[Algemene instellingen]

Geef de instellingen op voor het beperken van de overdracht van gescande gegevens en faxen, en voor het weergeven van een bevestigingsscherm.
* Waarden in rode tekst zijn de standaard instellingen voor ieder onderdeel.

[Beperk nieuwe bestemmingen]

[Menu] [Functie-instellingen] [Verzenden] [Algemene instellingen]
Geef op of u de bestemmingen wilt beperken die kunnen worden opgegeven bij het verzenden van faxen of gescande documenten naar bestemmingen die in het adresboek of op de LDAP-server zijn opgeslagen. Beperkingen instellen voor beschikbare bestemmingen
[Uit]
[Aan]

[Beperk opn. verz. vanuit log]

[Menu] [Functie-instellingen] [Verzenden] [Algemene instellingen]
Geef op of de specificatie van bestemmingen vanaf het verzend-opdrachtlogboek voor scan- of faxtaken verboden wordt. Beperkingen instellen voor beschikbare bestemmingen
[Uit]
[Aan]

[Bevestigen bij TX-kiescode]

[Menu] [Functie-instellingen] [Verzenden] [Algemene instellingen]
Geef op of het scherm om geregistreerde bestemmingen te bevestigen, verschijnt als de bestemming wordt opgegeven met behulp van een code voor verkort kiezen De bestemming bevestigen vóór het verzenden
[Uit]
[Aan]

[Bestemming bevest. vóór verz.]

[Menu] [Functie-instellingen] [Verzenden] [Algemene instellingen]
Geef op of een bevestigingsscherm voor bestemmingen moet verschijnen als u een e-mail, fax, of I-Fax verzendt. De bestemming bevestigen vóór het verzenden
[Uit]
[Aan]
[Alleen voor groepsverzending]

[Melding tonen taak geaccepteerd]

[Menu] [Functie-instellingen] [Verzenden] [Algemene instellingen]
Processen die het apparaat afhandelt, zoals het verzenden van gescande gegevens en faxen, worden beheerd als taken. Selecteer of er een scherm voor ontvangstbevestiging als een taak moet verschijnen nadat scan- of faxbewerkingen zijn verricht.
Als u [Aan] selecteert, kunt u een scherm laten verschijnen om de verzendstatus en logboek te bekijken.
[Uit]
[Aan]
8KER-0C1