Het rasterpatroon instellen (alleen de 6000-serie)

Rasteren is een techniek voor het reproduceren van kleuren en densiteit via groepen kleine stipjes. De brongegevens voor het tekenen van deze stippen wordt een rasterpatroon genoemd. Als u een rasterpatroon gebruikt dat geschikt is voor de af te drukken afbeelding, kunnen de gradaties en golven van de afgedrukte afbeelding mooier worden gereproduceerd.
1
Druk op  (Instellingen/Registratie)  <Aanpassen/Onderhoud>  <Aanpassen beeldkwaliteit>  <Instellingen ditherpatroon>.
2
Selecteer het rasterpatroon.
<Patroon 1>: De standaard instelling.
<Patroon 2>: Deze instelling verbetert de reproductie van randgebieden van de afgedrukte afbeelding.
<Patroon 3>: Deze instelling verbetert de reproductie van highlightgebieden in de afbeeldingen.
<Patroon 4>: Deze instelling verbetert de reproductie van highlightgebieden.
3
Druk op <OK>.
4
Druk op <Ja> en voer automatisch gradatieaanpassing (volledige aanpassing) uit.
Voer automatische gradatieaanpassing (volledige aanpassing) uit na het wijzigen van de instellingen. Gradatie aanpassen
7W6J-0UW