Basisbewerkingen voor kopiëren

In dit gedeelte worden de basisbewerkingen voor kopiëren beschreven.
1
Plaats het document. Originelen plaatsen
N.B.
Als <Automatisch sorteren> is ingesteld op <Aan>, wordt de modus Sorteren automatisch ingesteld zodra u uw originelen in de aanvoer plaatst. <Automatisch sorteren>
2
Druk op <Kopie>. Het scherm <Home>
3
Voer het aantal kopieën in met de numerieke toetsen op het scherm met basisfuncties voor kopiëren. Scherm met basisfuncties voor kopiëren
4
Geef de gewenste kopieerinstellingen op.
Kopieën vergroten of verkleinen
Kopieerpapier selecteren
2-zijdig kopiëren
Beeldkwaliteit van kopieën aanpassen
Controleer eerst de instellingen voordat u gaat kopiëren
5
Druk op .
Het kopiëren wordt gestart.
Om het kopiëren te annuleren, drukt u op <Annuleren> of . Kopiëren annuleren
Als u tijdens het kopiëren  of drukt, kunt u de densiteit aanpassen.
Wanneer <Druk op [Start] om volgende origineel te scannen.> wordt weergegeven
TIPS
Een kopie reserveren
Scannen kan vooraf worden uitgevoerd, zelfs als de machine wordt voorbereid op afdrukken of bezig is met afdrukken. Deze functie wordt "Gereserveerde kopie" genoemd. Als u bijvoorbeeld een gereserveerde kopie wilt uitvoeren terwijl het afdruk- of wachtscherm wordt weergegeven, drukt u op <Sluiten>, geeft u zoals gewoonlijk de kopieerinstellingen op en drukt u op .
U kunt maximaal 50 opdrachten reserveren, inclusief de huidige opdracht. Interruptiekopieën worden niet meegeteld.
656J-03H