Maatregelen bij elk bericht
Als tijdens het afdrukken een fout optreedt, of als een probleem optreedt met de netwerkverbinding of -instellingen, verschijnt een melding op het scherm van het apparaat of de Remote UI (UI op afstand). Voor meer informatie over elke melding en oplossingen voor de problemen raadpleegt u onderstaande meldingen.
23 GEHEUGEN VOL
Er is onvoldoende geheugen voor de registratie van overdrukformulieren en externe tekens, enz.
Annuleer het afdrukken (
Afdrukken annuleren), initialiseer de printer om het vrije geheugen te vergroten en probeer opnieuw af te drukken. Houd er wel rekening mee dat de printer alle afdrukgegevens in het geheugen van de machine zal wissen. Raadpleeg Het apparaat instellen (PS/PCL/UFR II-printer) via de website met onlinehandleidingen voor meer informatie.
Selecteer <Fout overslaan> en ga door met afdrukken. De gegevens die niet konden worden geregistreerd wegens gebrek aan geheugen, worden echter niet afgedrukt.
27 OPDRACHT WEIGEREN
De opgegeven emulatie bestaat niet.
Geef de emulatie op die de machine ondersteunt. Raadpleeg Het apparaat instellen (PS/PCL/UFR II-printer) via de website met onlinehandleidingen voor meer informatie.
Selecteer <Fout overslaan> om het afdrukken over te slaan waarbij een fout optrad. U kunt de volgende afdruktaken uitvoeren.
33 WERK VOL
Kan niet afdrukken omdat speciale werkgeheugen onvoldoende was.
Annuleer het afdrukken (
Afdrukken annuleren), initialiseer de printer om het vrije geheugen te vergroten en probeer opnieuw af te drukken. Houd er wel rekening mee dat de printer alle gegevens in het geheugen van de machine zal wissen. Raadpleeg Het apparaat instellen (PS/PCL/UFR II-printer) via de website met onlinehandleidingen voor meer informatie.
Selecteer <Fout overslaan> en ga door met afdrukken. De gegevens waarvoor een fout is weergegeven, worden echter niet correct afgedrukt. Merk ook op dat geregistreerde gegevens zoals overdrukformulieren en macro's mogelijk worden verwijderd.
52 AFB-MODUS WEIGEREN
Gegevens die niet kunnen worden verwerkt, werden verzonden tijdens het afdrukken van een afbeelding.
Selecteer <Fout overslaan> om het afdrukken over te slaan waarbij een fout optrad. De gegevens waarvoor een fout is weergegeven, worden echter niet afgedrukt.
Druk opnieuw af met een printerstuurprogramma die de gegevensindeling van de afbeelding ondersteunt.
Kon de CRL niet bevestigen.
Kan het CA-certificaat van de certificeringsinstantie die de CRL (Certificate Revocation List) heeft uitgegeven, niet bevestigen.
Registreer het CA-certificaat van de certificeringsinstantie die de CRL (Certificate Revocation List) heeft uitgegeven.
D1 Replotbuffer vol
Kan niet opnieuw tekenen omdat er geen gegevens kunnen worden geregistreerd bij de replotbuffer.
Selecteer <Fout overslaan> en ga door met afdrukken. De gegevens die de oorzaak van de fout zijn, worden echter niet goed afgedrukt. Voor informatie over de replotbuffer raadpleegt u Het apparaat instellen (PS/PCL/UFR II-printer).
D1 Div. Afdr. Bffr Vol
Kan niet verdeeld afdrukken omdat er geen gegevens kunnen worden geregistreerd bij de buffer voor verdeeld afdrukken.
Annuleer het afdrukken (
Afdrukken annuleren), stel <Verdeelmodus> in op <Uit> en <Zoomen> op <Auto> in het HP-GL-instellingenmenu, geef het uitvoerpapierformaat op en druk opnieuw af. De gegevens worden echter vergroot/verkleind bij het afdrukken. Raadpleeg voor meer informatie Het apparaat instellen (PS/PCL/UFR II-printer).
Selecteer <Fout overslaan> en ga door met afdrukken. De gegevens die niet konden worden geregistreerd, worden echter niet correct afgedrukt. Voor informatie over verdeeld afdrukken raadpleegt u Het apparaat instellen (PS/PCL/UFR II-printer).
D1 Polygoonbuffer vol
Kan niet tekenen omdat er geen gegevens kunnen worden geregistreerd bij de polygoonbuffer.
Selecteer <Fout overslaan> en ga door met afdrukken. De gegevens die niet konden worden geregistreerd, worden echter niet correct afgedrukt. Voor informatie over de polygoonbuffer raadpleegt u Het apparaat instellen (PS/PCL/UFR II-printer).
D0-nn-fout (nn is twee alfanumerieke tekens) 
De printer functioneert niet meer normaal vanwege een onbekend probleem.
