Instellen
Na het installeren van het apparaat: kies de vereiste instellingen om de functies te kunnen gebruiken.
De standaard instellingen van het apparaat kiezen
Als u het apparaat voor de eerste keer AAN zet, verschijnt het scherm (Installatiehandleiding) om de items in te stellen voor het gebruik van het apparaat. Kies de instellingen aan de hand van de scherminstructies.
De standaardinstellingen configureren (Installatiehandleiding) Het netwerk instellen
Om het apparaat vanaf een computer te bedienen of om verbinding te maken met een server, moet u het apparaat verbinden met een netwerk. Als u geen verbinding met het netwerk maakte toen u de standaardinstellingen configureerde, doe dat dan tijdens deze stap.
Het netwerk instellenDe faxinstellingen kiezen
Configureer de faxinstellingen op het scherm voor het instellen van de items die nodig zijn voor het gebruik van de faxfunctie (Faxinstallatiehandleiding). Als u deze instellingen niet configureerde toen u de standaardinstellingen configureerde, doe dat dan tijdens deze stap.
De faxinstellingen kiezen (Installatiehandleiding)Software en stuurprogramma's op de computer installeren
Installeer de vereiste software voor het gebruik van het apparaat en alle printer- en faxstuurprogramma's op de computer. Als u de software of stuurprogramma's niet hebt geïnstalleerd toen u de standaardinstellingen configureerde, en u deze afzonderlijk wilt installeren, raadpleeg dan het volgende:
Software en stuurprogramma's op de computer installerenZie ook
Maatregelen toepassen om onbevoegde toegang te vermijden
Het is belangrijk dat u maatregelen neemt tegen veiligheidsrisico’s als u dit apparaat in een netwerkomgeving gebruikt. Bekijk voorbeelden van maatregelen die met het apparaat kunt nemen.
Maatregelen om onbevoegde toegang te verhinderenBeschikbare functies controleren
De voor u beschikbare apparaatfuncties verschillen per model. Controleer welke functies uw model biedt.
Ondersteunde functiesDe vereiste instellingen kiezen om de apparaatfuncties te gebruiken
Belangrijke instelgegevens vanaf een ander apparaat
U kunt instelgegevens delen met andere apparaten om tijd uit te sparen die nodig is voor het registreren en kiezen van de instellingen. U kunt gegevens vanaf een ander apparaat (zelfde model) exporteren naar een computer, en deze gegevens importeren in het apparaat, om de instellingen te delen.
Het adresboek importeren en exporteren