Bedieningspaneel

In dit gedeelte worden de namen en toepassingen van de toetsen op het bedieningspaneel beschreven.

Aanraakscherm

Naast het instellingenscherm voor elke functie wordt ook de foutstatus op dit scherm weergegeven. Het aanraakscherm gebruiken

[Instellingen/Registratie]-toets

Druk hierop om veel instellingen voor de machine op te geven, zoals <Voorkeuren> of <Stel bestemming in>. Instellingen/Registratie

Numerieke toetsen ([0] - [9])

Druk op deze toets om numerieke waarden in te voeren. Tekens invoeren

[Energiebesparing]-toets

Druk hierop om de machine in de sluimermodus te zetten. De toets brandt wanneer de machine in de sluimermodus staat en knippert wanneer de bewegingssensor een persoon in de buurt van de machine detecteert. De sluimermodus inschakelen

[Informatie Teller/Apparaat]-toets

Druk hierop om het totaal aantal pagina's dat gebruikt is voor bewerkingen, zoals kopiëren of afdrukken, op het aanraakscherm weer te geven. U kunt ook het serienummer en het IP-adres van de machine controleren en de apparaatgegevens van optionele producten controleren. Bovendien kunt u ook de versiegegevens van de beveiligingschip voor de HDD-gegevensversleuteling controleren. Controleren van het aantal pagina's voor Kopiëren/Afdrukken/Faxen/Scannen

Toets Helderheidsaanpassing

Gebruik deze knop om de helderheid van het touch panel display aan te passen. Druk op + op de knop voor meer helderheid en op - voor minder helderheid.

Toets voor volume-instellingen

Druk hierop om het scherm weer te geven wanneer u het volume voor faxgeluiden wilt aanpassen of het volume van het alarmsignaal bij fouten wilt instellen. Geluiden instellen

[Wissen]-toets

Druk op deze toets om ingevoerde waarden of tekens te wissen.

[Stop]-toets

Stopt een verzonden opdracht of een afdrukopdracht. Verzend-/afdrukopdrachten annuleren

[Start]-toets

Druk op deze toets om originelen kopiëren of scannen te starten.

Hoofdschakelaar-indicator

Gaat branden wanneer de machine aan wordt gezet. De machine aanzetten

Fout-indicator

Dit lampje knippert of brandt als er sprake is van een fout, zoals een papierstoring.
Als het Fout-lampje knippert, volg dan de instructies die op het aanraakscherm verschijnen.
Papierstoringen oplossen
Vastgelopen nietjes verwijderen (imageRUNNER ADVANCE 715iZ III/615iZ III/525iZ III)
Als het Fout-lampje rood blijft branden, neem dan contact op met een erkende Canon-dealer bij u in de buurt.

Verwerken/gegevens-indicator

Dit lampje knippert tijdens bewerkingen zoals het verzenden van gegevens of afdrukken. Brandt groen als er originelen wachten op verwerking.

[Reset]-toets

Druk op deze toets om de wijzigingen te annuleren en de eerder opgegeven instellingen te herstellen.

ID (In-/uitloggen)-toets

Druk op deze toets om in te loggen wanneer persoonlijke verificatie nodig is. Als u klaar bent met het gebruik van deze machine, drukt u weer op deze toets om uit te loggen. Aanmelden bij de machine
De hoek van het aanraakscherm aanpassen
6RFJ-01Y