Start de machine opnieuw op. Druk op de hoofdschakelaar om de stroom uit te zetten (
De machine uitzetten), wacht langer dan 10 seconden en schakel de stroom weer in (
De machine aanzetten). Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds wordt weergegeven, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
FF LETTERTYPE VOL
Kan geen lettertypegegevens registreren in de lettertypetabel omdat er te veel lettertypen zijn om te registreren.
Annuleer het afdrukken (
Afdrukken annuleren), initialiseer de printer om het vrije geheugen te vergroten en probeer opnieuw af te drukken. Houd er wel rekening mee dat de printer alle gegevens in het geheugen van de machine zal wissen. Raadpleeg Het apparaat instellen (PS/PCL/UFR II-printer) via de website met onlinehandleidingen voor meer informatie.
Selecteer <Fout overslaan> en ga door met afdrukken. De gegevens die niet konden worden geregistreerd, worden echter niet correct afgedrukt.
FM DL SIZE ERROR n (n is één alfanumeriek teken)
De printer functioneert niet meer normaal vanwege een onbekend probleem.
Start de machine opnieuw op. Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds wordt weergegeven, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
FM DL SCALE ERROR n (n is één alfanumeriek teken)
De printer functioneert niet meer normaal vanwege een onbekend probleem.
Start de machine opnieuw op. Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds wordt weergegeven, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
FM DL-LETTERTYPE-GEH. VOL
De printer functioneert niet meer normaal vanwege een onbekend probleem.
Start de machine opnieuw op. Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds wordt weergegeven, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
FM-BESTANDTOEGANGSFOUT
De printer functioneert niet meer normaal vanwege een onbekend probleem.
Start de machine opnieuw op. Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds wordt weergegeven, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
FM SC WORK MEM. ERROR n (n is één alfanumeriek teken)
De printer functioneert niet meer normaal vanwege een onbekend probleem.
Start de machine opnieuw op. Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds wordt weergegeven, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
FM-UITLIJNFOUT
De printer functioneert niet meer normaal vanwege een onbekend probleem.
Start de machine opnieuw op. Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds wordt weergegeven, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
FM-LETTERTYPEONTL.FOUT
De printer functioneert niet meer normaal vanwege een onbekend probleem.
Start de machine opnieuw op. Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds wordt weergegeven, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
FM-LETTERTYPE-GEHEUGEN VOL
De printer functioneert niet meer normaal vanwege een onbekend probleem.
Start de machine opnieuw op. Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds wordt weergegeven, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
FM-WERKGEHEUGENFOUT
De printer functioneert niet meer normaal vanwege een onbekend probleem.
Start de machine opnieuw op. Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds wordt weergegeven, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
Kon geen IEEE 802.1X-authenticatie uitvoeren. Stel de juiste authenticatiegegevens in.
De clientverificatiegegevens zijn niet correct ingesteld.
Controleer of de verificatiemethode en -gegevens (de sleutel en het certificaat, gebruikersnaam en wachtwoord, en CA-certificaat) correct zijn ingesteld.
Kon geen IEEE 802.1X-authenticatie uitvoeren. Geen antwoord van de bestemming.
Er is een fout opgetreden bij communicatie met de verificator.
Controleer of de verificator (LAN-schakelaar) en de RADIUS-server correct zijn ingesteld.
Kon geen IEEE 802.1X-authenticatie uitvoeren. Kan het certificaat niet analyseren.
Kan het servercertificaat dat vanaf de RADIUS-server is verzonden, niet analyseren.
Controleer de inhoud van het servercertificaat van de RADIUS-server.
Kon geen IEEE 802.1X-authenticatie uitvoeren. Het certificaat is onjuist.
Er is een fout opgetreden bij het gebruik van het servercertificaat dat vanaf de RADIUS-server als CA-certificaat is verzonden voor validatie.
Controleer de inhoud van het servercertificaat van de RADIUS-server en het CA-certificaat die zijn geregistreerd op de machine.
Kon geen IEEE 802.1X-authenticatie uitvoeren. Het certificaat is verlopen.
Het servercertificaat dat vanaf de RADIUS-server is verzonden, is verlopen.
Controleer de vervaldatum van het servercertificaat van de RADIUS-server.
Kon geen IEEE 802.1X-authenticatie uitvoeren. Wijzig het authenticatiewachtwoord.
Het wachtwoord is verlopen.
Stel een nieuw wachtwoord in.
Kon geen IEEE 802.1X-authenticatie uitvoeren. Controleer de authenticatie-instellingen.
De verificatiemethode die in de machine is ingesteld, en de verificatiemethode die in de RADIUS-server is ingesteld, komen niet overeen.
Controleer de verificatiemethode die is opgegeven voor de machine en de RADIUS-server, en geef de juiste verificatiemethode op.
Kan standaardsleutel niet verwijderen, omdat deze wordt gebruikt door TLS of andere instellingen. Controleer de instellingen.
De sleutel en het certificaat die u probeert te verwijderen, worden gebruikt voor met TLS versleutelde communicatie.
Stel alle TLS-instellingen in op <Uit> om versleutelde TLS-communicatie te stoppen.
