Het sleutelpaar instellen dat wordt gebruikt voor de versleutelde TLS-communicatie.
U kunt het gebruikte sleutelpaar instellen nadat u de functies waarvoor met TLS versleutelde communicatie wordt gebruikt, hebt gecontroleerd.
1.
Druk op

.
2.
Druk op [Voorkeuren] → [Netwerk] → [TCP/IP-instellingen].
3.
Druk op [SSL-instellingen] voor [TCP/IP-instellingen] → [Sleutel en certificaat].
4.
Selecteer het sleutelpaar dat u voor met TLS versleutelde communicatie wilt gebruiken → druk op [Stel in als stand. toets].
U kunt 'Device Signature Key' of 'AMS' (sleutelpaar voor toegangsbeperking) voor TLS niet instellen om te gebruiken. Een sleutelpaar dat wordt gebruikt met IEEE 802.1X-verificatie/IPSec kan niet met deze procedure worden ingesteld.
OPMERKING |
In de machine bevinden zich al een sleutelpaar en servercertificaat. U kunt versleutelde TLS-communicatie uitvoeren met behulp van het vooraf geïnstalleerde sleutelpaar en servercertificaat. De naam van het vooraf geïnstalleerde sleutelpaar is 'Default Key'. Als u op [Certificaat details] drukt, kunt u het certificaat controleren. Als u op [Weerg. gebr. locatie] drukt, kunt u controleren waarvoor de sleutel wordt gebruikt. |
5.
Druk op [Ja]→[OK].
6.
Druk op [Specify Allowed Ver.].
7.
Specificeer [Maximum Version] en [Minimum Version]. → Druk op [OK].
8.
Druk op [Algorithm Settings].
9.
Selecteer het versleutelingsalgoritme en de te gebruiken DSA-beperking. → Druk op [OK].
10.
Druk op [OK] → [OK].