De netwerkomgeving instellen

Om de machine op een netwerk aan te sluiten, sluit u de machine via een LAN-kabel of wifi aan op een router, en geeft u een uniek IP-adres in het netwerk op. Er zijn twee methodes om een IP-adres op te geven: automatische en handmatige instelling. Selecteer een van de methodes die geschikt is voor uw communicatieomgeving en apparaten. De machine neemt niet alleen basisnetwerkfuncties over, maar ook geavanceerde technologieën om flexibel in te kunnen spelen op verschillende omgevingen. Voer de noodzakelijke installatie uit die nodig is voor uw omgeving.
Voor veilig gebruik
Als u de machine aansluit op een netwerk zonder de juiste veiligheidsmaatregelen, loopt u het risico dat derden onbevoegde toegang krijgen op de machine. Stel netwerkbeveiliging in om belangrijke gegevens en informatie veilig te stellen. Netwerkbeveiligingsinstellingen configureren
U kunt het apparaat op een computer aansluiten met een USB-kabel (Onderdelen en de bijbehorende functies).
U kunt een draadloze, directe verbinding instellen tussen de machine en mobiele apparaten. Directe verbinding maken

Controleren voor verwerking

Volg de procedure hieronder om een verbinding te maken met een netwerk.
 
 
Eerst controleren.
Zijn computer en router correct aangesloten via een LAN-kabel? Voor meer informatie raadpleegt u de handleiding van elk apparaat of neemt u contact op met de fabrikanten.
Is de installatie van het computernetwerk voltooid? Als de installatie niet is voltooid, kunt u het apparaat zelfs niet na afronding van de volgende stappen in het netwerk gebruiken.
Afhankelijk van uw omgeving moet u de instellingen van het netwerkcommunicatiesysteem (half-duplex/full-duplex) en het Ethernet-type (1000BASE-T/100BASE-TX/10BASE-T) (Ethernet-instellingen doorvoeren) misschien wijzigen. Neem voor meer informatie contact op met de netwerkbeheerder.
Om het MAC-adres te controleren, raadpleegt u <Netwerk>.
Om verbinding te maken met een netwerk dat IEEE802.1X gebruikt, raadpleegt u De instellingen voor verificatie met IEEE 802.1X configureren.
 
 
Selecteer een bedraad of draadloos LAN voor de verbinding.
 
 
Sluit de machine aan op een router.
Is de connector van de LAN-kabel er op de juiste plek goed in gestoken? Steek de connector erin tot die vastklikt.
Voor een verbinding met draadloos LAN controleert u de verbinding tussen de machine en de router.
 
 
Stel zo nodig een IP-adres in.
Normaal gesproken, wordt een IP-adres automatisch toegewezen door DHCP, dus is deze instelling niet nodig. Als u een specifiek IP-adres wilt gebruiken of het protocol van de automatische instelling van een IP-adres van DHCP (oorspronkelijke instelling) naar een ander wilt wijzigen, is deze instelling nodig.
 
 
Controleren of de goede verbinding is voltooid.
Start de Remote UI (UI op afstand) van een computer (De Remote UI (UI op afstand) starten). Als het scherm van de Remote UI (UI op afstand) wordt weergegeven, is de verbinding tot stand gebracht.
Als <Energieverbruik in Sluimermodus> is ingesteld op <Laag>
Afhankelijk van de hulpprogramma’s kan communicatie mislukken als de machine in de sluimermodus staat. Druk op  (Energiebesparing) om te herstellen uit de Sluimermodus voordat u deze instelling configureert. <Energieverbruik in Sluimermodus>
802Y-005