1
|
Druk op [Kopiëren].
|
1
|
Druk op [RX/TX].
|
1
|
Druk op [Fax].
|
1
|
Druk op [Afdrukken].
|
1
|
Druk op [Apparaat].
|
1
|
Druk op [Status], [TX-opdrachtstatus], of [RX-opdrachtstatus] om de opdrachten in het geheugen van de machine te controleren, of druk op [Log], [TX-opdrachtlog] of [RX-opdrachtrapport] om de gegevens te bekijken van de opdrachten die door de machine zijn verwerkt.
Het scherm hierboven is een voorbeeld van het scherm Kopieerstatus.
|
Pictogram
|
Type opdracht
|
Kopieeropdracht
|
|
Faxopdracht
|
|
I-Faxopdracht
|
|
E-mailopdracht
|
|
Archiveeropdracht
|
|
Afdrukopdracht
|
|
Media afdrukopdracht
|
|
Rapport afdrukopdracht
|
Pictogram
|
Opdrachtstatus
|
Uitvoeren
|
|
Wachten
|
|
Annuleren
|
1
|
Controleer de huidige status van de machine.
N.B.
Als een fout in de machine optreedt, verschijnt een vierkante toets onder <Herstelstappen>. Druk op deze toets voor instructies voor het opheffen van de storing.
|
2
|
Druk op [Verbruiksmaterialen] om de status weer te geven van de toner, afvaltoner en nietjes.
|
3
|
Controleer de status van de toner, afvaltoner en nietjes.
|
4
|
Druk op [Gereed] om terug te gaan naar het scherm Apparaatstatus.
|