TCP-/IP-fout. Controleer de TCP-/IP-instellingen.
Kan niet automatisch het adres ophalen met DHCP en Auto IP.
Als het IP-adres niet automatisch kan worden verkregen via DHCP of Auto IP, wordt <IP-adres> in <IPv4-instellingen> ingesteld op 0.0.0.0. Stel het juiste IPv4-adres in. Bovendien moet u, als u <Bedrade LAN + draadloze LAN> hebt geselecteerd in <Selecteer interface>, het IPv4-adres van de draadloze LAN (sublijn) correct configureren.
<Instellingen IP-adres> (<Instellingen sublijn>)
"0.0.0.0" wordt ingesteld als een statisch IPv4-adres bij <IP-adres> in <IPv4-instellingen>.
Stel het juiste IPv4-adres in.
<Instellingen IP-adres> (<Instellingen sublijn>)
Het IPv6-adres is niet correct ingesteld.
Controleer het volgende. Het vaststellen van een stateless adres kan enkele minuten duren.
Controleer of <Gebruik IPv6> is ingesteld op <Aan> in <IPv6-instellingen>.
Als u een stateless adres of DHCPv6 gebruikt, controleer dan of elk adres is opgehaald.
Als het adres niet is opgehaald, controleert u de instellingen van de router en de DHCPv6-server.
Het adres van de DNS-server is niet juist ingesteld.
Controleer of het adres van de DNS-server correct is ingesteld bij <IPv4> of <IPv6>.
Kan niet verzenden naar de TCP/IP-protocolstack.
Controleer of het IPv4- of IPv6-adres correct is ingesteld bij <IPv4-instellingen> of bij <IPv6-instellingen>.
Controleer de TCP/IP-instellingen.
De TCP/IP van de machine werkt niet.
Controleer de instellingen van IP-adres, DHCP en Auto IP bij <TCP/IP instellingen>.
Als u <Bedrade LAN + draadloze LAN> hebt geselecteerd in <Selecteer interface>, controleert u de instellingen voor het IP-adres en DHCP in <Instellingen sublijn>.
<Instellingen IP-adres> (<Instellingen sublijn>)
Contr. TCP/IP-inst. (Hoofdlijn)
Het IP-adres van de hoofdlijn is ingesteld op "0.0.0.0".
Stel een ander IP-adres in.
Contr. TCP/IP-inst. (Sublijn)
Het IP-adres van de sublijn is ingesteld op "0.0.0.0".
Stel een ander IP-adres in.
Universal Print: Srvr. communicatiefout
Het apparaat is niet correct verbonden met het netwerk.
Controleer de machine- en netwerkinstellingen en probeer opnieuw verbinding te maken. Kon niet communiceren omdat er een fout is opgetreden.
Controleer of de server normaal werkt. Communicatie met de server is geblokkeerd vanwege firewallinstellingen.
Configureer de firewallinstellingen om communicatie toe te staan.
Universal Print: Srvr. verificatiefout
Er is een fout opgetreden tijdens serververificatie.
Start de machine opnieuw op. Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds verschijnt, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
Universal Print: Certificaat verlopen.
De vervaldatum van het certificaat is verlopen.
Verwijder dit apparaat uit Microsoft Entra ID en de computer, registreer het apparaat opnieuw en werk vervolgens het certificaat bij.
Universal Print: Interne fout
De printer functioneert niet meer normaal vanwege een onbekend probleem.
Start de machine opnieuw op. Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds verschijnt, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
Universal Print: Printer niet geregist.
Dit apparaat is uit Microsoft Entra ID verwijderd en er kan niet mee worden gecommuniceerd.
Registreer dit apparaat opnieuw in Microsoft Entra ID.
Contr. bedr. LAN-adpt. aangesl. op USB-poort.
Er zijn meerdere of geen USB-LAN-adapters aangesloten of de USB-LAN-adapter wordt niet herkend.
Controleer de aansluiting van de USB-LAN-adapter.
Als u de USB-LAN-adapter opnieuw aansluit, dient u de machine opnieuw op te starten.
XPS-afdrukbereikfout
Er zijn geen pagina's die kunnen worden verwerkt binnen het opgegeven afdrukbereik.
Geef een correct paginabereik op.
XPS-afbeeldingsgegevensfout
Kan de beeldgegevens niet uitbreiden.
Vervang de afbeeldingsgegevens in het XPS-bestand en probeer opnieuw af te drukken.
XPS-gegevensfout
Er is een ongeldige opdracht opgegeven wegens corrupte gegevens, enz., en de verwerking kan niet doorgaan.
Druk opnieuw af met XPS-gegevens in een indeling die wordt ondersteund door de machine.
XPS-fout nietonderst. afbeelding
Een niet-ondersteunde gegevensindeling is meegeleverd.
Converteer de gegevens naar TIFF- of JPEG-indeling en probeer opnieuw af te drukken.
XPS-fontfout
Kan de lettertypegegevens niet analyseren.
Vervang de lettertypegegevens in het XPS-bestand en probeer opnieuw af te drukken.
