<Instellingen sublijn>

Geef de sublijninstellingen (draadloos LAN of afzonderlijk bedraad LAN) op wanneer een bedraad LAN en een draadloos LAN, of een bedraad LAN en een ander bedraad LAN tegelijkertijd worden gebruikt.
Voor informatie over de items ("A", "B", "C" en "Nee") in de kolom "Importeer alles-functie" raadpleegt u Importeer alles-functie.

<Instellingen IP-adres>

 (Inst./Registrern)  <Voorkeuren>  <Netwerk>  <Instellingen sublijn>
Geef het IPv4-adres voor de sublijn op. Het IPv4-adres van de sublijn instellen
Item
Beschrijving instelling
DeviceAdmin
NetworkAdmin
Kan in Remote UI (UI op afstand) worden ingesteld
Importeer alles-functie
Naam item wanneer dit met Remote UI (UI op afstand) wordt geëxporteerd
<Instellingen IP-adres>
<DHCP>: Aan, Uit
Nee
Ja
Nee
C
Basisinformatie instellingen/registratie
<IP-adres>: <0.0.0.0>
Nee
Ja
Nee
A
Basisinformatie instellingen/registratie
<Subnet mask>: <0.0.0.0>
Nee
Ja
Nee
C
Basisinformatie instellingen/registratie
<Gateway adres>: <0.0.0.0>
Nee
Ja
Nee
C
Basisinformatie instellingen/registratie

<Prioriteitslijn vr comm. met mobiele apparaten>

 (Inst./Registrern)  <Voorkeuren>  <Netwerk>  <Instellingen sublijn>
Selecteer de lijn om verbinding te maken met mobiele apparaten wanneer een hoofdlijn en een sublijn tegelijk worden gebruikt.
Item
Beschrijving instelling
DeviceAdmin
NetworkAdmin
Kan in Remote UI (UI op afstand) worden ingesteld
Importeer alles-functie
Naam item wanneer dit met Remote UI (UI op afstand) wordt geëxporteerd
<Prioriteitslijn vr comm. met mobiele apparaten>
<Hoofdlijn>, <Sublijn>
Nee
Ja
Ja
C
Basisinformatie instellingen/registratie

<Instellingen Ethernet stuurprogramma>

 (Inst./Registrern)  <Voorkeuren>  <Netwerk>  <Instellingen sublijn>
Geef de instellingen van het Ethernet-stuurprogramma voor de sublijn op. Ethernet-instellingen doorvoeren
Item
Beschrijving instelling
DeviceAdmin
NetworkAdmin
Kan in Remote UI (UI op afstand) worden ingesteld
Importeer alles-functie
Naam item wanneer dit met Remote UI (UI op afstand) wordt geëxporteerd
<Instellingen Ethernet stuurprogramma>
<Automatische detectie>: <Aan>, <Uit>
Nee
Ja
Ja
C
Basisinformatie instellingen/registratie
<Communicatie mode> (Uit): <Half duplex>, <Full Duplex>
Nee
Ja
Ja
C
Basisinformatie instellingen/registratie
<Type Ethernet> (Uit): <10BASE-T>, <100BASE-TX>, <1000BASE-T>
Nee
Ja
Ja
C
Basisinformatie instellingen/registratie
<Huidige verzendsnelheid>: Alleen weergeven
Nee
Ja
Ja
Nee
-
<MAC-adres>: Alleen weergeven
Nee
Ja
Ja
Nee
-

<Firewall instellingen>

 (Inst./Registrern)  <Voorkeuren>  <Netwerk>  <Instellingen sublijn>
Geef de instellingen op voor pakketfiltering voor een sublijn (om alleen communicatie met apparaten met een specifiek IP-adres toe te staan).

<Instellingen voor Systeemdatacommunicatie>

 (Inst./Registrern)  <Voorkeuren>  <Netwerk>  <Instellingen sublijn>
Geef de instellingen op voor een DNS en een proxy die worden gebruikt voor specifieke systeemdatacommunicatie via een sublijn.
9XUU-0FL