Dialoogvenster [Gedetailleerde instellingen] (Tabblad [Apparaatinstellingen])

Hiermee kunt u gedetailleerde stuurprogramma-instellingen configureren zoals papierdetails, taaknamen voor afdrukgegevens, enzovoort.
Beschrijvingen onder Tabblad [Apparaatinstellingen] (Instellingen)

Beschrijving van instellingen

[Ook aangepaste papierformaten weergeven die niet in dit stuurprogramma zijn opgenomen]
Hiermee worden aangepaste papierformaten afgebeeld in de lijst met aangepaste papierformaten die marges hebben die buiten het bereik van het stuurprogramma vallen.
[Taaknaam inkorten]
Hiermee kunt u op het bedieningspaneel van de printer de taaknaam van de afdrukgegevens inkorten. Als de taaknaam de volgende prefixen bevat, worden deze verwijderd.
Microsoft Word -
Microsoft PowerPoint -
Microsoft Office Outlook -
Microsoft Outlook -
[Detecteert kenmerken van aangepaste papiersoort tijdens het afdrukken]
Controleert overeenkomst tussen de papiersoort die is ingesteld door de gebruiker en de papiersoort(en) in de printer tijdens het afdrukken.
[Prioriteit voor afwerkingsinstellingen van stuurprogramma]
Hiermee wordt afgedrukt met prioriteit voor de afwerkingsopties die ingesteld zijn met het stuurprogramma.
[Alleen zwart-witafdrukken toestaan]
Wanneer u dit item instelt, worden documenten normaal afgedrukt in zwart-wit.
[Beveiligd afdrukken/Verificatie van beheer afdelings-id]
Selecteer een authenticatiemethode voor Beveiligd afdrukken/Beheer afdelings-id uit [Modus 1] en [Modus 2]. Laat de modus overeenstemmen met de op de printer ingestelde authenticatiemodus.
[Oude gradatiecorrectiegegevens gebruiken]
Selecteer dit als u oude gradatiecorrectiegegevens wilt gebruiken.