Instellingen voor alle postbussen opgeven
U kunt de periode instellen waarna alle bestanden in alle postbussen automatisch worden verwijderd. U kunt ook instellen of documenten tijdens opslag via het printerstuurprogramma moeten worden afgedrukt.
1.
Druk op

.
2.
Druk op [Functie-instellingen] → [Opslaan/Toegang bestanden] → [Postbusinstellingen].
3.
Druk op [Inst. voor alle postbussen] → geef elke instelling op → druk op [OK].
<Periode t. autom. ver- wijderen van bestand>:
Druk op

of

om de tijd in te stellen waarnaar de bestanden automatisch worden verwijderd.
<Afdr. bij opsl. via printer- stuurpro.>:
U kunt selecteren of een bestand moet worden afgedrukt nadat het door een computer is verzonden en opgeslagen in een postbus. Om een bestand af te drukken wanneer het in een postvak is opgeslagen, selecteert u [Aan].
BELANGRIJK |
Ongeacht de PIN-instellingen voor individuele postbussen, wordt aan [Inst. voor alle postbussen] are prioriteit gegeven, zelfs als de instellingen voor [Periode t. autom. ver- wijderen van bestand] en [Afdr. bij opsl. via printer- stuurpro.] in [Instellen/Registreren postbussen] zijn opgegeven voor individuele postbussen. Als echter de instellingen voor individuele gebruikerspostbussen zijn gewijzigd nadat instellingen zijn aangegeven bij [Inst. voor alle postbussen], krijgen de instellingen voor elke individuele postbus prioriteit. (Raadpleeg "Postbusinstellingen".) |