|
Om persoonlijke-verificatiebeheer uit te voeren, moet u eerst gebruikersgegevens in de database van de machine registreren.
|
[Authentificatiebeheer].
[OK].
[Gebruikersnaam:] / [Wachtwoord:] / [Bevestigen:]
[Wachtwoord verloopt nooit]
[Weergegeven als:]
[E-mailadres:]
[Gebruikersnaam voor Universal Print:]
[Netwerkinstellingen]
[Instellingen voor Universal Print] is ingeschakeld, kunt u het e-mailadres of telefoonnummer invoeren dat in het Microsoft 365-account van de gebruiker wordt gebruikt en waarmee Universeel afdrukken-opdracht worden gekoppeld.
[Afdelings-ID:]
[Selecteer rol om in te stellen:]
|
[Beheerder]
|
Staat alle bewerkingen toe als administrator van het apparaat.
|
|
[GeneralUser]
|
Hiermee hebt u algemene-gebruikersbevoegdheden.
|
|
[DeviceAdmin]
|
Hiermee worden bewerkingen toegestaan die beschikbaar zijn voor algemene gebruikers, en kunt u instellingen wijzigen van basisfuncties, zoals kopiëren, afdrukken, verzenden en ontvangen.
|
|
[NetworkAdmin]
|
Hiermee worden bewerkingen toegestaan die beschikbaar zijn voor algemene gebruikers, en kunt u instellingen met betrekking tot het netwerk wijzigen.
|
[Vervaldatum voor gebruikersaccount instellen]
[Het gebruikersaccount uitschakelen]
[Toewijzing van gebruikersgroepen]
|
Instellingen configureren via het bedieningspaneelU kunt ook gebruikersgegevens registreren door op
(Inst./Registrern) <Beheerinstellingen> <Gebruikersbeheer> <Authentificatiebeheer> <Auth.gebr. registreren/bewerken> te drukken. <Auth.gebr. registreren/bewerken>Gebruikersgroepen aanmakenAdreslijsten in het adresboek kunnen worden gedeeld tussen gebruikers die zijn geregistreerd in een gebruikersgroep. Gebruikersgroepen registeren
|
|
Op niet-geregistreerde afdelings-ID's controlerenAls u in het scherm bij stap 4 op [Niet-geregistreerde afdelings-ID controleren...] klikt, kunt u afdelings-ID's zien die niet zijn geregistreerd op de machine, door afdelings-ID's die zijn toegewezen aan gebruikers te vergelijken met afdelings-ID's die op de machine zijn geregistreerd.
Batch-instellingen voor afdelings-ID'sAls u op het scherm dat in stap 4 is afgebeeld op [Batchinstellingen voor afdelings-ID...] klikt, kunt u nieuwe afdelings-ID's maken en instellingen voor alle gebruikers toepassen.
Als de gebruikersnaam uit zeven cijfers of minder bestaat, wordt hetzelfde nummer toegewezen aan dezelfde gebruiker als de afdelings-ID. Als het wachtwoord van dezelfde gebruiker is geregistreerd als een getal dat uit zeven cijfers of minder bestaat, wordt het ook ingesteld als de PIN voor die afdelings-ID.
Als de gebruikersnaam en het wachtwoord niet voldoen aan de bovenstaande voorwaarden, wordt automatisch een afdelings-ID toegewezen beginnend met 0000001 en 0 (geen) voor de pincode.
De afdelings-ID registreren als de gebruikersnaamAls u op [Gebruiker toevoegen met afdelings-ID...] klikt op het scherm in stap 4, wordt een nieuwe gebruiker met dezelfde naam als de afdelings-ID geregistreerd. Wanneer toetsenbordverificatie wordt gebruikt, kan de verificatie alleen worden uitgevoerd met behulp van de numerieke toetsinvoer.
|