Vervangen van de tonercartridge
Als de toner (bijna) op is, verschijnt een bericht waarin u wordt gevraagd een nieuwe tonercartridge voor te bereiden of de tonercartridge te vervangen. Bereid een nieuwe tonercartridge voor of vervang de tonercartridge volgens het weergegeven bericht.
|
Tonercontainers opslaan zoals hieronder beschrevenBewaar tonercontainers onder de volgende omstandigheden: Temperatuurbereik bij opslag: 20-27ºC Relatieve luchtvochtigheid opslag: 15% tot 60% relatieve luchtvochtigheid (relatieve luchtvochtigheid, condensvrij)* * Zelfs bij de goedgekeurde relatieve luchtvochtigheid voor opslag kunnen er in de tonercartridge waterdruppels (condensvorming) ontstaan als er binnen en buiten de tonercartridge sprake is van een temperatuurverschil. Condensvorming heeft een nadelig effect op de afdrukkwaliteit. Ongeopend bewaren tot vlak voor gebruik. Bewaar tonercartridges niet op de volgende plaatsen: Locaties die worden blootgesteld aan open vuur Een plaats in direct zonlicht Een locatie die wordt blootgesteld aan lucht met een zeer hoog zoutgehalte Een plaats die in hoge mate is blootgesteld aan corrosieve gassen (bijv. spuitbussen of ammoniak) Zeer warme en/of vochtige locaties Een locatie die wordt blootgesteld aan plotselinge veranderingen in temperatuur en luchtvochtigheid en waar condensvorming kan optreden Zeer stoffige locaties Locaties die toegankelijk zijn voor kinderen Een locatie in de buurt van producten die magnetisme afgeven |
 |
Voor meer informatie over elk bericht raadpleegt u Maatregelen bij elk bericht. Voor informatie over de productnummers voor tonercartridges raadpleegt u Verbruiksmaterialen. U kunt de huidige hoeveelheid resterende toner controleren. Het resterende tonerniveau controleren |
Procedure voor het vervangen van de tonercartridge
Bij het vervangen van tonercartridges volgt u de instructies in de video en de hieronder geschreven instructies.
 |
Als u meerdere tonercartridges tegelijk vervangt, vervang ze dan in de volgorde zwart, geel, magenta, cyaan. |
1
Druk op 
.
.Als de zwarte toner geheel op is, is deze procedure niet noodzakelijk.
2
Open het tonerdeksel.
Plaats uw vingers op de deuk in het midden van de deksel voor tonervervanging en trek de deksel naar u toe om deze te openen. De vervangende kap (kleine kap) van de sleuf opent voor de toner die vervangen moet worden.
Open het kleine deksel niet met kracht. U voorkomt hiermee dat de machine beschadigd raakt.
3
Trek de tonerpatroon naar buiten.
Raak de punt van de tonercartridge nooit aan en vermijd schokken doordat de tonercartridge bijvoorbeeld ergens tegenaan botst. Hierdoor kan de toner gaan lekken.
4
Haal de nieuwe tonercartridge uit de doos.
5
Houd de nieuwe tonercartridge horizontaal kantel deze voorzichtig ongeveer 10 keer heen en weer.
Door het schudden van de tonercartridge wordt de toner gelijkmatig verdeeld.
6
Verwijder het kapje van de nieuwe tonercartridge.
Houd de nieuwe tonercartridge rechtop en plaats deze. Verwijder het beschermkapje door het in de richting van de pijl te draaien.
7
Installeer de nieuwe tonercartridge.
Bevestig voor het installeren van de tonercartridge dat de kleur van de tonercartridge en de aangegeven kleur op de kleine klep hetzelfde zijn.
8
Sluit de kleine klep.
|
De kleine klep kan pas dicht als de tonercartridge zo ver mogelijk naar binnen is geduwd. Probeer de klep niet met geweld dicht te duwen. Daardoor kan hij breken. |
9
Sluit het tonerdeksel.
|
U kunt de machine instellen om een bericht weer te geven dat de resterende hoeveelheid toner bijna op is. Als het afdrukken is onderbroken omdat de toner op was, wordt dit automatisch hervat wanneer u de tonercartridge terugplaatst. Als de kleur en densiteit van het afdrukken anders zijn na het vervangen van de tonercartridge, voer dan een aanpassing uit. |