Een bestandsnaam instellen
| | Een gescand document wordt verzonden/opgeslagen met een bestandsnaam die automatisch wordt toegewezen. Als u de bestandsnaam van documenten wilt wijzigen, zodat de inhoud wordt weerspiegeld in de naam, geef voor het scannen dan de volgende instellingen op. |
1
Plaats het origineel.
Originelen plaatsen2
Druk op <Scannen en verzenden>.
Het scherm <Home>3
Geef de bestemming op het scherm met basisfuncties voor scannen op.
Scherm met basisfuncties voor scannen4
5
Druk op <Opties>
<Bestandsnaam>.
6
Druk op <Bestandsnaam>, voer de bestandsnaam in en druk vervolgens op <OK>.
Als u in de documentnaam tekens als "\", "/", ":", "*", "?", "<", ">" of "|" gebruikt, kunt u het bestand niet verzenden naar besturingssystemen die zulke tekens niet herkennen.
7
Druk op <OK>
<Sluiten>.
8
Druk op
(Start).
Originelen worden gescand en het verzenden/opslaan start.
Wanneer u een document e-mailt, wordt het verzonden met een toegewezen bestandsnaam in deze indeling: "ingevoerde bestandsnaam_paginanummers (drie cijfers).bestandsextensie", bijvoorbeeld "bedrijfslogboek_001.jpg". Als u geen bestandsnaam invoert, wordt de indeling: "Opdrachtnummers (vier cijfers)_paginanummers (drie cijfers).bestandsextensie".
Bij het opslaan van een document op een bestandsserver wordt het opgeslagen met een toegewezen bestandsnaam in deze indeling: "ingevoerde bestandsnaam_jaar, maand, dag, uur, minuut en seconde waarop het bestand is opgeslagen (14 cijfers).bestandsextensie", bijvoorbeeld "bedrijfslogboek_20151030133541.jpg". Als u geen bestandsnaam invoert, wordt de indeling: "jaar, maand, dag, uur, minuut en seconde waarop het bestand is opgeslagen (14 cijfers).bestandsextensie".
Als u op <Verw. datum/taaknr uit best.naam> drukt om een vinkje toe te voegen, worden de data/tijd en het opdrachtnummer niet in de bestandsnaam opgenomen.
Als u een document op een bestandsserver opslaat en <Verdeel in pagina's> selecteert bij het opgeven van een bestandsindeling, wordt aan het eind van een bestandsnaam een paginanummer (vijf cijfers) toegevoegd.
TIPS |
Een tekstblok uit het document nemen om te gebruiken als bestandsnaamAls u <OCR (Doorzoekbare tekst)> instelt voor <PDF>, <XPS> of <OOXML> in <Bestandsindeling>, en vervolgens op <Auto (OCR)> drukt voor <Bestandsnaam>, dan wordt de tekst in het origineel geëxtraheerd en automatisch ingevoerd in <Bestandsnaam>. Het maximumaantal tekens dat kan worden geëxtraheerd, kan worden ingesteld in <Max Number of Characters for File Name> voor <Instellingen OCR (Doorzoekbare tekst)>. U kunt <Encryptie> en <Auto (OCR)> niet tegelijk instellen. Als u handmatig een bestandsnaam invoert en <Auto (OCR)> instelt, zal de geëxtraheerde tekst achter de bestandsnaam worden geplaatst. Tekens na de limiet worden geannuleerd. Wanneer <OCR (Precisie-prioriteit)> is ingesteld voor <Bestandsindeling>, worden de instellingen voor <Auto (OCR)> uitgeschakeld. Een bestandsnaam bewerken vanaf de Remote UI (UI op afstand)Als u een bestandsnaam instelt in een situatie waarbij <Bestandsnaam> is ingesteld in <Favorieteninstellingen>, dan kunt u de bestandsnaam bewerken vanaf de Remote UI (UI op afstand).
Start de Remote UI (UI op afstand) klik op [Settings/Registration] [Function Settings] [Send] [Favorieteninstellingen] |
|
De bestandsnaam die wordt gegenereerd met <Auto (OCR)>, wordt niet weergegeven in de volgende items: De verzendopdrachtstatus (statusweergave (onder aan het aanraakscherm)) TX-rapport <Bestandsnaam> in het opdrachtlogboek |
KOPPELINGEN