XPS-paginagegevensfout
Kan geen pagina's genereren omdat de beschrijvingen niet correct zijn.
Druk opnieuw af met XPS-gegevens in een indeling die wordt ondersteund door de machine.
XPS-geheugen vol
Er is onvoldoende geheugen om de XPS-gegevens te verwerken.
Selecteer <Fout overslaan> en ga door met afdrukken. Pagina's met de gegevens die de fout hebben veroorzaakt, worden mogelijk niet juist afgedrukt.
Kan toegangspunt niet vinden.
Het toegangspunt is niet gevonden.
Controleer de draadloze LAN-instellingen.
Kan de authenticatie-informatie niet verwijderen, omdat er een fout is opgetreden.
De verificatiegegevens kunnen niet worden verwijderd omdat er een onbekende fout is opgetreden.
Neem contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
Kan de authenticatie-informatie niet instellen, omdat er een fout is opgetreden.
De authenticatiegegevens konden niet worden ingesteld, omdat een niet-gespecificeerde fout is opgetreden.
Neem contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
Er is een fout opgetreden. Neem contact op met de systeembeheerder.
De geselecteerde gebruiker is al verwijderd.
Meld u aan als beheerder en registreer de knop opnieuw.
Er is een onverwachte systeemfout opgetreden.
Controleer de bewerkingen en meld u opnieuw aan. Als u zich nog steeds niet kunt aanmelden, neemt u contact op met uw systeembeheerder.
Bereid nieuwe afvaltonercontainer voor. (Vervanging nog niet nodig.) 
De tonerafvalbak is bijna vol.
U kunt nog een tijdje blijven afdrukken, maar u dient een nieuwe tonerafvalbak klaar te hebben zodat deze beschikbaar is voor vervanging. Als u de tonerafvalbak wilt vervangen op het moment dat dit bericht wordt weergegeven, volg dan de instructies in het onderstaande gedeelte om de tonerafvalbak te vervangen.
De tonerafvalbak vervangenEr wordt nog steeds een bericht weergegeven nadat u de tonerafvalbak hebt vervangen.
Het bericht waarin u wordt gevraagd een nieuwe tonerafvalbak gereed te maken, kan nog steeds worden weergegeven na het vervangen van de tonerafvalbak. Annuleer het bericht door regelmatig af te drukken of door de onderstaande procedure te volgen om de linkerklep te openen en te sluiten.
Openen en sluiten van de linkerklep1 Open de voorklep en vervolgens de linkerklep.
2 Sluit de linkerklep en vervolgens de voorklep.
Vervang de tonerafvalbak. 
De tonerafvalbak is vol en afdrukken is niet meer mogelijk.
Fout opgetreden tijdens de controle.
Het certificaat is ongeldig.
Registreer het juiste certificaat en geef de instellingen opnieuw op.
Deze CRL is ongeldig.
De CRL (Certificate Revocation List) is mogelijk corrupt, of er wordt misschien een ondertekeningsalgoritme gebruikt dat niet door de machine wordt ondersteund.
Registreer de correcte certificaatintrekkingslijst (CRL).
Deze CRL is verlopen.
De startdatum voor de CRL (Certificate Revocation List) kan worden ingesteld op een datum in de toekomst.
Controleer de startdatum van het certificaat dat op de machine is geregistreerd. Als de startdatum is ingesteld op een datum in de toekomst, gebruikt u het certificaat op een dag na die datum.
De datum en tijd die op de machine zijn ingesteld, zijn mogelijk onjuist.
Controleer de instellingen van de datum en tijd van de machine.
Kan niet registreren omdat het algoritme van deze sleutel niet wordt ondersteund.
U probeert de sleutel en het certificaatbestand te registreren van een niet-ondersteund versleutelingsalgoritme.
Registreer een sleutel en certificaatbestand van een ondersteund versleutelingsalgoritme.
Kan deze sleutel niet als de standaardsleutel instellen omdat die beschadigd of ongeldig is.
De opgegeven sleutel voor de machine kan niet worden ingesteld omdat deze beschadigd is.
Registreer de sleutel opnieuw.
Dit certificaat is ingetrokken.
Het certificaat is opgenomen in de CRL (Certificate Revocation List).
Registreer een nieuw certificaat.
Dit certificaat is ongeldig.
Het certificaat is ongeldig.
Registreer het juiste certificaat en geef de instellingen opnieuw op.
Dit certificaat is verlopen.
Het certificaat is mogelijk verlopen.
Controleer de vervaldatum van het certificaat dat op de machine is geregistreerd. Als het certificaat is verlopen, registreert u een geldig certificaat.
De datum en tijd die op de machine zijn ingesteld, zijn mogelijk onjuist.
Controleer de instellingen van de datum en tijd van de machine.
Het geschikte papierformaat, A4, is niet beschikbaar.
Er is geen papier geplaatst van het optimale formaat dat is geselecteerd via de automatische papierselectie.
Plaats papier van het weergegeven formaat.
