Als u een sleutel en certificaat wilt gebruiken die u zelf hebt gegenereerd, moet u sleutel en certificaat genereren voordat u onderstaande procedure uitvoert. Sleutel en certificaat voor netwerkcommunicatie genereren Als u een sleutel en certificaat wilt gebruiken die u ophaalt bij een certificeringsinstantie, moet u eerst sleutel en certificaat registreren voordat u onderstaande procedure uitvoert. Een sleutel en certificaat registreren Als u <Stel de encryptiemethode in op FIPS 140-2> instelt op <Aan>, kunt u ervoor zorgen dat de TLS-communicatieversleutelingsmethode voldoet aan de door de Amerikaanse overheid goedgekeurde FIPS (Federal Information Processing Standards) 140-2. <Stel de encryptiemethode in op FIPS 140-2> Als <Stel de encryptiemethode in op FIPS 140-2> is ingesteld op <Aan>, treedt er een fout op wanneer u probeert een certificaat voor TLS op te geven dat gebruikmaakt van een algoritme dat niet wordt herkend door FIPS (minder dan RSA 2048-bits). Er treedt een communicatiefout op als u <Stel de encryptiemethode in op FIPS 140-2> instelt op <Aan> en verzendt naar een andere partij die geen ondersteuning biedt voor door FIPS herkende versleutelingsalgoritmen. Als <Stel de encryptiemethode in op FIPS 140-2> is ingesteld op <Aan>, <CHACHA20-POLY1305> en <X25519> schakel over naar <Uit>. Als <CHACHA20-POLY1305> of <X25519> is ingesteld op <Aan>, schakelt <Stel de encryptiemethode in op FIPS 140-2> over naar <Uit>. |
Algoritme | TLS-versie | |||
<TLS 1.3> | <TLS 1.2> | <TLS 1.1> | <TLS 1.0> | |
<Inst. Versleutelingsalgoritme> | ||||
<AES-CBC (256-bits)> | - | |||
<AES-GCM (256-bits)> | - | - | ||
<3DES-CBC> | - | |||
<AES-CBC (128-bits)> | - | |||
<AES-GCM (128-bits)> | - | - | ||
<CHACHA20-POLY1305> | - | - | - | |
<Instellingen Key Exchange-algor.> | ||||
<RSA> | - | |||
<ECDHE> | ||||
<X25519> | - | - | - | |
<Instellingen Handt.algoritme> | ||||
<RSA> | ||||
<ECDSA> | ||||
<Instellingen vr HMAC-algoritm.> | ||||
<SHA1> | - | |||
<SHA256> | - | - | ||
<SHA384> | - | - |