De afdruk is onregelmatig

Los de problemen op door onderstaande reeks te controleren:

Stap 1: Het papier controleren

Gebruikt u geschikt papier?
Controleer of het papier binnen het apparaat bruikbaar is. Zo niet, vervang het dan door bruikbaar papier.
Geschikt papier
Papier laden
Gebruikt u ruw papier?
Als u papier met ruw oppervlak gebruikt, kunnen afgedrukte afbeeldingen flets zijn, met name wanneer de afbeeldingen twee of meer tonerkleuren over elkaar hebben. In dat geval kan de instelling [Aan] voor de papierbron de afdrukresultaten verbeteren.
Scherm [Start] op het bedieningspaneel [Menu] [Aanpassing/onderhoud] [Beeldkwaliteit aanpassen] [Speciale verwerking] [Verwerking van speciaal papier]  [Modus voor ruw papier]  [Aan]
* Als u in deze opstelling [Aan] opgeeft, kan het afdrukken langzamer gaan of de afdrukkwaliteit veranderen.

Stap 2: De tonercartridges controleren

Controleer hoeveel toner er nog in de tonercartridges zit.
Controleer hoeveel toner er nog in de tonercartridges zit, en vervang eventuele tonercartridges, naar behoefte.
De resterende hoeveelheid verbruiksartikelen controleren
De tonercartridges vervangen
* Afhankelijk van de gebruiksconditie van het apparaat kan de feitelijke hoeveelheid resterende toner minder zijn of kunnen de onderdelen slechter worden. Als ook na het vervangen van de tonercartridge met de melding van weinig toner de conditie niet beter wordt, wordt aanbevolen ook de andere tonercartridges te vervangen.

Stap 3: De afdrukkwaliteit aanpassen

Probeer vaag afdrukwerk te corrigeren.
Als u [Vervagen/scheefst. voorkomen] instelt op [Aan], wordt het probleem misschien kleiner.
Scherm [Start] op het bedieningspaneel [Menu] [Aanpassing/onderhoud] [Beeldkwaliteit aanpassen] [Speciale verwerking] [Vervagen/scheefst. voorkomen] [Aan]
* Als u [Aan] kiest, kan de afdruksnelheid lager worden.

Stap 4: de gebruiksomgeving van het apparaat controleren

Gebruikt u het apparaat in een vochtige omgeving?
Als u [Modus hoge vochtigheid] instelt op [Aan], wordt het probleem mogelijk opgelost.
Scherm [Start] op het bedieningspaneel [Menu] [Aanpassing/onderhoud] [Beeldkwaliteit aanpassen] [Speciale verwerking] [Modus hoge vochtigheid] [Aan]
* Instellen op [Aan] kan afbeeldingen en tekst vervagen in een omgeving met lage vochtigheid.
Gebruikt u het apparaat in een omgeving met plotselinge temperatuurveranderingen?
Plotselinge temperatuurveranderingen kunnen leiden tot condens, en dat kan leiden tot fletse of vage afbeeldingen en tekst. [Vochtverwijdering] instellen op [Aan] zou het probleem kunnen oplossen.
[Start] op het bedieningspaneel [Menu] [Aanpassing/onderhoud] [Onderhoud] [Vochtverwijdering] [Aan]
* Bij het verwijderen van condens kan het apparaat een leeg vel papier zonder correct drukwerk produceren. Als u hier [Aan] kiest, kunt u instellen of het afdrukken wordt beperkt.
* Als u hier [Aan] kiest, moet u het apparaat AAN laten staan om continu de condens te verwijderen. De instelling Auto uitschakeltijd (Auto Shutdown Time) is gedeactiveerd.
Bevindt het apparaat zich op een locatie met een sterke luchtstroom, zoals van een airconditioner?
Dan moet u richting en volume van de luchtstroom aanpassen.
Mocht dat niet helpen: als u [Invoermethode papier schakelen] instelt op [Prioriteit afdrukzijde] wordt het probleem misschien kleiner.
[Start] op het bedieningspaneel [Menu] [Functie-instellingen] [Algemeen] [Instellingen papierinvoer] [Invoermethode papier schakelen]  [Prioriteit afdrukzijde]
* Als u [Prioriteit afdrukzijde] kiest, wordt de afdruksnelheid voor enkelzijdig afdrukken lager.

Step 5: Controleren of de randen van het bedrukt papier ongelijkheid in glans vertonen

Vertonen de randen van het bedrukt papier ongelijkheid in glans?
Als u [Correctie ongelijkmatige glans] instelt op [Aan], wordt het probleem mogelijk opgelost.
Scherm [Start] op het bedieningspaneel [Menu] [Aanpassing/onderhoud] [Beeldkwaliteit aanpassen] [Speciale verwerking] [Correctie ongelijkmatige glans] [Aan]
* Als u [Aan] kiest, kunnen de afdrukken vager worden.
8KER-0F2