Beschikbaar papier
De papiersoorten die kunnen worden gebruikt met deze machine, worden weergeven in de volgende tabel.
Voor beschikbaar papier met bevestigde opties raadpleegt u de specificaties van de respectieve opties.
Bevestig tevens de voorzorgsmaatregelen voor papiergebruik.
|
Voor afdrukken van hoge kwaliteit, gebruikt u papier dat voor deze machine is aanbevolen. Het gebruik van andere papiertypes kan problemen veroorzaken, zoals papierstoringen. Als u een papiertype gebruikt dat niet is aanbevolen voor deze machine, neem dan eerst contact op met uw dealer of verkoper. U kunt diverse papiertypen voor deze machine gebruiken, maar u krijgt dan niet altijd goede beeldkwaliteit of u krijgt problemen met de invoer, afhankelijk van de kenmerken van het papier (stijfheid, dikte, luchtdoorlaatbaarheid, soepelheid, afwezigheid van vocht, etc.). Gebruik voor de papierdikte normaal papier met een dikte van 630 micrometer of lager als referentie. Als u Synthetisch (Polypropeen) papier en Synthetisch (Polyester) papier wilt gebruiken, neem dan contact op met uw dealer of verkoper. |
Ondersteunde papierformaten
Papierformaten | Papierbron (standaard) | Papierbron (optioneel) |
Papiermagazijn van de machine | POD Deck-E | Document Insertion Unit-R |
A4 | | | |
A4R | | | |
A3 | | | |
B4 | | | |
B5 | | | |
B5R | | | |
305 x 457 mm | | | |
320x450mm(SRA3) | | | |
330 x 483 mm | | | |
16K | | | |
16KR | | | |
8K | | | |
LTR | | | |
LTRR | | | |
LGL | | | |
11 x 17 | | | |
EXEC | | | |
Gebruikersformaat (182 mm x 182 mm tot 330,2 mm x 487,7 mm) | | | |
Kakugata 2 | | | - |
|
Papierformaten die door deze machine worden ondersteund In de volgende tabel ziet u de meeste papier- en envelopformaten die u met de machine kunt gebruiken. Andere ondersteunde papierformaten zijn als volgt. 305 mm x 457 mm 320 mm x 450 mm (SRA3) 330 mm x 483 mm 11" x 17" (279,4 mm x 431,8 mm) "Verticale" en "horizontale" zijde van het papier In de Gebruikershandleiding wordt, ongeacht de papieroriëntatie, de zijde van het papier die haaks (  ) op de voorkant van de machine staat, de "verticale" zijde genoemd en de zijde die evenwijdig loopt (  ) aan de voorkant van de machine de "horizontale" zijde. In de Gebruikershandleiding wordt het plaatsen van papier met de langere zijde haaks op de voorkant van de machine het plaatsen in "staande richting" genoemd en het plaatsen van papier met de langere zijde horizontaal op de voorkant van de machine het plaatsen in "liggende richting". | Staande richting | | Liggende richting | | | | |
'A4R', 'B5R' en 'LTRR' verwijzen naar papier van formaat A4/B5/LTR dat respectievelijk in liggende richting is geplaatst. |
Ondersteunde papiersoorten
In dit apparaat kan chloorvrij papier worden gebruikt.
