Beheer afdelings-id
U kunt de printer beheren met een afdelings-id en een pincode.
1.
Open het tabblad [Apparaatinstellingen].
Klik op [

] (Start) → [Apparaten en printers].
Het bovenstaande geldt voor Windows 7 en Server 2008 R2.
Voor Windows 8, 8.1, Server 2012 en Server 2012 R2: geef op het bureaublad aan de rechterzijde van het scherm de functiebalk weer en klik of tik op [

Instellingen] → [Configuratiescherm] → [Apparaten en printers].
Voor Windows Vista en Server 2008: Klik op [

] (Start) → [Configuratiescherm] → [Printers].
Voor Windows Server 2003 en Server 2003 R2: klik op [Start] → [Printers en faxen] (of [Start] → [Configuratiescherm] → [Printers en overige hardware] → [Printers en faxen]).
Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de printer die u gebruikt → klik op [Printereigenschappen] (of [Eigenschappen]).
Klik op het tabblad [Apparaatinstellingen].
2.
Selecteer [Beheer afdelings-id gebruiken] → klik op [Instellingen].
3.
Selecteer [Pincode instellen toestaan] → voer [Afdelings-id] en [Pincode] in.
Printerinstellingen bevestigen: klik op [Verifiëren]
Afdelings-id en pincode bevestigen elke keer u iets afdrukt: selecteer [Afdelings-id/pincode bevestigen bij afdrukken].
4.
Klik op [OK] → klik op [Toepassen] op het tabblad [Apparaatinstellingen].
5.
Klik op de afdrukknop in de toepassing.
6.
Als het dialoogvenster [Afdelings-id/pincode bevestigen] wordt weergegeven, bevestigt u de instellingen.
Het afdrukken begint.
Over deze functie
Ondersteunde printers
Een printer die is aangesloten op het netwerk.
Vereiste omstandigheden
Een account met volledige toegangsrechten voor de printer.
Installatie van Canon Driver Information Assist Service (te installeren bij de installatie van het printerstuurpogramma).
Referenties
Als er geen pincode ingesteld is in het dialoogvenster [Instellingen afdelings-id/pincode], moet u bij elke afdruk het pincode opgeven.