Wanneer verificatie met afdelings-ID wordt gestartAls u op [Service Management Service] klikt op de portaalpagina van de Remote UI (UI op afstand), wordt het aanmeldingsscherm naar de SMS weergegeven. Voor de veiligheid is de machine geconfigureerd zodat deze geen aanmelding met het speciale standaardwachtwoord voor de SMS toestaat. Druk op (Inst./Registrern) <Beheerinstellingen> <Beveil.instellingen> <Authentificatie/wachtwoordinstel.> <Wachtwoordinstellingen> stel <Stdwachtwoord vr toegang op afstand toestaan> tijdelijk in op <Aan>. Nadat u zich bij de SMS hebt aangemeld met het standaardwachtwoord, herstelt u het oorspronkelijke beveiligingsniveau door het standaardwachtwoord te wijzigen en vervolgens <Stdwachtwoord vr toegang op afstand toestaan> opnieuw in te stellen op <Uit>. "MeapSmsLogin" is ingesteld als het speciale aanmeldingswachtwoord voor de SMS. Als u zich aanmeldt met "MeapSmsLogin", wordt het scherm voor het wijzigen van het wachtwoord weergegeven. Volg vanwege veiligheidsoverwegingen de instructies op het scherm om het wachtwoord te wijzigen. Het wachtwoord voor de SMS kan worden gewijzigd met [Change Password] in [System Management]. Zorg ervoor dat u het wachtwoord niet kunt vergeten. Anders krijgt u geen toegang tot SMS. Neem in dit geval contact op met uw dealer of verkoper. Terug naar gebruikersverificatieSelecteer [Enhanced System Application Management] [<Device Name>/<Device Product Name>/<Device Location>], klik op [Switch] en start de machine opnieuw op. Als u de SMS Installer Service (Password Authentication) niet gaat gebruiken, selecteer dan na het herstarten van de machine [System Application Management] [SMS Installer Service (Password Authentication)] en klik op [Stop]. |
Afdelings-ID-beheer | Systeembeheerderinstellingen | Beheerder | Algemene gebruikers |
Aan | Instellen | Systeembeheerder | Gebruikers die zijn geverifieerd met een afdelings-ID en pincode die niet voor de systeembeheerder zijn bedoeld |
Niet geselecteerd | Gebruikers die zijn geverifieerd met een afdelings-ID en pincode | Geen | |
Uit | Instellen | Systeembeheerder | Andere gebruikers dan de systeembeheerder |
Niet geselecteerd | Alle gebruikers | Geen |
1 | Druk op (Inst./Registrern) <Inloggen>. |
2 | Voer <ID systeembeheerder> en <Systeembeh. PIN> in en druk op <Inloggen>. Direct nadat verificatie met afdelings-ID is gestart, worden zowel de systeembeheerders-ID als de pincode ingesteld op "7654321". U kunt geen afdelings-ID of wachtwoord opslaan met alleen nullen, zoals "00" of "0000000". Wanneer u minder dan zeven cijfers invoert, worden nullen toegevoegd aan het begin van het nummer en wordt een nummer van zeven cijfers ingesteld. De nullen aan het begin van het nummer kunnen echter worden weggelaten wanneer u inlogt. Wanneer u zelfs bijvoorbeeld <2>, <02>, of <002> invoert, wordt de pincode ingesteld als <0000002>. U kunt echter aanmelden door <2>, <02> of <002> in te voeren. |
3 | Druk op <Beheerinstellingen> <Gebruikersbeheer> <Instellingen Systeembeheerderinformatie>. |
4 | Voer de noodzakelijke gegevens in en druk op <OK>. Voer ter bevestiging dezelfde pincode nogmaals in en druk op <OK>. |
1 | Druk op (Inst./Registrern) <Beheerinstellingen> <Gebruikersbeheer> <Afdeling ID beheer>. |
2 | Druk op <Aan>. Als u alleen wilt beheren met de systeembeheerders-ID en pincode zonder afdelings-ID-beheer te implementeren, drukt u op <Uit>. Als u de aanmeldingsservice weer op gebruikersverificatie wilt instellen en de afdelings-ID's weer wilt gebruiken, stelt u afdelings-ID-beheer van afdelings-ID-beheerverificatie in op <Uit> en start de gebruikersverificatie. Wijs vervolgens afdelings-ID's toe aan gebruikers en stel afdelings-ID-beheer van de gebruikersverificatie in op <Aan>. |
3 | Druk op <Registreer PIN> <Registreren>. |
4 | Voer <Afdelings-ID> en <PIN> in en druk op <OK>. Voer ter bevestiging dezelfde pincode nogmaals in en druk op <OK>. U kunt geen afdelings-ID of wachtwoord opslaan met alleen nullen, zoals "00" of "0000000". Wanneer u minder dan zeven cijfers invoert, worden nullen toegevoegd aan het begin van het nummer en wordt een nummer van zeven cijfers ingesteld. De nullen aan het begin van het nummer kunnen echter worden weggelaten wanneer u inlogt. Wanneer u zelfs bijvoorbeeld <2>, <02>, of <002> invoert, wordt de pincode ingesteld als <0000002>. U kunt echter aanmelden door <2>, <02> of <002> in te voeren. Indien u geen pincode instelt, kunt u de machine gebruiken door alleen de afdeling-ID in te voeren. |
5 | Druk op <OK> <OK>. |
Wanneer afdelings-ID-beheer niet is geïmplementeerdWanneer alleen de systeembeheerders-ID en pincode zijn ingesteld zonder afdelings-ID-beheer, moet u zich alleen op de machine aanmelden wanneer u de instellingen wilt configureren waarvoor de bevoegdheid van de beheerder nodig is. Druk op (Inst./Registrern) <Inloggen>, voer de <ID systeembeheerder> en <Systeembeh. PIN> in, en druk op <Inloggen>. |
Wanneer afdelings-ID-beheer niet is geïmplementeerdWanneer alleen de systeembeheerders-ID en pincode zijn ingesteld zonder afdelings-ID-beheer, zijn de aanmeldingsmethodes van de systeembeheerder en die van algemene gebruikers anders. Voor de systeembeheerder voert u [ID systeembeheerder]/[Systeembeheerder PIN] in en klikt u vervolgens op [Log In (Administrator)]. Algemene gebruikers moeten de afdelings-ID en pincode niet invoeren. Klik op [Log In (General User)]. |