Type papier | Basisgewicht | Papierbron (standaard) | Papierbron (optioneel) |
Papiermagazijn van de machine | POD Deck-E | Document Insertion Unit-R |
Dun | 60 tot 63 g/m2 | | | |
Normaal 1 | 64 t/m 79 g/m2 | | | |
Normaal 2 | 80 tot 105 g/m2 | | | |
Dik 1 | 106 tot 128 g/m2 | | | |
Dik 2 | 129 tot 150 g/m2 | | | |
Dik 3 | 151 tot 180 g/m2 | | | |
Dik 4 | 181 tot 209 g/m2 | | | |
Dik 5 | 210 tot 256 g/m2 | | | |
Dik 6 | 257 tot 300 g/m2 | | | |
Dik 7 | 301 tot 325 g/m2 | | | - |
Dik 8 | 326 tot 400 g/m2 | | | - |
Dik 9*1 | 401 tot 450 g/m2 | | | - |
Dik 10*1 | 451 tot 500 g/m2 | | | - |
Kleur | 64 t/m 79 g/m2 | | | |
Gerecycled 1 | 64 t/m 79 g/m2 | | | |
Gerecycled 2 | 80 tot 105 g/m2 | | | |
Gerecycled 3 | 210 tot 256 g/m2 | | | |
Geponst 1 | 64 t/m 79 g/m2 | | | |
Geponst 2 | 80 tot 105 g/m2 | | | |
Transparant | 151 tot 180 g/m2 | | | - |
Film wiss. | 151 tot 180 g/m2 | | | - |
Doorschijn. film | 151 tot 180 g/m2 | | | - |
Etiketten | 151 tot 180 g/m2 | | | - |
Tab 1 | 151 tot 180 g/m2 | *2 | *2 | |
Tab 2 | 181 tot 209 g/m2 | *2 | *2 | |
Bond | 80 tot 105 g/m2 | | | |
1-zijdig gecoat dun 2 | 70 tot 79 g/m2 | | | |
1-zijdig gecoat dun 1 | 80 tot 105 g/m2 | | | |
1-zijdig gecoat 1 | 106 tot 128 g/m2 | | | |
1-zijdig gecoat 2 | 129 tot 150 g/m2 | | | |
1-zijdig gecoat 3 | 151 tot 180 g/m2 | | | |
1-zijdig gecoat 4 | 181 tot 209 g/m2 | | | |
1-zijdig gecoat 5 | 210 t/m 220 g/m2 | | | |
1-zijdig gecoat 6 | 221 tot 256 g/m2 | | | |
1-zijdig gecoat 7 | 257 tot 300 g/m2 | | | |
1-zijdig gecoat 8 | 301 tot 325 g/m2 | | | - |
1-zijdig gecoat 9 | 326 tot 400 g/m2 | | | - |
Enkelzijdig Coated 10*1 | 401 tot 450 g/m2 | | | - |
Enkelzijdig Coated 11*1 | 451 tot 500 g/m2 | | | - |
2-zijdig gecoat dun 2 | 70 tot 79 g/m2 | | | |
2-zijdig gecoat dun 1 | 80 tot 105 g/m2 | | | |
2-zijdig gecoat 1 | 106 tot 128 g/m2 | | | |
2-zijdig gecoat 2 | 129 tot 150 g/m2 | | | |
2-zijdig gecoat 3 | 151 tot 180 g/m2 | | | |
2-zijdig gecoat 4 | 181 tot 209 g/m2 | | | |
2-zijdig gecoat 5 | 210 t/m 220 g/m2 | | | |
2-zijdig gecoat 6 | 221 tot 256 g/m2 | | | |
2-zijdig gecoat 7 | 257 tot 300 g/m2 | | | |
2-zijdig gecoat 8 | 301 tot 325 g/m2 | | | - |
2-zijdig gecoat 9 | 326 tot 400 g/m2 | | | - |
2-zijdig gecoat 10*1 | 401 tot 450 g/m2 | | | - |
Dubbelzijdig Coated 11*1 | 451 tot 500 g/m2 | | | - |
Mat gecoat dun 2 | 70 tot 79 g/m2 | | | |
Mat gecoat dun 1 | 80 tot 105 g/m2 | | | |
Mat gecoat 1 | 106 tot 128 g/m2 | | | |
Mat gecoat 2 | 129 tot 150 g/m2 | | | |
Mat gecoat 3 | 151 tot 180 g/m2 | | | |
