Afdrukken vanaf een computer
In dit gedeelte worden de basisbewerkingen beschreven voor het afdrukken vanaf een computer waarop het printerstuurprogramma is geïnstalleerd.
Help voor printerstuurprogramma's
Als u in het instellingenscherm van het printerstuurprogramma op [Help] (Windows) of
(Mac OS) klikt, wordt het Help-scherm weergegeven. Voor informatie die niet in de Gebruikershandleiding staat, inclusief over functies van het stuurprogramma en hoe u deze kunt configureren, raadpleegt u Help.
Basisbewerkingen voor afdrukken
In dit gedeelte wordt de basisvolgorde beschreven voor het afdrukken vanaf een computer.
In Windows 1
Open een document en geef het afdrukscherm weer.
2
Selecteer de machine en klik op [Voorkeursinstellingen] of [Eigenschappen].
3
Geef zo nodig de afdrukinstellingen op en klik op [OK].
Schakel zo nodig tussen de tabbladen om de gewenste afdrukinstellingen op te geven.
4
Klik op [Afdrukken] of [OK].
Het afdrukken wordt gestart.
Bij Mac OS 1
Open een document en geef het afdrukscherm weer.
2
Selecteer het apparaat.
3
Geef de gewenste afdrukinstellingen op.
Na selectie van het instellingenpaneel uit de vervolgkeuzelijst stelt u op elk paneel op afdrukken in.
4
Klik op [Druk af].
Het afdrukken wordt gestart.
KOPPELINGEN