

![]() |
Als u verbinding maakt met een ander netwerk via een router, geeft u het gateway-adres van tevoren op in [IPv4-instellingen]/[Instellingen sublijn: Basisinstellingen]. Een IPv4-adres instellen Instellen van het IPv4-adres van de sublijn |
[Instellingen voor Statische routing].
klik op [OK]
[OK].![]() |
De routevolgorde wordt weergegeven in [Prioriteit] op het instellingenscherm voor statische routing. U kunt maximaal 16 apparaten registreren die kunnen worden verbonden. In [Routing-registratie] wordt aangegeven of het inschakelen van de instellingen voor statische routering is geslaagd of niet. Wanneer in [Routing-registratie] wordt aangegeven dat het is mislukt, selecteert u de instellingen voor statische routing die zijn mislukt en stelt u het adres en het gateway-adres opnieuw in. |