Mat gecoat 4 | 181 tot 209 g/m2 | | | |
Mat gecoat 5 | 210 t/m 220 g/m2 | | | |
Mat gecoat 6 | 221 tot 256 g/m2 | | | |
Mat gecoat 7 | 257 tot 300 g/m2 | | | |
Mat gecoat 8 | 301 tot 325 g/m2 | | | - |
Mat gecoat 9 | 326 tot 400 g/m2 | | | - |
Mat gecoat 10*1 | 401 tot 450 g/m2 | | | - |
Mat gecoat 11*1 | 451 tot 500 g/m2 | | | - |
Textuur 1 | 80 tot 105 g/m2 | | | |
Textuur 2 | 106 tot 128 g/m2 | | | |
Textuur 3 | 129 tot 150 g/m2 | | | |
Textuur 4 | 151 tot 180 g/m2 | | | |
Textuur 5 | 181 tot 209 g/m2 | | | |
Textuur 6 | 210 t/m 256 g/m2 | | | |
Textuur 7 | 257 tot 300 g/m2 | | | |
Velijn 1*3 | 80 tot 105 g/m2 | | | |
Velijn 2*3 | 106 tot 128 g/m2 | | | - |
Synthetisch (Polypropeen) | 151 tot 180 g/m2 | | | |
Synthetisch (polyester) | 151 tot 180 g/m2 | | | |
Envelop*4 | 70 tot 128 g/m2 | | | - |
*1 Papier met een basisgewicht van 400 g/m2 tot 500 g/m2 kan alleen worden gebruikt voor papier in B4-formaat of groter.
*2 De optionele "Tab Feeding Attachment-E" is vereist.
*3 Sommige soorten velijn kunnen niet worden gebruikt.
*4 De afgedrukte enveloppen kunnen kreukelen door de manier waarop de envelop aan elkaar is geplakt of door de stand van de klep.
Beschikbaar papier voor 2-zijdig afdrukken
Bij 2-zijdig afdrukken kunt u de volgende typen papier niet gebruiken.
Papiertype: | Transparant, Etiketten, Tabblad 1 tot Tabblad 2, en Envelop |
Als u ander papier gebruikt, gebruik dan <2de zijde van 2-zijdige pag.> om af te drukken op de achterzijde van het afgedrukte papier.
Papier niet beschikbaar voor afwerking
Afwerkingsfuncties zijn niet beschikbaar bij het maken van afdrukken op de papiersoorten transparant, heldere film, etiketten of envelop.
Dik papier gebruiken voor rugnieten
Als u Dik 7- tot Dik 10-papier gebruikt voor een omslag voor <Boekje>, kunt u afdrukken op <Voorblad> en <Achterblad>.
Papier bij gebruik van High Capacity Stacker-J
Wanneer de "High Capacity Stacker-J" is aangesloten, is het minimale papierformaat dan kan worden ingevoerd in de machine 182 x 182 mm (inclusief de enveloppen). Enveloppen kunnen ook niet worden gestapeld in de "High Capacity Stacker-J."
Verkeerde uitlijning afdrukken op voorbedrukt papier, papier met rand of gekleurd papier
Als u voorbedrukt papier, papier met een rand of kleurenpapier gebruikt en de afgedrukte afbeelding verticaal verkeerd is uitgelijnd gezien vanuit de papierinvoerrichting, stelt u <Uit> in voor <Uitlijnen rand l/r automati. aanp.> in <Papierinstellingen> in <Voorkeuren> (Instellingen/Registratie).