<Auto. selectie papierbron> is ingesteld op <Uit>.
Geef de papierbron handmatig op.
Stel een papierbron met het optimale papierformaat in op <Aan> in <Auto. selectie papierbron>.
Er is een papiertype geplaatst dat niet kan worden geselecteerd via automatische papierselectie.
Geef de papierbron handmatig op.
Als u kopieën maakt, schakelt u het <Controleer type papier> selectievakje in <Auto. selectie papierbron> in.
Conflict met subnet mask
De netwerkadressen van de hoofdlijn en de sublijn zijn in conflict met elkaar.
Controleer het IP-adres en de subnetmaskerinstellingen van de hoofdlijn en de sublijn.
De standaardsleutel is niet ingesteld.
De sleutel en het certificaat (TLS-servercertificaat) zijn niet geregistreerd.
Als u TLS-versleutelde communicatie wilt gebruiken, moet u eerst de te gebruiken sleutel registreren.
Onbruikbare bedrade LAN-adapter aangesl.
Er is een USB-LAN-adapter aangesloten die niet met de machine kan worden gebruikt.
Voor meer informatie over de USB-LAN-adapters die kunnen worden gebruikt, neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
Kon certificaat niet bevestigen.
Het CA-certificaat van een certificeringsinstantie kan niet worden bevestigd.
Registreer een CA-certificaat dat is uitgegeven door een certificeringsinstantie.
Kan instellingen niet wijzigen, omdat geselecteerde sleutel wordt gebruikt.
De sleutel en het certificaat die u probeert te verwijderen, worden gebruikt voor met TLS versleutelde communicatie.
Stel alle TLS-instellingen in op <Uit> om versleutelde TLS-communicatie te stoppen.
Directe verbinding beëindigd door fout.
Er kan geen verbinding worden gemaakt met het mobiele apparaat of er zijn gedurende een bepaalde periode geen gegevens verzonden of ontvangen tussen de machine en het aangesloten mobiele apparaat.
Controleer de verbinding tussen de machine en het mobiele apparaat.
Kan niet afdrukken, omdat er mogelijk een niet-Canon- of namaakcartridge wordt gebruikt.
Mogelijk is er een tonercartridge waarvoor de afdrukkwaliteit niet kan worden gegarandeerd, geïnstalleerd.
Het wordt aanbevolen de tonercartridge te vervangen.
Het afdrukken kan niet doorgaan terwijl dit bericht wordt weergegeven.
Het aantal geregistreerde gebruikers heeft de limiet overschreden. Kan geen gebruikers meer registreren.
De gebruiker kan niet worden geregistreerd omdat het aantal gebruikers de bovenlimiet heeft overschreden.
Verwijder eventuele onnodige gebruikers.
De ingevoerde pincode is onjuist.
Er is een onjuiste pincode ingevoerd.
Voer de pincode opnieuw in.
Als u de pincode niet kent, neem dan contact op met de beheerder.
De verificatieserver werkt niet. Neem contact op met systeembehrder.
De LAN-kabel is los.
Sluit de LAN-kabel aan.
De Active Directory-server is niet geactiveerd.
Start de Active Directory-server.
De KDC-service van de Active Directory is gestopt.
Volg de onderstaande procedure om de servicestatus te controleren.
1 Start het beheerprogramma Service van Active Directory.
2 Controleer of de Active Directory-server normaal werkt.
Communicatie met de Active Directory*-server wordt geblokkeerd door de firewall.
Stop het blokkeren van de standaardpoort 88.
* Als Active Directory is ingesteld als aanmeldingsbestemming, wordt de communicatie gewoonlijk uitgevoerd met het UDP-protocol dat gebruikmaakt van poort 88, maar de gegevens worden mogelijk verwerkt met het TCP-protocol als die een bepaalde omvang te boven gaan.
Kan de verificatieserver niet vinden. Neem contact op met systeembehrder.
De LAN-kabel is los.
Sluit de LAN-kabel aan.
De primaire/secundaire DNS-serverinstellingen op de machine zijn niet correct of niet opgegeven.
Controleer de DNS-serverinstellingen van de machine en pas deze aan.
De DNS-server die is opgegeven op de machine, werkt niet of de service is gestopt.
Volg onderstaande procedure om de status en instellingen van de DNS-server te controleren.
1 Controleer of de DNS-server die op de machine is opgegeven, goed functioneert.
2 Start het beheerprogramma "Service" van de DNS-server.
3 Controleer de status in <DNS-server>, en als <Inschakelen> niet wordt weergegeven, klikt u met de rechtermuisknop en selecteert u <Inschakelen>.
Controleer of de hostrecord op de DNS-server staat.
Controleer of er een hostrecord bestaat in de DNS-server, en of de doorstuurinstellingen juist zijn.
Inloggen mislukt.
De accountgegevens voor het inloggen op de verificatieserver zijn ongeldig.
Neem contact op met de systeembeheerder.
De gebruikersnaam of het wachtwoord is niet correct ingesteld.
