Administrator instellingen

Door de systeembeheerder op te geven, kunt u de handelingen van algemene gebruikers op het scherm Instellingen/Registratie beperken. Bij deze machine kunt u de volgende typen systeembeheerder instellen. Voor informatie over de items onder Instellingen/Registratie die beschikbaar zijn met beheerdersbevoegdheden, raadpleegt u "Tabel met beschikbare beheerdersinstellingen (aanraakscherm)" en "Available Administrator Settings Table (Remote UI)."

De systeembeheerder kan alle systeeminstellingen van de machine aangeven. Standaard zijn de instellingen van de systeembeheerder (Systeembeheerder ID/Systeem PIN) ingesteld op de machine. De administrator dient in te loggen door het Systeembeheerder ID en de Systeem PIN in te voeren op het scherm Instellingen/Registratie. De standaardinstelling voor zowel het Systeembeheerder ID als de Systeem PIN is '7654321'. Wij adviseren u zowel het systeembeheerders-ID als de systeempincode te wijzigen.

Voor instructies over het opgeven van de instellingen voor de Systeembeheerder raadpleegt u "Aangeven van de Instellingen systeembeheerder."

De Systeembeheerder (Administrator) kan alle systeeminstellingen van de machine opgeven. Om de authentificatie-instellingen voor SSO-H in te stellen, stelt u de Instellingen systeembeheerder in en gebruikt u SMS (Service Management Service) via de web browser. (Zie "MEAP.")

De netwerkbeheerder (NetworkAdmin) beheert voornamelijk de instellingen die betrekking hebben op het netwerk. U kunt de IP-adresinstellingen aangeven die nodig zijn voor verbinding met het netwerk of de instellingen voor IPSec en SNMP voor de beveiliging.

De apparaatbeheerder (DeviceAdmin) kan instellingen opgeven die bijvoorbeeld betrekking hebben op het beheer van het type papier en de functie-instellingen voor verzenden/ontvangen.