Instellingen beheer type papierOnbruikbaar papier 
|
Controleer voor het afdrukken of het te gebruiken papier geschikt is. Gebruik de volgende papiersoorten niet, aangezien deze papierstoringen of afdrukfouten kunnen veroorzaken: Gerimpeld, gekreukeld, omgekruld, gescheurd of vochtig papier*1 Dun stropapier, heel dun papier, grof papier, glanzend papier Papier met blootliggende lijm of ander kleefmiddel, of labelpapier waarvan de achterkant makkelijk loslaat Papier dat is afgedrukt met een thermal-transferprinter, de achterzijde van papier dat is afgedrukt met een thermal-transferprinter *1 Bij afdrukken op vochtig papier kunnen stoom of waterdruppels uit het uitvoergedeelte komen die aan het uitvoergedeelte blijven plakken, maar dit wijst niet op een storing. Dat komt doordat het water in het papier verdampt door de warmte die wordt gegeneerd tijdens het fixeren van de toner op het papier. Dit komt vaker voor wanneer de kamertemperatuur laag is. |
Voorzorgsmaatregelen voor papier 
|
Bij gebruik van papierGebruik alleen papier dat volledig geacclimatiseerd is aan de omgeving waarin de machine is geïnstalleerd. Als u papier gebruikt dat bij een andere temperatuur of vochtigheid is bewaard, kan dit leiden tot papierstoringen of een slechte afdrukkwaliteit. Als u papier snijdt, moet het snijvlak met polijstgereedschap worden geglad. Om de snijvlakken te polijsten, plaats het papier op een vlak oppervlak en beweeg het polijstgereedschap circa drie maal haaks op de kanten. Als u niet alle vier zijden van het papier polijst, kunnen er strepen op de beelden optreden of de papierinvoer kan negatief worden beïnvloed. Behandeling en opslag van papierGebruik nieuw papier direct nadat het is uitgepakt. Als het papier vocht gaat opnemen, kan dit van invloed zijn op de kwaliteit en het papiertransport. Bewaar de resterende hoeveelheid papier in de oorspronkelijke verpakking op een vlakke ondergrond. Laat het papier in zijn originele verpakking om het tegen vocht of droogte te beschermen. Bewaar papier niet op een manier waardoor het kan krullen of vouwen. Bewaar het papier niet staand en stapel ook niet te veel papier op. Bewaar het papier niet in direct zonlicht, of op een plek met een hoge vochtigheidsgraad, droogte of bij drastisch schommelende temperaturen of luchtvochtigheidsgraad. De toelaatbare vochtigheidsgraad voor papieropslag is 25 tot 75% (bij een kamertemperatuur van 15°C tot 27,5°C). Opslag van papier in een ruimte die niet aan deze specificaties voldoet kan de papieraanvoer en beeldkwaliteit beïnvloeden. |
Richtlijnen voor gebruik van voorbedrukt papier
Het gebruik van papier dat al werd bedrukt op een andere machine (voorbedrukt papier) kan leiden tot verkorten van de levenscyclus van onderdelen of verhoogde reinigingsfrequentie. Voor informatie omtrent de richtlijnen voor gebruik van voorbedrukt papier zoals gebruikte inkt op het voorbedrukte papier, gebruik van spuitpoeder en veiligheid, dient u contact op te nemen met de verdeler, de plaats waar het papier werd gekocht of uw locale Canon dealer.
Gebruik van papier bedrukt op een offset printer
Afhankelijk van het type, kunnen inkten gebruikt op offset printers substanties (zoals verdunners of was) bevatten waardoor het bij hoge temperaturen zacht wordt of smelt. De machine heeft een hoge tonerfixatie-temperatuur, dus het gebruik van papier met deze types inkt kan ertoe leiden dat de inkt aan de fixeereenheid blijft plakken, enzovoort, waardoor de papieruitvoer smerig lijkt en de levensduur van onderdelen wordt bekort. Om de voorkomen dat inkt smelt, wordt aangeraden papier te gebruiken dat werd bedrukt met hittebestendige, olie-basis inkt (oxidatie-polymerisatie-types) of UV-hardende inkt.
Als de inkt smelt kan het probleem worden verholpen door de temperatuur van de fixatie-eenheid te verlagen. Dit kan echter leiden tot vermindering in de fixatie. Neem voor meer informatie contact op met uw dealer of verkoper.
Droog voorbedrukt papier gedurende een toereikende periode (72 uur of langer) vóór gebruik.
