryniveau worden niet weergegeven.
Als u naar een andere map gaat, worden de eerdere bestandsselecties gewist.
U kunt niet tegelijk een JPEG/TIFF-document en een PDF document selecteren.
Alle bestanden selecteren
1
Tik op <Alle items>.
2
Tik op <Alles selecteren>.
Als u alle selecties wilt opheffen, tikt u op <Alles wissen>.
3
Tik op <JPEG/TIFF> of <PDF>.
Alle bestanden in JPEG/TIFF- of PDF-indeling worden geselecteerd.
Als u een bestand had geselecteerd voordat u op <Alle items> tikte, kunt u alleen bestanden met dezelfde indeling selecteren.
Voorbeelden weergeven
U kunt de weergavemethode wijzigen van <Details> (voor bestandsnamen en wijzigingsdatums) in <Afbeeldingen> (voor voorbeelden). Als u een voorbeeld van afbeeldingen weergeeft, kunt u de inhoud van bestanden controleren voordat u een bestand gaat afdrukken.

U kunt de standaardweergavemethode instellen op <Details> of <Afbeeldingen>. Standaard weergave-instellingen
De sorteervolgorde van bestanden wijzigen
U kunt de sorteervolgorde wijzigen van de bestanden op een USB-geheugenapparaat.

U kunt een sorteerinstelling zoals <Naam (oplopend)> of <Datum/tijd (oplopend)> opgeven als de standaardinstelling voor de sorteervolgorde van bestanden. Standaardinst. bestandsortering
5
Tik op <Toepassen>.
6
Geef de gewenste afdrukinstellingen op.
Tik op de instellingen en geef elke instelling op.
<Aantal kopieën>
<Kleurmodus>
<Papier>
<N op 1>
<2-zijdig>
JPEG/TIFF-gegevens instellen
<Datum afdrukken>
<Bestandsnaam afdrukken>
<Type origineel>
<Helderheid>
<Halftonen>
PDF-gegevens instellen
<Helderheid>
<Vergr./verkl. volgens pap.form.>
<Afdrukgebied vergroten>
<Opmerkingen afdrukken>
<Wachtwoord om document te openen>
<Overige>
<Halftonen>
<Puur zwarte tekst>
<Zwarte overdruk>
<RGB-bronprofiel>
<CMYK-simulatieprofiel>
<Grijswaardenprofiel gebruiken>
<Uitvoerprofiel>
<Afstemmethode>
<Verwerking RGB puur zwart>
<Verwerking CMYK puur zwart>
<Samengestelde overdruk>
<Geavanceerd gladmaken>
<Grijswaardeconversie>
<Afdrukkwaliteit>
<Densiteit> (<Densiteit (fijnaanpassing)>)
<Tonerbesparing>
<Speciale gladmaakmodus>
<Tonervolumecorrectie>
<Lijnverwerking>
7
Druk op .
Het afdrukken wordt gestart.
Als u het afdrukken wilt annuleren, tikt u op <Annuleren>  <Ja>.
8
Maak het USB-geheugenapparaat los van de USB-geheugenpoort.
1
Druk op .
2
Druk op .
3
Tik op <Apparaatstatus>.
4
Tik op <Geheugenmedium verwijderen>.
Wacht totdat het bericht <Het geheugenmedium kan veilig worden verwijderd.> wordt weergegeven.
5
Verwijder het USB-geheugenapparaat.
Als u altijd dezelfde afdrukinstellingen wilt gebruiken: De standaardinstellingen voor afdrukken wijzigen
0SJY-052