Om de machine op een netwerk aan te sluiten, is een uniek IP-adres in het netwerk nodig. De machine ondersteunt twee versies IP-adressen: "IPv4" en "IPv6". Stel ze in voor gebruik in uw omgeving. U kunt IPv4 of IPv6 gebruiken. U kunt beide ook tegelijkertijd gebruiken.
Als een verbindingsmethode met een hoofdlijn en een sublijn wordt geselecteerd in <Selecteer interface>, geeft u het IP-adres van de sublijn op in <Instellingen IP-adres> in <Instellingen sublijn>.
This site uses cookies to provide its contents and functions and improve their qualities etc. You can find out more about our use of the cookies here. If you select "Reject", only cookies necessary to provide the contents and functions of the site are recorded and stored.