Druk niet op gedeeltes waarop al inkt aanwezig is of gedeeltes die werden gevernist. Hierdoor kan een vieze uitvoer ontstaan met toner die niet aan het bedrukte oppervlak hecht (in het bijzonder als gecoat papier wordt gebruikt) of een uitvoer met een moiré-effect (een schimmerig, golvend patroon), afhankelijk van de screenfrequentie en screenhoeken. Als u op een bedrukt oppervlak moet drukken, kunt u het drukresultaat misschien verbeteren door te drukken op een plaats waar de beelddensiteit zeer licht is. U kunt ook, voor het moiré-effect, het drukresultaat verbeteren door de screenfrequentie bij te stellen. Neem voor meer informatie contact op met uw dealer of verkoper.
Sproeipoeders zijn partikels die worden gebruikt om bloeden te helpen voorkomen bij gebruik van inkt op oliebasis. Invoer in de machine van papier met sproeipoeders kan leiden tot verspreiding van het poeder in de machine met als resultaat een vieze uitvoer of vermindering van de transferprestatie van de rollen en banden. Voorkom daarom bij gebruik van papier bedrukt met inkt op oliebasis, het gebruik van papier met een hoog gehalte aan sproeipoeders. Als het probleem aanhoudt, raden wij aan de sproeipoeders te verwijderen. Als de machine intern vervuild raakt met sproeipoeders, neem dan contact op met uw dealer of verkoper.
Gebruik van papier bedrukt door een Full Color laserprinter.
Gebruik geen papier dat werd bedrukt door een Full Color laserprinter. Omdat de tonerfixatie-temperatuur van deze machine hoger is dan die van de normale kleuren-laserprinter, raakt het papier mogelijk beklemd in de fixeereenheid als de toner van het voorbedrukte medium smelt, hetgeen de machine kan beschadigen. Ook, zelfs bij gespecificeerde condities, kan de kwaliteit van de uitvoer verslechteren door oorzaken zoals verandering in glans. Als u media bedrukt op een Full Color laserprinter moet gebruiken, vernauw dan het printbereik en verlicht de beelddensiteit. Als u echter media bedrukt op een Full Color laserprinter gebruikt, neem dan contact op met uw dealer of verkoper.
U kunt papier bedrukt op een Full Color laserprinter alleen gebruiken als het papier wordt gebruikt als omslag of velinvoeging door het in te voeren van de "Document Insertion Unit-R." Let in dit geval op krullen van het papier of samenkleven van het papier.
Overige voorzorgsmaatregelen
Door voorbedrukt papier in de machine te voeren kan de kwaliteit van het papier veranderen. Als het papier nog steeds niet correct wordt ingevoerd, voer dan <Aanpas. waaierniv. papierscheid.> uit.
Bewaar de resterende hoeveelheid papier in de oorspronkelijke verpakking op een droge plaats en uit het directe zonlicht.
Voorzorgsmaatregelen betreffende krullen van papier
Papierstoringen of slechte afdrukkwaliteit worden vaak veroorzaakt door krullend papier. De stijfheid van het papier, de richting van de krul en de mate van krullen hebben een sterke invloed op hoe goed het papier door de machine wordt gevoerd. Pas bij het plaatsen van papier altijd de mate van krullen aan naar het juiste niveau, zoals hieronder beschreven.
De relatie tussen papiernerf en krulrichting
De stijfheid van papier hangt af van de richting van de papiernerf (de richting van de vezel in het papier). Papier krult makkelijker parallel aan de nerf.