Bevestig de gebruikers-ID en het wachtwoord voor verificatie en geef op of de gebruiker over beheerdersbevoegdheden beschikt.
De attributen die in de serverinstellingen zijn opgegeven, zijn niet correct ingesteld.
Controleer of de attributen juist zijn. Zorg er ook voor dat de velden (attribuutnamen) geen ongeldige waarden bevatten.
De beheerdersaccountgegevens die in de serverinstellingen zijn opgegeven, zijn niet correct ingesteld. Of de gebruiker kon zich niet aanmelden als beheerder.
Geef de juiste beheerdersaccountgegevens op.
De gegevens voor de serverinstellingen zijn onvoldoende.
Controleer of de attributen die nodig zijn voor de aanmelding, correct zijn ingesteld.
Conflict met IP-adres gedetecteerd.
Het IPv4-adres dat is ingesteld voor deze machine, bestaat al in hetzelfde netwerk.
Wijzig het IP-adres van de machine in <IP-adres> in <IPv4-instellingen> zodat dit niet in conflict is met het IP-adres van een ander apparaat.
Conflict met IP-adres is gedetecteerd op het netwerk (hoofdlijn).
Het IPv4-adres dat is ingesteld voor de hoofdlijn van de machine, bestaat al in hetzelfde netwerk als de machine.
Wijzig het IP-adres van de hoofdlijn van de machine zodat dit niet in conflict is met het IP-adres van een ander apparaat.
Conflict met IP-adres is gedetecteerd. op het netwerk (sublijn).
Het IPv4-adres dat is ingesteld voor de sublijn van de machine, bestaat al in hetzelfde netwerk als de machine.
Wijzig het IP-adres van de sublijn van de machine zodat dit niet in conflict is met het IP-adres van een ander apparaat.
Controleer de netwerkverbinding.
De kabel is niet correct aangesloten op het apparaat.
Controleer of de LAN-kabel goed is aangesloten. Als u opnieuw verbinding hebt moeten maken, start de machine dan opnieuw.
De machine is niet correct verbonden met het netwerk.
Als u de machine gebruikt zonder verbinding met een netwerk, stelt u <Bevestig. netwerkaansl.> in op <Uit>.
Controleer de netwerkverbinding.(Hoofdlijn)
De machine en de LAN-kabel van de hoofdlijn zijn niet goed aangesloten.
Controleer of de LAN-kabel goed is aangesloten. Als u opnieuw verbinding hebt moeten maken, start de machine dan opnieuw.
De machine is niet correct verbonden met het netwerk.
Als u de machine gebruikt zonder verbinding met een netwerk, stelt u <Bevestig. netwerkaansl.> in op <Uit>.
Controleer de netwerkverbinding. (Sublijn)
De machine en de LAN-kabel van de sublijn zijn niet goed aangesloten.
Controleer of de LAN-kabel goed is aangesloten. Als u opnieuw verbinding hebt moeten maken, start de machine dan opnieuw.
De machine is niet correct verbonden met het netwerk.
Als u de machine gebruikt zonder verbinding met een netwerk, stelt u <Bevestig. netwerkaansl.> in op <Uit>.
Inloggen mislukt vanwege een verificatiefout
met de afdelings-ID.
Neem contact op met de systeembeheerder.
Als u gebruikersverificatie gebruikt, wordt afdelings-ID-beheer ingeschakeld, maar er zijn geen afdelings-ID's aan gebruikers toegewezen.
Als u een algemene gebruiker bent, vraagt u de beheerder u een afdelings-ID toe te wijzen.
Als u een beheerder bent, vraagt u de beheerder van afdelings-ID-beheer u een afdelings-ID toe te wijzen. Als beheerdersgebruikers zich niet kunnen aanmelden, neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
PDL ongeldige DLG-invoer
De printer functioneert niet meer normaal vanwege een onbekend probleem.
Start de machine opnieuw op. Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds wordt weergegeven, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
PDL DLG-renderingfout
De printer functioneert niet meer normaal vanwege een onbekend probleem.
Start de machine opnieuw op. Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds wordt weergegeven, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
PDL DLG onbekende fout
De printer functioneert niet meer normaal vanwege een onbekend probleem.
Start de machine opnieuw op. Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds wordt weergegeven, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
PDL DLG-geheugen vol
Het werkgeheugen was onvoldoende toen het systeem bezig was met het verwerken van gegevens (vooral grafische verwerking en tekstverwerking).
Selecteer <Fout overslaan> en ga door met afdrukken. Pagina's met de gegevens die de fout hebben veroorzaakt, worden mogelijk niet juist afgedrukt.
PDL DLGgeh.verd.fout
De printer functioneert niet meer normaal vanwege een onbekend probleem.
Start de machine opnieuw op. Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds wordt weergegeven, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
PDL GL-Orig. pos. onbekend
De printer functioneert niet meer normaal vanwege een onbekend probleem.
Start de machine opnieuw op. Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds wordt weergegeven, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
PDL GL-coörd.result.
