![]() |
|
Als in uw kantooromgeving een LDAP-server is geïnstalleerd, kunt u ook bestemmingen opgeven die op die server zijn vastgelegd. Hiervoor opent u vanaf het apparaat het adresboek op een LDAP-server en zoekt u de bestemming.
|
|
N.B.
|
|
U moet wel eerst de instellingen voor de verbinding met een LDAP-server opgeven.
|
.
/
om <Opgeven via LDAP-server> te selecteren en druk vervolgens op
.
.
.
.
drukt, kunt u schakelen tussen de verschillende invoermodi (behalve bij het zoeken naar een faxnummer).
.
.
<Alle onderstaande voorwaarden gebruiken>
<Enkele van onderstaande voorw. gebruiken>
.
. U kunt de gebruikersnaam en wachtwoord van de machine of die van uzelf invoeren, afhankelijk van de instelling (LDAP-servers registreren). Als u het niet zeker weet, kunt u dit vragen aan uw netwerkbeheerder.
.
Bestemmingen verwijderen
|
1
|
Selecteer <Bevestig/bewerk bestemming> en druk op
.![]() |
|
2
|
Selecteer de bestemming die u wilt verwijderen en druk op
.![]() |
|
3
|
Selecteer <Bestemming verwijderen> en druk op
.![]() |
|
4
|
Selecteer <Ja> en druk op
.![]() |
|
N.B.
|
Als u bestemmingen snel en eenvoudig wilt verwijderen zonder de lijst met bestemmingen weer te gevenVoordat u bij stap 1 <Bevestig/bewerk bestemming> selecteert, kunt u op
/ drukken om te schakelen tussen de bestemmingen die u hebt opgegeven. Geef een bestemming weer die u wilt verwijderen <Ja> . |