<Boven>
<Contr. opslaglocatie>
Huidig weergegeven locatie
worden opgeslagen.
Opgeslagen bestanden en mappen
) of aflopende (
) volgorde.
Aantal geselecteerde bestanden
<Afdrukken>
<Mapactiviteit.>
<Weerg. afbeeld.>
<Wis selectie>
ongedaan gemaakt.
<Bewerk bestand>
Knop voor schakelen weergeven

|
1
|
Selecteer een bestand en druk op <Bewerk bestand>
<Wijzig bestandsnaam>. |
|
2
|
Voer een bestandsnaam in en druk op <OK>.
|

|
1
|
Selecteer een bestand en druk op <Weerg. afbeeld.>.
|
|
2
|
Druk nadat u de voorbeeldafbeelding hebt gecontroleerd, op <Terug>.
Druk op <Afdrukken> om het bestand af te drukken.
|

|
1
|
Selecteer een bestand en druk op <Bewerk bestand>
<Details>. |
|
2
|
Druk nadat u de gedetailleerde informatie hebt gecontroleerd, op <OK>.
|

|
1
|
Selecteer een bestand en druk op <Bewerk bestand>
<Verwijderen>. |
|
2
|
Druk op <Ja>.
|

|
1
|
Stel het origineel in. Plaatsen van originelen
|
|
2
|
Druk op <Bewerk bestand>
<Bestanden toevoegen (Scannen + opslaan)>. |
|
3
|
Geef zo nodig de scaninstellingen op en druk op
.Voor informatie over scaninstellingen raadpleegt u Instellingenscherm en bewerkingen voor scannen om op te slaan.
|

|
1
|
Druk op <Mapactiviteit.>.
|
|
2
|
Druk op <Map aanmaken>.
|
|
3
|
Voer een mapnaam in en druk op <OK>.
|
|
4
|
Druk op <OK>.
|

|
1
|
Geef een map weer waarvan u de gegevens wilt controleren, en druk op <Mapactiviteit.>.
|
|
2
|
Selecteer een map en druk op <Details>.
|
|
3
|
Druk nadat u de gedetailleerde informatie hebt gecontroleerd, op <OK>.
|
|
|
Druk op <Verbreken> als u klaar bent. <Verbreken> wordt alleen weergegeven wanneer wordt voldaan aan alle onderstaande voorwaarden.
Er vindt geen gebruikersauthentificatie plaats.
De machine is aangemeld bij de verbonden bestandsserver.
|