Richting van de papiernerf |
Lange vezel | | Korte vezel |
| | |
 : Hoge neiging tot krullen  : Geringe neiging tot krullen |
|
Voor dun papier van 60 g/m2 tot 63 g/m2 wordt aanbevolen papier te gebruiken waarvan de vezel parallel loopt met de richting waarin het wordt ingevoerd. |
Krullen corrigeren
Om door krullen veroorzaakte problemen te voorkomen, is het noodzakelijk te verzekeren dat krullen wordt gecorrigeerd en binnen de juiste, toegestane grenzen blijft. De mate van krullen die problemen kan veroorzaken, hangt af van het papiertype en de dikte.
|
Meten van krullen Zoals getoond in de afbeeldingen hieronder, plaats het papier op een vlak oppervlak met de krullen naar boven en meet de mate van krullen aan beide hoeken van de voorrand van het papier. Als de krul haaks op de invoerrichting staat Krulmeetpunten | | Zijaanzicht van het papier gezien in de invoerrichting | | | | Invoerrichting | | * Meet de mate van krullen (in mm) |
Als de krul parallel loopt met de invoerrichting Krulmeetpunten | | Vooraanzicht van het papier gezien in de invoerrichting | | | | Invoerrichting | | * Meet de mate van krullen (in mm) |
|
Acceptabele krulwaarden wanneer de krul loodrecht op de aanvoerrichting staat
Als u papier vanuit de machine invoert, "POD Deck-E," of "Secondary POD Deck-E"
Het wordt aanbevolen een mate van krullen van 5 mm of minder zowel naar boven als naar beneden aan te houden.
Voor papier dat zwaarder is dan 350 g/m2, kan dit niet worden gebruikt voor krullen naar beneden.
Acceptabele krulwaarden wanneer de krul evenwijdig aan de aanvoerrichting loopt
Als u papier vanuit de machine invoert, "POD Deck-E," of "Secondary POD Deck-E"
Papier dat lijkt te zijn gekruld bekeken in de invoerrichting kan hiaten veroorzaken tussen de papiergeleideplaten in de papierlade, waardoor het papier diagonaal wordt ingevoerd. Als u gekruld papier moet gebruiken, zorg er dan voor dat de mate van krul binnen 5 mm of minder blijft.
Voor zwaar papier (106 g/m2 tot 500 g/m2), kan het niet worden gebruikt voor krullen. Bovendien kan het gebruik van zwaar papier (106 g/m2 tot 500 g/m2) toch invoerproblemen veroorzaken, zelfs als het papier niet is gekruld. Als u papier kleiner dan A4 gebruikt, is het aanbevolen papier te gebruiken met de nerf evenwijdig aan de lange zijde. Als u papier groter dan B4 gebruikt, is het aanbevolen papier te gebruiken met de nerf evenwijdig aan de korte zijde.
|
Bij zwaar of klein papier moet het verschil in de mate van krul aan beide zijden binnen 5 mm of minder worden gehouden.  : Mate van krul van 1 mm  : Mate van krul van 7 mm |
Papier bewaren dat met de machine is bedrukt
Houd rekening met de volgende voorzorgsmaatregelen wanneer u papier behandelt en opslaat dat met de machine is bedrukt.
Bedrukt papier bewaren
Bewaar het papier op een vlak oppervlak.
Bewaar papier niet samen met voorwerpen die gemaakt zijn van pvc (polyvinylchloride) zoals transparante mapjes. De toner kan smelten waardoor het papier aan het pvc-materiaal kan plakken.
Bewaar papier zodat het niet wordt gevouwen of gekreukeld. Als u dat wel doet, kan de toner van het papier loskomen.
Als u papier gedurende een lange periode (twee jaar of langer) wilt bewaren, bewaart u dit in een map, enzovoort.
Door papier gedurende een lange periode te bewaren, kan dit verkleuren, waardoor ook de afdruk kan verkleuren.
Bewaar papier niet op plaatsen met hoge temperaturen.
Voorzorgsmaatregelen bij het plakken van afdrukken met lijm
Gebruik altijd onoplosbare lijm.
Test de lijm voor gebruik op een overbodige afdruk.
Controleer of de lijm volledig is opgedroogd, voordat u afdrukken die zijn gelijmd op elkaar stapelt.