Papier loopt vast in het apparaat
Lees de instructies op het display en voer de onderstaande stappen uit om vastgelopen papier te verwijderen.
1
Houd het bedieningspaneel vast.
2
Breng het scanplatform omhoog.
 Als u het scanplatform niet kunt optillen: |
||
|
Zorg ervoor dat de documentinvoer goed is gesloten.
Probeer niet om het scanplatform met geweld op te tillen. Hierdoor kan het apparaat schade oplopen.
|
3
Pak de handgreep aan de linkervoorzijde van de tonerklep vast.
4
Open de tonerklep.
5
Verwijder de tonercartridge.
6
Verwijder het vastgelopen papier door er zachtjes aan te trekken.
Als u het begin van het vastgelopen papier niet ziet:
Trek niet met geweld aan het papier en ga naar de volgende stap.
7
Duw het groene gedeelte (A) naar boven en trek aan de papieruitvoergeleider om deze te openen.
8
Verwijder het vastgelopen papier door er zachtjes aan te trekken.
Als u het begin van het vastgelopen papier niet ziet:
Trek niet met geweld aan het papier en ga naar de volgende stap.
9
Til de papieruitvoergeleider op en sluit deze stevig.
Zorg ervoor dat de uiteinden van de papieruitvoergeleider zijn gesloten.
 |
 |
10
Verwijder het vastgelopen papier door er zachtjes aan te trekken.
|
(1)
|
Trek het vastgelopen papier voorzichtig naar beneden tussen de fixeereenheid (A) en de overdrachtsrol (B) tot de voorrand uit het apparaat komt.
 |
|
(2)
|
Als de rand van het papier naar buiten komt, houd u beide zijden van het vastgelopen papier vast en trek het vervolgens voorzichtig naar buiten.
 |
11
Open de kleppen aan de voorzijde (boven en onder).
12
Verwijder het papier dat in de papiercassette is geplaatst.
13
Verwijder het vastgelopen papier door er zachtjes aan te trekken.
14
Plaats het papier terug in de papiercassette en sluit de kleppen aan de voorzijde (boven en onder).
Ga vervolgens verder met het verwijderen van vastgelopen papier bij de achterste klep.
15
Open de achterklep.
16
Verwijder het vastgelopen papier door er zachtjes aan te trekken.
17
Sluit de achterklep.
18
Plaats de tonercartridge.
Plaats de nokken (A) aan weerszijden van de tonercartridge in de openingen aan weerszijden van het apparaat. Schuif de tonercartridge in het apparaat tot deze de achterzijde van het apparaat raakt.
19
Sluit de tonerklep.
 Als u de tonerklep niet kunt sluiten: |
|
Controleer of de tonercartridge correct in het apparaat is geplaatst.
Probeer de tonerklep niet met geweld te sluiten, want dit kan de machine beschadigen.
|
20
Laat het scanplatform zakken.
De machine is nu weer gereed voor afdrukken.