Wijzigingen in netwerken

Ondersteuning voor het gebruik van Color Network ScanGear 2 via sublijn

Vroeger kon u "Color Network ScanGear 2" alleen gebruiken op de hoofdlijn, maar nu kunt u dit ook op een sublijn gebruiken.
 

Ondersteuning voor WPA3-beveiligingstype via draadloze LAN-verbinding

De draadloze LAN-verbinding van deze machine ondersteunt nu WPA3-SAE (AES-CCMP) en WPA3-EAP (AES-CCMP).
Afhankelijk van wanneer u "Aansluitingskit voor Bluetooth LE" hebt gekocht dat op de machine is geïnstalleerd, is WPA-3-SAE/WPA3-EAP mogelijk niet beschikbaar.
Beveiligingsinstellingen
Als de draadloze verbinding is ingesteld via selectie van een draadloze router, wordt de WPA3-SAE-versleutelingsmethode ingesteld op <Auto> (AES-CCMP of TKIP). Als u <AES-CCMP> wilt selecteren voor WPA3-SAE-versleuteling, stelt u de verbinding in bij <Handmatig invoeren>. Wanneer u de draadloze LAN-aansluiting instelt door gedetailleerde instellingen op te geven
Als de beveiligingsnorm voor uw draadloze LAN-router WPA3-EAP is, is de versleutelingsmethode ingesteld op AES-CCMP. Bepaal ook de IEEE 802.1X-verificatieinstellingen voor het apparaat voorafgaand aan het verbinden met de draadloze LAN.
Wanneer u een verbinding via selectie van een WPA3 compatibele draadloze router tot stand brengt
U kunt de draadloze routers die beschikbaar zijn voor verbinding, zoeken en een selecteren op het scherm van de machine. Als de beveiligingsnorm voor uw draadloze LAN-router WPA3-SAE is, voer dan de encryptiesleutel in als netwerksleutel. Voorafgaand aan het bevestigen informatie opschrijven over uw SSID, netwerksleutel, beveiligingsnorm of verificatie-/versleutelingsmethode, etc.
Wanneer u de draadloze LAN-aansluiting instelt door gedetailleerde instellingen op te geven
Als u gedetailleerde beveiligingsinstellingen wilt opgeven of geen draadloze verbinding tot stand kunt brengen via de andere procedures, kunt u alle benodigde gegevens voor de draadloze verbinding ook zelf invoeren. Voorafgaand aan het bevestigen informatie opschrijven over uw SSID, netwerksleutel, beveiligingsnorm of verificatie-/versleutelingsmethode, etc.
 

Ondersteuning voor gebruik van het draadloze LAN op de hoofdlijn

U kunt het draadloze LAN nu op de hoofdlijn gebruiken wanneer de machine met twee verschillende netwerken tegelijk is verbonden.
De netwerkverbindingsmethode selecteren
/ (Instellingen/Registratie) <Voorkeuren>  <Netwerk>  <Selecteer interface>  selecteer de interface  <OK>
Als <Hoofdlijn> of <Sublijn> is ingesteld op <Draadloos LAN>
Als u de instellingen wijzigt van <Hoofdlijn> in <Sublijn> of van <Sublijn> in <Hoofdlijn>, worden de vorige instellingen voor het draadloze LAN-verbinding gewist, zodat u opnieuw verbinding met het draadloze LAN moet maken.
Als <Hoofdlijn> of <Sublijn> is ingesteld op <Bekabeld LAN>
Stel <Energieverbruik in Sluimermodus> in op <Hoog>.
Als <Hoofdlijn> is ingesteld op <Draadloos LAN> en <Sublijn> is ingesteld op <Bekabeld LAN>
Het bekabelde LAN dat op de LAN-poort van de machine is aangesloten, wordt de sublijn. Het bekabelde LAN dat op de machine is aangesloten via een USB-LAN-adapter, kan worden verbonden met behulp van de sublijn.
Wanneer u rechtstreeks verbinding maakt met een mobiel apparaat
Wanneer de machine niet is aangesloten op een draadloos LAN, kan <Modus toegangspunt> niet worden gebruikt in <Directe-verbindingstype>. Sluit de machine aan op een draadloos LAN of wijzig de configuratie om geen gebruik te maken van <Draadloos LAN> voor <Hoofdlijn> en <Sublijn>.
Als <Hoofdlijn> of <Sublijn> is geselecteerd voor <Draadloos LAN> in <Selecteer interface>, kan <Wifi Direct> niet worden gebruikt in <Directe-verbindingstype>.

Ondersteuning voor het gebruik van MAC-adresfiltering voor communicatie via de sublijn

Als de machine tegelijkertijd op twee verschillende netwerken is aangesloten, kunt u nu een firewall instellen in het MAC-adres voor de sublijn.
E2J3-009