De machine uitzetten

In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de machine uitzet.
Controleer eerst de bedrijfsstatus van de machine voordat u die uitzet.
De machine voert een procedure uit om de harde schijf te beschermen als de machine wordt uitgeschakeld. U kunt de machine uitzetten als er een proces actief is, maar de volgende typen problemen kunnen dan optreden, waardoor u gegevens kunt verliezen of beschadigen.
Schakel de machine niet uit als de functie Fax/I-Fax in gebruik is. I-fax- of faxdocumenten kunnen niet worden verzonden of ontvangen wanneer de machine uit staat.
Schakel de machine niet uit als het bericht <Back-up opgeslagen gegevens van de externe UI...> wordt weergegeven op het aanraakscherm. Als u dat wel doet, kan de machine misschien geen reservekopie maken van de opgeslagen gegevens.
Gegevens die zijn opgeslagen in de machine, kunnen beschadigd raken als de Geavanceerde ruimte (gedeelde opslag op de machine) wordt gebruikt door een andere multifunctionele Canon-printer* of een computer vlak voordat de machine wordt uitgeschakeld.
Als de machine tijdens het scannen of afdrukken wordt uitgeschakeld, kan een papierstoring optreden.
* Alleen bij de imageRUNNER ADVANCE-serie die is verbonden met het netwerk
U kunt de machine afsluiten vanaf de Remote UI (UI op afstand). Uitzetten/Herstarten van de machine
1
Open de klep van de hoofdschakelaar en druk op de hoofdschakelaar in de richting van "".
2
Sluit de klep van de hoofdschakelaar.
Het kan even duren voordat de machine volledig is uitgeschakeld. Trek de stekker er pas uit als het Hoofdschakelaar-lampje (Bedieningspaneel) uit is.
Als u de machine opnieuw wilt starten, wacht u minstens 10 seconden nadat het Hoofdschakelaar-lampje niet meer brandt en zet u de machine daarna weer aan. Wanneer <Inst. voor snelle opstart vr hoofdschakelaar> is ingeschakeld, moet u minstens 20 seconden wachten voordat u de machine opnieuw kunt starten. <Inst. voor snelle opstart vr hoofdschakelaar>
6RFJ-021