Een document afdrukken dat is beveiligd met een pincode (beveiligd afdrukken)

Als u gaat afdrukken vanaf een computer, kunt u een pincode instellen voor een document. Het document blijft dan in een optionele SD-card op het apparaat staan en wordt pas afgedrukt nadat op het bedieningspaneel van het apparaat de juiste pincode is ingevoerd. Deze functie wordt Beveiligd afdrukken genoemd en het document dat u beveiligt met een pincode wordt een beveiligd document genoemd. Gebruik deze functie om te voorkomen dat vertrouwelijke documenten onbeheerd bij het apparaat blijven liggen. Voordat u deze functie kunt gebruiken, moet u eerste een optionele SD-card op het apparaat installeren (Een SD-card installeren).
 

Een beveiligd document van een computer naar de machine sturen

Volg onderstaande procedure. U kunt een document verzenden dat is beveiligd met een PIN.
1
Open een document in een programma en geef het afdrukvenster weer.
De manier waarop u het afdrukvenster weergeeft, kan per programma verschillen. Raadpleeg voor meer informatie de Help van het programma dat u gebruikt.
2
Selecteer dit apparaat en klik op [Voorkeuren] of [Eigenschappen].
Het scherm dat wordt weergegeven, verschilt afhankelijk van het programma dat u gebruikt.
3
Selecteer [Beveiligd afdrukken] in [Uitvoermodus].
Klik op [Ja] of [Nee] in het scherm [Informatie].
Als u telkens opnieuw dezelfde gebruikersnaam en pincode wilt gebruiken, klikt u op [Ja]. Als u de gebruikersnaam en pincode elke keer wilt wijzigen, klikt u op [Nee].
Als u [Ja] hebt geselecteerd
4
Geef de afdrukinstellingen op en klik op [OK].
Klik op de tabbladen [Algemene instellingen], [Pagina-instelling], [Afwerking], [Papierbron], of [Kwaliteit] om de afdrukinstellingen op ieder scherm naar behoefte op te geven. Verschillende afdrukinstellingen
5
Klik op [Afdrukken] of [OK].
Nadat het beveiligde document naar het apparaat is verzonden, blijft het document op de SD-card wachten om te worden afgedrukt.
Als u [Nee] hebt geselecteerd bij stap 3
Als u de 'Encrypted Secured Print Driver Add-in for Client PC' (Invoegtoepassing voor stuurprogramma gecodeerd beveiligd afdrukken voor client-pc) installeert die is meegeleverd in het optionele pakket SD CARD-C1 op het apparaat, kunt u de functie voor gecodeerd afdrukken met hogere veiligheid gebruiken. De gecodeerde, beveiligde afdruk gebruiken

Beveiligde documenten afdrukken

Als u een beveiligd document naar het apparaat hebt verstuurd, moet u het document binnen een uur afdrukken. Als die tijd is verstreken, wordt het document verwijderd van de SD-card en kunt u het document niet meer afdrukken.
U kunt de geldige periode wijzigen dat beveiligde documenten in het geheugen blijven staan. De periode instellen waarna beveiligde documenten worden verwijderd
1
Druk op  ().
2
Druk op / om <Beveiligd afdrukken> te selecteren en druk vervolgens op .
3
Selecteer het beveiligde document dat u wilt afdrukken en druk op .
Als de SD-card slechts één beveiligd document bevat, wordt dit scherm niet weergegeven.
Als de gebruikersnaam wordt weergegeven
Als er beveiligde documenten van twee of meer gebruikers op de SD-card staan, wordt eerst het onderstaande scherm voor het selecteren van de gebruiker weergegeven, alvorens het bovenstaande scherm verschijnt. Selecteer uw gebruikersnaam en druk op .
4
Voer de pincode in en druk op .
Het afdrukken wordt gestart.
Om afdruktaken te annuleren, gebruikt u het bedieningspaneel. Afdrukken annuleren

De periode instellen waarna beveiligde documenten worden verwijderd

De standaardinstelling van het apparaat is dat beveiligde documenten een uur na ontvangst in het geheugen worden verwijderd als ze nog niet zijn afgedrukt. U kunt deze instelling echter wijzigen in een waarde binnen een bepaald bereik.
1
Druk op  ().
2
Gebruik / om <Instelmenu> te selecteren en druk vervolgens op .
3
Selecteer <Wistijd beveil. afdr> en druk op .
4
Geef op hoe lang beveiligde documenten op SD-card moeten blijven staan en druk op .
Het beveiligde document wordt van de SD-card verwijderd wanneer de hier geselecteerde tijd is verstreken.
1CE2-026