TPM gebruiken

Als de TPM instelling is ingeschakeld en als back-up op het USB-geheugen staat, kunt u de encryptiesleutel (TPM sleutel) veilig in de TPM chip opslaan. Alle vertrouwelijke informatie, zoals een wachtwoord, het openbare sleutelpaar voor SSL communicatie en het gebruikerscertificaat wordt nu versleuteld. U voorkomt hiermee dat belangrijke informatie per ongeluk in verkeerde handen valt. U kunt door herstellen van de TPM-sleutel het systeem weer activeren als de TPM chip niet werkt.
Vóór het activeren van de TPM-instelling moet een beheerder bevestigen dat het Administrator-wachtwoord is gewijzigd ten opzichte van de standaardinstelling. Als het wachtwoord nog op de standaardinstelling staat, kunnen onbevoegden (personen die niet beheerder zijn) back-ups maken, wat ertoe kan leiden dat de TPM-reservesleutel wordt weggehaald. Omdat slechts eenmaal een back-up van de TPM-sleutel kan worden gemaakt, kunt u de TPM-sleutel in dat geval niet meer herstellen.
Maak direct een back-up op het USB geheugen nadat de TPM instelling is ingeschakeld.
Om beveiligingsredenen kunt u slechts eenmaal een back-up van de TPM-sleutel maken. Zorg dat u het wachtwoord dat tijdens het back-upproces is ingesteld, niet kwijtraakt of vergeet.
De beveiliging die TPM biedt vormt geen garantie op volledige beveiliging van de gegevens en hardware. Canon is niet aansprakelijk voor schade als gevolg van het verlies van gegevens door gebruik van deze modus.
Tijdens het maken van een back-up in het USB-geheugen of het herstellen van gegevens in het USB-geheugen hebt u geen toegang tot de machine.
Verwijder het USB-geheugen nooit tijdens het maken van back-ups of het herstellen van gegevens. U voorkomt hiermee beschadiging van het USB-geheugen, de USB-poort of de gegevens in het USB-geheugen. Als het USB-geheugen tijdens herstel wordt verwijderd, kan de machine wellicht beschadigen.
Doe het volgende als u het USB-geheugen wilt gebruiken: druk op  (Instellingen/Registratie)  <Voorkeuren>  <Externe interface>  <USB-instellingen>  stel <Gebruik MEAP-stuurpr. v USB-opslagapp.> in op <Uit>.

Instellen van TPM

In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de TPM instelling inschakelt.
1
Druk op  (Instellingen/Registratie).
2
Druk op <Beheerinstellingen>  <Gegevensbeheer>  <TPM instellingen>.
3
Druk op <Ja>.
Wijzigingen in instellingen worden van kracht nadat de machine opnieuw is opgestart.
Als de TPM instelling is ingeschakeld, kan het langer duren voordat de machine start.

Back-up van de TPM sleutel

Als de TPM-instelling is ingeschakeld en de TPM-chip een storing geeft, kunt u geen vertrouwelijke informatie herstellen omdat elk type vertrouwelijke informatie uniek wordt versleuteld met de TPM-sleutel. Maak direct een back-up wanneer de TPM-instelling is ingeschakeld.
Gebruik hiervoor een in de handel verkrijgbaar USB-geheugen.
1
Druk op  (Instellingen/Registratie).
2
Druk op <Beheerinstellingen>  <Gegevensbeheer>  <TPM instellingen>.
3
Druk op <Back-up TPM sleutel>.
4
Druk op <Wachtwoord>.
5
Voer het wachtwoord in  druk op <OK>.
6
Geef het wachtwoord opnieuw op in het bevestigingsscherm  druk op <OK>  <OK>.
7
Sluit het USB-geheugen aan op de machine  druk op <OK>.
Als het foutscherm verschijnt, volgt u de instructies op het scherm en maakt u opnieuw een back-up.
Controleer dat schrijven is toegestaan voor de geheugenmedia die op de machine is aangesloten voordat u een back-up maakt.
In de volgende situaties kunt u geen back-up van de TPM-sleutel maken:
Het wachtwoord is onjuist
USB geheugen is niet aangesloten
Er zijn meerdere USB-opslagapparaten verbonden
Onvoldoende vrije ruimte op het aangesloten USB geheugen
TPM sleutel niet aanwezig op het USB geheugen
Gebruik USB-geheugen dat voldoet aan de volgende voorwaarden:
Niet ingesteld op alleen-lezen
Niet gepartitioneerd
Niet meer dan 60 GB capaciteit
Niet versleuteld
Voor het maken van de back-up van de TPM-sleutel wordt aanbevolen een USB geheugen te gebruiken met een vrije ruimte van 10 MB of meer.
Sluit geen andere geheugenmedia aan.
De gegevens in de machine worden na versleuteling als back-up opgeslagen in het USB-geheugen. U kunt met een computer niet door de back-upgegevens bladeren of deze beheren.
Raadpleeg Een USB-geheugenapparaat aansluiten voor informatie over het USB-geheugen dat met de machine kan worden gebruikt, en hoe u het gebruikt.

Herstel van de TPM sleutel

Als de TPM-chip een storing geeft, kunt u de eerder opgeslagen gegevens van de TPM-sleutel herstellen naar de TPM-sleutel op de nieuwe TPM-chip. Neem voor meer informatie over TPM-chipstoringen contact op met uw dealer of verkoper.
1
Druk op  (Instellingen/Registratie).
2
Druk op <Beheerinstellingen>  <Gegevensbeheer>  <TPM instellingen>.
3
Druk op <Herstel TPM sleutel>.
4
Druk op <Wachtwoord>.
5
Voer het wachtwoord in dat u hebt opgegeven voor het maken van een back-up  druk op <OK>  <OK>.
6
Sluit het USB-geheugen aan op de machine  druk op <OK>.
Als een foutscherm verschijnt, volgt u de instructies op het scherm om het herstelproces opnieuw uit te voeren.
Sluit de geheugenmedia aan die u heeft gebruikt voor de back-up aan op de machine voordat u het herstelproces start.
Sluit geen andere geheugenmedia aan.
7
Druk op <OK> om het systeem opnieuw op te starten.
Het terugzetten van de TPM-sleutel herstelt de toegang tot het opslagapparaat/SRAM dat niet toegankelijk was vanwege de TPM-chipstoring, en herstelt niet de inhoud van het geheugen zelf.
Als initialisatie wordt uitgevoerd na de stappen bij "Initialiseren van alle gegevens/instellingen", zullen alle gegevens die met de TPM-sleutel zijn versleuteld, volledig worden gewist en wordt de TPM-instelling uitgeschakeld.
In de volgende situaties kunt u de TPM sleutel niet herstellen:
USB geheugen is niet aangesloten
Er zijn meerdere USB-opslagapparaten verbonden
TPM-sleutel is niet aanwezig op het USB-geheugen
TPM-sleutel op het USB-geheugen is niet juist
Het wachtwoord dat tijdens het back-upproces is ingesteld, is niet ingevoerd
AKAS-0HL