De printer functioneert niet meer normaal vanwege een onbekend probleem.
Start de machine opnieuw op. Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds wordt weergegeven, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
PDL ongeldige GL-Invoer
De printer functioneert niet meer normaal vanwege een onbekend probleem.
Start de machine opnieuw op. Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds wordt weergegeven, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
PDL GL-serie controleren
De printer functioneert niet meer normaal vanwege een onbekend probleem.
Start de machine opnieuw op. Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds wordt weergegeven, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
PDL GL-geheugen vol
Het werkgeheugen was onvoldoende toen het systeem bezig was met het verwerken van gegevens (vooral grafische verwerking en tekstverwerking).
Selecteer <Fout overslaan> en ga door met afdrukken. Pagina's met de gegevens die de fout hebben veroorzaakt, worden mogelijk niet juist afgedrukt.
PDL GLgeh.verd.fout
De printer functioneert niet meer normaal vanwege een onbekend probleem.
Start de machine opnieuw op. Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds wordt weergegeven, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
PDL IMGrefer.datafout
De TIFF- en JPEG-gegevens bevatten gegevens die niet kunnen worden verwerkt door de machine.
Annuleer het afdrukken (
Afdrukken annuleren), initialiseer de printer om het vrije geheugen te vergroten en probeer opnieuw af te drukken. Houd er wel rekening mee dat de printer alle gegevens in het geheugen van de machine zal wissen. Raadpleeg Het apparaat instellen (PS/PCL/UFR II-printer) via de website met onlinehandleidingen voor meer informatie.
PDL IMG-init.fout
Het geheugen voor het afdrukken van de TIFF- of JPEG-gegevens was onvoldoende.
Annuleer het afdrukken (
Afdrukken annuleren), initialiseer de printer om het vrije geheugen te vergroten en probeer opnieuw af te drukken. Houd er wel rekening mee dat de printer alle gegevens in het geheugen van de machine zal wissen. Raadpleeg Het apparaat instellen (PS/PCL/UFR II-printer) via de website met onlinehandleidingen voor meer informatie.
PDL IMG-verwerk.fout
Er is een onbekend probleem opgetreden tijdens verwerking van de TIFF- of JPEG-gegevens.
Annuleer het afdrukken (
Afdrukken annuleren), initialiseer de printer en probeer opnieuw af te drukken. Houd er wel rekening mee dat de printer alle gegevens in het geheugen van de machine zal wissen. Raadpleeg Het apparaat instellen (PS/PCL/UFR II-printer) via de website met onlinehandleidingen voor meer informatie.
PDL IMG ongeldige gegevens
De TIFF- en JPEG-gegevens bevatten gegevens die niet kunnen worden verwerkt door de machine.
Selecteer <Fout overslaan> en ga door met afdrukken. De gegevens die de oorzaak van de fout zijn, worden echter niet afgedrukt.
Gegevens die niet door de machine kunnen worden verwerkt omdat de machine hetzelfde IP-adres heeft als een ander apparaat, enz., zijn verzonden.
Annuleer het afdrukken (
Afdrukken annuleren), controleer het IP-adres in <TCP/IP instellingen> en wijzig zo nodig het IP-adres.
PDL IMG-werkgeheugen vol
Het geheugen voor het verwerken van de TIFF- of JPEG-gegevens is onvoldoende.
Annuleer het afdrukken (
Afdrukken annuleren), initialiseer de printer om het vrije geheugen te vergroten en probeer opnieuw af te drukken. Houd er wel rekening mee dat de printer alle gegevens in het geheugen van de machine zal wissen. Raadpleeg Het apparaat instellen (PS/PCL/UFR II-printer) via de website met onlinehandleidingen voor meer informatie.
Selecteer <Fout overslaan> en ga door met afdrukken. De gegevens die de oorzaak van de fout zijn, worden echter niet afgedrukt.
Opbouwfout PDL nn (waarbij "nn" staat voor een modulenaam) 
De printer functioneert niet meer normaal vanwege een onbekend probleem.
Start de machine opnieuw op. Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds wordt weergegeven, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
PDL PDF-fout
Er zijn PDF-gegevens verzonden die niet kunnen worden verwerkt door de machine.
Annuleer het afdrukken (
Afdrukken annuleren), optimaliseer de PDF met Adobe Acrobat en probeer opnieuw af te drukken.
Annuleer het afdrukken (
Afdrukken annuleren), open het PDF-bestand in de toepassing en probeer opnieuw af te drukken met het printerstuurprogramma.
Als het probleem niet is opgelost met de bovenstaande oplossingen, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
PDL PDF-gegevensdecoderingsfout
Het wachtwoord voor het afdrukken van het PDF-bestand is onjuist.
Voer het juiste wachtwoord in en probeer opnieuw af te drukken.
Afdrukken is niet toegestaan in de beveiligingsinstellingen in het PDF-bestand.
Wijzig het PDF-bestand om afdrukken in een toepassing toe te staan voor het bewerken van PDF-bestanden.
