Het apparaat UIT zetten

U zet het apparaat UIT door op de hoofdschakelaar aan de voorzijde te drukken. Met behulp van deze functie kunt u het apparaat automatisch UIT zetten nadat gedurende een bepaalde periode geen handelingen zijn verricht.
Met het uitschakelen van het apparaat gaan de gegevens in de afdrukwachtrij verloren.
Voor de Model aanraakscherm worden de volgende gegevens niet verwijderd, maar blijven opgeslagen, ook als u het apparaat UIT zet:
Ontvangen gegevens die in het geheugen worden opgeslagen
Gegevens die in de wacht staan om te worden verzonden
Rapporten die automatisch moeten worden afgedrukt nadat gegevens zijn verzonden of ontvangen

Het apparaat UIT zetten met behulp van de hoofdschakelaar

1
Druk op de hoofdschakelaar.
Het bedieningspaneel schakelt uit, en de stroomtoevoer wordt UIT gezet.
Het kan een paar minuten duren voordat de stroomtoevoer UIT wordt gezet. Wacht tot het apparaat geheel UIT staat en trek dan pas de stekker eruit.
Het apparaat weer AAN zetten
Wacht minstens 10 seconden nadat u de stroomtoevoer UIT hebt gezet voordat u het apparaat weer AAN zet.

Het apparaat instellen op automatisch UIT-schakelen

Dit gedeelte leert u hoe u de instellingen kiest met behulp van Externe UI vanaf een computer.
Op het bedieningspaneel selecteert u [Menu] op het scherm [Start] en selecteert u [Voorkeuren] om de instellingen te kiezen. [Automatische uitschakeltijd]
Beheerdersrechten zijn vereist.
1
Meld u in de systeembeheerdersmodus aan bij de Externe UI.Externe UI starten
2
Klik op de Portal-pagina van de Externe UI op [Instellingen/registratie]. Portal-pagina van Externe UI
3
Klik op [Tijdklokinstellingen]  [Bewerken].
Het scherm [Tijdklokinstellingen bewerken] verschijnt.
4
Selecteer het selectievakje [Auto uitschakeltijd gebruiken].
5
In [Stel tijd in], selecteert u de periode waarna het apparaat UIT wordt gezet.
6
Klik op [OK].
De instellingen worden toegepast.
7
Uitloggen van Externe UI.
9758-025