1
|
Selecteer <Aangepast>.
|
2
|
Geef de lengte van de <X>-zijde en <Y>-zijde op.
Selecteer <X> of <Y>, en voer de lengte van iedere zijde in met behulp van de numerieke toetsen.
Als u het papierformaat dat u vaak gebruikt, vastlegt onder de knoppen <S1> tot <S3>, kunt u het met één knopdruk oproepen. Een aangepast papierformaat registreren
|
3
|
Selecteer <Toepassen>.
|
|
|
Liggende afdrukrichting
|
|
Staande afdrukrichting
|