Als het PDF-bestand is gekoppeld aan een beleidsserver, is de beleidsserver niet toegankelijk.
Controleer of de beleidsserver is ingeschakeld.
Controleer of de machine, de beleidsserver en het netwerk normaal functioneren.
PDL PDF-geheugen vol
Er is onvoldoende geheugen om de PDF-gegevens te verwerken.
Annuleer het afdrukken (
Afdrukken annuleren), optimaliseer de PDF door instellingen zoals de beeldresolutie aan te passen met Adobe Acrobat (om de grootte van de af te drukken gegevens die in een keer gedrukt moeten worden te verkleinen), en druk opnieuw af.
Annuleer het afdrukken (
Afdrukken annuleren), verdeel de pagina's van de PDF-gegevens in Adobe Acrobat in meerdere bestanden en probeer opnieuw af te drukken.
Annuleer het afdrukken (
Afdrukken annuleren), open het PDF-bestand in de toepassing en probeer opnieuw af te drukken met het printerstuurprogramma.
PDL RIP-verwerk.fout
De printer functioneert niet meer normaal vanwege een onbekend probleem.
Start de machine opnieuw op. Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds wordt weergegeven, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
PDL XPS-renderingfout
Er is een fout opgetreden in het opbouwsysteem.
Herstart de machine en probeer het opnieuw. Als het bericht nog steeds wordt weergegeven, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
PDL-beeldgeh.fout
De printer functioneert niet meer normaal vanwege een onbekend probleem.
Start de machine opnieuw op. Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds wordt weergegeven, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
Time-out PDL-rendering
De printer functioneert niet meer normaal vanwege een onbekend probleem.
Start de machine opnieuw op. Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds wordt weergegeven, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
PDL-gegevensoverdrachtfout
De printer functioneert niet meer normaal vanwege een onbekend probleem.
Start de machine opnieuw op. Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds wordt weergegeven, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
PDL reg. toegangsfout
De printer functioneert niet meer normaal vanwege een onbekend probleem.
Start de machine opnieuw op. Als het bericht na het herstarten van de machine nog steeds wordt weergegeven, noteert u het bericht en neemt u contact op met uw dealer of servicevertegenwoordiger.
Wachtwoord voldoet niet aan eisen van het beleid. Wijzig wachtwoord.
Het ingevoerde wachtwoord voldoet niet aan de regels van het wachtwoordbeleid.
Voer een wachtwoord in dat voldoet aan de regels van het wachtwoordbeleid. Als u het wachtwoordbeleid niet kent, neemt u contact op met uw systeembeheerder.
Ongeschikte tonercartridge in dit apparaat geplaatst, waardoor afdrukken momenteel niet mogelijk is.
Er is geen tonercartridge geplaatst die met de machine kan worden gebruikt.
Plaats een tonercartridge die met de machine kan worden gebruikt. Voor instructies over het controleren van het modelnummer van de tonercartridge raadpleegt u
Vervangende onderdelen.
Het afdrukken kan niet doorgaan terwijl dit bericht wordt weergegeven.
Kan geen verbinding met de server maken omdat de tijdsinstellingen van het apparaat en de geselecteerde server niet zijn gesynchroniseerd. Controleer de instellingen.
De datum- en tijdinstellingen van de machine en de verificatieserver verschillen.
Synchroniseer de datum- en tijdinstellingen van de machine en de verificatieserver.
Geen papier.
Het papier in de papierbron is op.
Plaats papier in de papierbron die wordt weergegeven op het scherm.
De papiergeleiders in de papierbron staan in de verkeerde stand.
Schuif de papiergeleiders tegen de randen van het papier. Afhankelijk van de snijrand van het papier kunnen meerdere vellen papier worden aangevoerd tijdens het afdrukken, wat tot papierstoringen kan leiden. Dit kan worden verminderd door de oriëntatie van het geplaatste papier te wijzigen.
De papierinstellingen komen niet overeen met het papier dat is geplaatst.
Druk op

(Statusmonitor)

selecteer <Apparaatstatus>

<Papierinformatie> om de papierinstelling te controleren. Als de papierinstellingen onjuist zijn, past u deze aan het geplaatste papier aan. Het papier dat in de papierlades en de papiertafel is geplaatst, kan worden ingesteld in <Papierinstellingen> op het scherm <Home>.
De papierinstellingen in het stuurprogramma of de toepassing komen niet overeen met het papier dat is geplaatst.
Controleer de papierinstellingen op het scherm [Voorkeursinstellingen voor afdrukken] van het printerstuurprogramma en stel die in op het papier dat is geplaatst.
Inloggen mislukt.
Anonieme toegang op de verificatieserver is niet toegestaan.
Neem contact op met de systeembeheerder.
Anonieme toegang is niet toegestaan op de LDAP-server.
Schakel het selectievakje in [Verificatie-informatie gebruiken] op het scherm in om gegevens op de LDAP-server in te voeren en stel de gebruikersnaam en het wachtwoord in volgens de informatie die is geregistreerd in de LDAP-server.