Aanpassen van de gradatie tijdens afdrukken

Om de gradatie, densiteit en kleur stabiel te houden, wordt er tijdens het afdrukken intern een densiteitsaanpassing uitgevoerd door de machine. De sensor registreert de densiteit van een strook die om de paar vellen bedrukt papier wordt aangemaakt op de overdrachtsband. Op basis hiervan wordt de densiteit aangepast. U kunt de frequentie van de densiteitsaanpassing indien nodig verhogen om een nog stabielere beeldkwaliteit te krijgen.
BELANGRIJK
Deze functie wordt alleen weergegeven als de instellingen beschikbaar zijn gemaakt door uw erkende Canon-dealer. Zelfs als deze functie wordt weergegeven, mogen de instellingen ervan alleen door de systeembeheerder worden aangepast. Neem voor meer informatie over het aanpassen van de instellingen contact op met uw Canon-dealer.
Als u de aanpassing vaker uitvoert, wordt de beeldkwaliteit wel stabieler maar kan de afsteltijd toenemen en de afdruksnelheid dus afnemen.

1.
Druk op .
2.
Druk op [Aanpassen/Onderhoud] → [Aanpassen beeldkwaliteit] → [Aanpassing gradatie bij afdrukken].
3.
Druk op [Gebruik ser. modusinst.] → [OK].
Neem voor meer informatie over het instellen van de onderhoudsmodus contact op met uw Canon-dealer.
Druk op [Gebruik st.instell.] om de standaardinstelling te herstellen voor het uitvoeren van de aanpassing.
52X3-0L2