Dialoogvenster [Kleurinstellingen]/[Grijswaarden instellingen]

Hiermee kunt u de kleur, helderheid, het contrast en de kleurafstemming aanpassen.
Klik op een van de volgende koppelingen om naar de beschrijving te gaan.
Tabblad [Kleuraanpassing]/[Grijswaardenafstelling]
Tabblad [Afstemming]
 
Beschrijvingen onder Tabblad [Kwaliteit] (Instellingen)

Beschrijving van instellingen

Tabblad [Kleuraanpassing]/[Grijswaardenafstelling]

U kunt het aangepaste beeld controleren met [Origineel] en [Voorbeeld].
[Verhogen (Kleur)]
Klik op de knop van de kleur die u wilt versterken. U kunt de kleur aanpassen door de afbeelding naar de kleur(en) te slepen die u wilt versterken.
[Helderheid]
Hiermee kunt u de helderheid aanpassen met de schuifregelaar.
[Contrast]
Hiermee kunt u het contrast aanpassen met de schuifregelaar.
[Standaardwaarden herstellen]
Hiermee worden alle instellingen weer teruggezet op de standaardwaarden.

Tabblad [Afstemming]

Hiermee kunt u instellingen configureren met betrekking tot afstemming en gamma-aanpassing.
[Afstemming modus]
[Standaardwaarde printer]
Hiermee worden de standaardinstellingen voor de printer wordt gebruikt.
[Driver vergelijking modus]
Hiermee wordt een afstemmingsbewerking uitgevoerd voor het stuurprogramma van de printer (computer).
[ICM-modus]
Hiermee wordt een afstemmingsbewerking uitgevoerd met de ICM-functie van het printerstuurprogramma.
[Gamma-aanpassing]
U kunt de helderheid van het afdrukresultaat zo aanpassen, dat de helderste en donkerste delen van het beeld niet verloren gaan. Deze functie is nuttig, wanneer u een helderder beeld wilt afdrukken dan het oorspronkelijke of de helderheid bij het afdrukken wilt wijzigen. Selecteer een gammawaarde bij [Gamma].
Als u een computer met hoge prestaties gebruikt, wordt aanpassing op de host (computer) aanbevolen. Hierdoor wordt de afdruktijd korter.
[Afstemmingsmodus omgevingslicht [Kyuanos]]
Hiermee wordt een afstemming uitgevoerd met de weergave die is aangepast aan de verschillen in belichting. Stel [Kleurruimte monitor] en [Omgevingslicht] in bij [Afstemmingsmodus omgevingslicht [Kyuanos]].
[Geen driververgelijking]
Selecteer deze functie om het afstemmingsproces in de toepassing uit te voeren. Als het afstemmingsproces zowel in de toepassing als in de printer of het stuurprogramma wordt uitgevoerd, worden de kleuren mogelijk niet correct afgedrukt.
[Gebruik]
Selecteer dit bij het uitvoeren van het afstemmingsproces in het stuurprogramma (computer) of op de printer.
[Niet gebruiken]
Selecteer dit bij het uitvoeren van het afstemmingsproces in een toepassing.
[Prioriteit voor kleurafstemming met toepassing]
Als de afgedrukte kleuren niet naar wens zijn, schakelt u dit selectievakje uit en kunt u een afstemmingsbewerking uitvoeren in het stuurprogramma of op het apparaat.
[Afstemmingsmethode]
Hiermee geeft u op aan welk element prioriteit moet worden gegeven bij kleurafstemming. Afhankelijk van het printermodel kunt u ook een aangepast profiel opgegeven dat naar de printer is gedownload.
[Standaardwaarde printer]
De printerinstelling wordt gebruikt.
[Perceptie [fotografisch]]/[Algemeen]
Bij kleurafstemming wordt prioriteit gegeven aan kleurtint en wordt fotografische tint gegenereerd.
[Perceptie [afgestemd op monitorkleuren]]/[Perceptie]
Bij kleurafstemming wordt prioriteit gegeven aan kleurtint en worden de kleuren in overeenstemming gebracht met de kleuren op het beeldscherm.
[Verzadiging]
Bij kleurafstemming wordt prioriteit gegeven aan intensiteit.
[Colorimetrisch]
Hiermee wordt prioriteit gegeven aan vermindering van het kleurverschil tussen een origineel document op het scherm (bijvoorbeeld een logo) en de afdruk.
[Colorimetrisch [geen witpuntcorrectie]]
Afstemming wordt op dezelfde manier uitgevoerd als met de optie Relative Colorimetric of Colorimetrisch, maar zonder witcorrectie.
[Vivid Photo]
Levert sterkere en diepere kleuren dan [Perceptie [fotografisch]].
[Standaard]
Hiermee wordt de standaardkleurafstemming gebruikt die geschikt is voor het geselecteerde doel.
Vereiste voorwaarde (wanneer u een aangepast profiel opgeeft dat naar de printer is gedownload): tabblad [Apparaatinstellingen] → dialoogvenster [Functie-instellingen apparaat] → selecteer [303 of hoger] bij [Platformversie].
Functies die niet samengaan met deze functie:
[Afstemming modus] → [Standaardwaarde printer]
[Afstemming modus] → [Niet gebruiken]
[Beeldschermprofiel]
Hiermee kunt u de geschikte instelling opgeven voor uw beeldscherm als [Driver vergelijking modus] is geselecteerd voor [Afstemming modus]. Als voor één optie verschillende gammawaarden beschikbaar zijn en de afgedrukte afbeelding lichter is dan die van het beeldscherm, selecteert u de hoogste gammawaarde; dit levert de beste resultaten op.
Als een aangepaste instelling voor het beeldscherm is opgegeven, is het moeilijk om bij kleurafstemming afdrukken te produceren waarvan de kleuren overeenstemmen met die van het beeldscherm.
Functies die niet samengaan met deze functie: [Afstemming modus] → [Niet gebruiken]
[Afstemmingsmodus omgevingslicht [Kyuanos]]
Hiermee kunt u de geschikte instelling opgeven indien u [Afstemmingsmodus omgevingslicht [Kyuanos]] selecteerde bij [Afstemming modus].
[Kleurruimte monitor]
Selecteer de kleurruimte die wordt gebruikt voor uw monitor.
[Omgevingslicht]
Selecteer de kleurtemperatuur van het omgevingslicht.
[Gamma]
Hiermee kunt u de geschikte gammawaarde selecteren indien u [Gamma-aanpassing] selecteerde bij [Afstemming modus].
[Standaardwaarden herstellen]
Hiermee worden alle instellingen weer teruggezet op de standaardwaarden.