|
U moet zich aanmelden als een beheerder om aangepaste papiertypen te registreren of de instellingen van geregistreerde aangepaste papiertypen te wijzigen. Aanmelden bij de machine
Wanneer u gebruikerspapier registreert, kunt u de papierbron niet opgeven. Voor meer informatie over het registreren van de papierbron raadpleegt u Het papierformaat en -type voor de papierlade opgeven.
U kunt de informatie voor opgeslagen typen gebruikerspapier importeren/exporteren en deze delen met een andere Canon-machine. De instellingen afzonderlijk importeren/exporteren
|
|
Wanneer u de instellingen voor het type gebruikerspapier opslaat, zorg dan dat u de naam wijzigt. U kunt de instellingen van standaard papiertypen in de machine niet wijzigen.
|
|
Als u een waarde invoert die afwijkt van het werkelijke gewicht van het geplaatste papier, kunnen papierstoringen optreden en kan de kwaliteit van de afbeelding worden beïnvloed.
|
|
Als u een type afwerking selecteert dat afwijkt van het type van het geplaatste papier, kunnen papierstoringen optreden en kan de kwaliteit van de afbeelding worden beïnvloed.
|
|
Als u een papiertype selecteert dat afwijkt van het type van het geplaatste papier, kunnen papierstoringen optreden en kan de kwaliteit van de afbeelding worden beïnvloed.
|
|
Als u een kleur selecteert die afwijkt van de kleur van het geplaatste papier, kunnen papierstoringen optreden en kan de kwaliteit van de afbeelding worden beïnvloed.
|
|
Het type gebruikerspapier met <Aan> ingesteld voor <Gebruiken als sjabloonpapier> wordt niet automatisch geselecteerd in de volgende situaties.
Wanneer het papiertype voor afdrukken is ingesteld op <Auto>
Als <Autom. selectie papierlade Aan/Uit> is ingesteld op <Aan> en <Geef papiertype aan> is ingesteld op <Uit> bij het kopiëren
|
|
Methoden voor het plaatsen van papier als <Gebruiken als sjabloonpapier> is ingesteld op <Aan>:
Papierlade van de hoofdeenheid: de zijde met een logo omlaag
Andere papierbron dan de papierlade van de hoofdeenheid: de zijde met een logo omhoog
|
|
Voor meer informatie over kruip (verplaatsing) raadpleegt u Boekjes maken (Boekje kopiëren).
De waarde die u hier instelt, wordt de standaardcorrectiebreedte wanneer het geselecteerde papiertype wordt gebruikt voor rugnieten met automatische Aanpassen kruip (verplaatsing) correctie.
|
|
Als de waarde in deze modus wordt verhoogd, kan er afhankelijk van het papier een papierstoring optreden. Als de waarde wordt verlaagd, kan dit gevolgen hebben voor de kwaliteit van de afbeelding of hecht de toner mogelijk niet goed aan de afbeelding.
Zorg dat u de waarde in kleine stappen aanpast. Als u dat niet doet, kunnen er bepaalde problemen optreden.
|
|
Als het hele beeld in plaats van alleen de voorrand vager of verstoord wordt, wijzigt u <Sec. overdr.spanning aanpassen>.
Het aanpassen van <Sec. overdr.spanning aanpassen> kan de instellingen van <Corrigeer achterrand tonertoepass.> en <Aanpassen beeldpositie> beïnvloeden. Wijzig indien nodig deze instellingen.
Volg onderstaande richtlijnen om aanpassingen uit te voeren.
<Aanpassingsniveau>: Als u dit in positieve richting verhoogt, verhoogt u het effect op afbeeldingsproblemen aan de voorrand. Als u de waarde te veel verhoogt, kan er toner ontbreken in gebieden met een hoge dichtheid.
<Correctie hoeveelh.>: Als u dit in positieve richting verhoogt, neemt de afstand vanaf waar de controle wordt uitgevoerd toe vanaf de invoerrand van het papier. De afstand neemt toe in stappen van +0,1 mm.
|
|
Als het hele beeld in plaats van alleen de voorrand vager of verstoord wordt, wijzigt u <Sec. overdr.spanning aanpassen>.
Het aanpassen van <Adjust Lead Edge Secondary Transfer Voltage> kan de instellingen van <Corrigeer achterrand tonertoepass.> en <Aanpassen beeldpositie> beïnvloeden. Wijzig indien nodig deze instellingen.
Volg onderstaande richtlijnen om aanpassingen uit te voeren.
<Aanpassingsniveau>: Als u dit in positieve richting verhoogt, verhoogt u het effect op afbeeldingsproblemen aan de achterrand. Als u de waarde te veel verhoogt, kan er toner ontbreken in gebieden met een hoge dichtheid.
<Correctie hoeveelh.>: Als u dit in positieve richting verhoogt, neemt de afstand vanaf waar de controle wordt uitgevoerd toe vanaf de achterrand van het papier in de richting van de invoerrand van het papier, gezien vanuit de achterrand van het papier. De afstand neemt toe in stappen van +0,1 mm.
Als het uitvoeren van een aanpassing het probleem niet verbetert, past u <Sec. overdr.spanning aanpassen> of <Pas voorrand sec. trans. volt. aan.> aan. In dit geval kan het verlagen van de secundaire overdrachtsspanning van de huidige waarde effect hebben. De aanpassing moet echter geleidelijk worden uitgevoerd, omdat dit het beeld kan beïnvloeden.
|