<Volume-instellingen>

Alle instellingen die worden gebruikt om het bevestigingsgeluid te genereren van een toets die wordt ingedrukt, het geluid dat aangeeft dat het afdrukproces is voltooid, en ander geluiden, worden vermeld met beschrijvingen.


Voor informatie over de instellingsprocedures raadpleegt u Geluiden instellen.

<Invoersignaal>

<Inst.>

<Volume-instellingen>

U kunt instellen of er een geluid wordt geproduceerd wanneer een toets op het bedieningspaneel is ingedrukt.

<Ongeldig invoersignaal>

<Inst.>

<Volume-instellingen>

U kunt instellen of er een geluid wordt geproduceerd wanneer een ongeldige toetsbewerking is uitgevoerd, bijvoorbeeld wanneer een ongeldige numerieke waarde is ingevoerd.

<Verbr.mat. aanvul. signaal>

<Inst.>

<Volume-instellingen>

U kunt instellen of er een geluid wordt geproduceerd dat aangeeft dat Einde gebruiksduur tonercartridge nadert.

<Waarschuwingssignaal>

<Inst.>

<Volume-instellingen>

U kunt instellen of er een geluid wordt geproduceerd dat aangeeft dat er een probleem is opgetreden op de machine, zoals een papierstoring, onjuiste bediening of het indrukken van een onbruikbare toets.

<Gereedsignaal>

<Inst.>

<Volume-instellingen>

U kunt instellen of er een geluid wordt geproduceerd wanneer het afdrukken is voltooid.

<Sluim.modussig.>

<Inst.>

<Volume-instellingen>

U kunt instellen of er een geluid wordt geproduceerd wanneer de machine de slaapstand ingaat of verlaat.

<Aanmeldingstoon>

<Inst.>

<Volume-instellingen>

U kunt instellen of er een geluid wordt geproduceerd wanneer het inloggen is gelukt.