[Algemene instellingen]
Configureer de instellingen die gemeenschappelijk zijn voor de functies voor het ontvangen en doorsturen van faxen en I-Faxen.
* Waarden in rode tekst geven de standaardinstellingen voor elk item aan.
[

Instellingen/Registratie]

[Functie-instellingen]

[Ontvangen/Doorzenden]

[Algemene instellingen]
Instellen of ontvangen faxen en I-Faxen op beide zijden van het papier moeten worden afgedrukt.
[

Instellingen/Registratie]

[Functie-instellingen]

[Ontvangen/Doorzenden]

[Algemene instellingen]
Stel de regels in voor het afdrukken op een ander papierformaat als er geen papier van hetzelfde formaat als dat van de ontvangen fax is geplaatst.
De afdrukmethode wordt bepaald op basis van deze instellingen en het formaat van het geplaatste papier. Selecteer [Uit] voor afdrukmethoden die u niet wilt gebruiken.
[Schakelaar A]:
Als er een kleiner papierformaat geplaatst is, wordt de ontvangen fax opgesplitst en afgedrukt.
[Schakelaar B] en [Schakelaar D]:
Als er een groter papierformaat geplaatst is, wordt de ontvangen fax afgedrukt op hetzelfde formaat als dat van het origineel, met blancomarges.
Voor [Schakelaar B] en [Schakelaar D] zijn de afgedrukte papier- en margelay-out verschillend.
[Schakelaar C]:
Als er een kleiner papierformaat geplaatst is, wordt de ontvangen fax verkleind en afgedrukt.
* Afhankelijk van het formaat van het geplaatste papier, is het mogelijk dat de ontvangen fax niet wordt afgedrukt, zelfs als er een passende afdrukmethode ingeschakeld is.
* De ontvangen fax wordt afgedrukt op papier in een papierbron die is ingesteld voor automatische selectie. Zorg ervoor dat papierbronnen die u niet wilt gebruiken niet automatisch kunnen worden geselecteerd.
De juiste papierbron gebruiken voor elke functie
|
[Schakelaar A]
[Aan], [Uit]
[Schakelaar B]
[Aan], [Uit]
[Schakelaar C]
[Aan], [Uit]
[Schakelaar D]
[Aan], [Uit]
|
[

Instellingen/Registratie]

[Functie-instellingen]

[Ontvangen/Doorzenden]

[Algemene instellingen]
Stel in of het formaat van ontvangen faxen moet worden verkleind, zodat ze op het papier passen wanneer ze worden afgedrukt.
Om het formaat te verkleinen, selecteert u [Aan], stelt u de verkleiningsverhouding in en selecteert u of u de beeldverhouding wilt behouden.
Als u [Uit] selecteert, worden ontvangen faxen en I-Faxen die niet op het papier passen, gesplitst en op aparte pagina's afgedrukt.
Selecteer in [Verkleiningsmodus] of de verkleinfactor automatisch wordt aangepast of een vaste waarde heeft. Als u [Auto] selecteert, wordt het formaat verkleind met een verkleiningspercentage dat varieert van de opgegeven waarde tot 100%.
Als u de beeldverhouding wilt bewaren, stelt u de [Verkleiningsrichting] in op [Verticaal & Horizontaal].
|
[Aan], [Uit]
[Verkleiningsmodus]
[Auto], [Vast]
[Verkl. %]
75 tot 90 tot 97%
[Verkleiningsrichting]
[Verticaal & Horizontaal], [Alleen verticaal]
|
[

Instellingen/Registratie]

[Functie-instellingen]

[Ontvangen/Doorzenden]

[Algemene instellingen]
De handeling waarbij een faxbericht of I-Fax van twee pagina's wordt verkleind en de pagina's bij het afdrukken op één zijde van een vel papier worden geplaatst, wordt "2 op 1" genoemd. Stel in of u "2 op 1" afdrukken wilt uitvoeren voor ontvangen faxen en I-Faxen.
* Zelfs als u [Aan] selecteert, is het mogelijk dat de machine niet "2 op 1" afdrukt vanwege omstandigheden zoals opeenvolgende pagina's van verschillend formaat.
N.B.
Als u deze instelling inschakelt, wordt een stippellijn in het midden van het papier afgedrukt.
* Als u de afzenderinformatie in de voettekst afdrukt, wordt de stippellijn niet afgedrukt binnen het gebied met de afzenderinformatie.
[Paginavoettekst RX afdrukken]
[

Instellingen/Registratie]

[Functie-instellingen]

[Ontvangen/Doorzenden]

[Algemene instellingen]
Stel in of u informatie zoals de ontvangsttijd en paginanummers wilt toevoegen bij het afdrukken.
Als u [Afdrukken] selecteert, wordt informatie zoals de ontvangsttijd en het paginanummer onder aan de pagina afgedrukt.
* Als u een e-mail zonder bericht ontvangt, worden het e-mailadres van de afzender (Van) en het onderwerp bovenaan de eerste pagina van het bijgevoegde bestand afgedrukt.
|
[Afdrukken], [Niet afdrukken]
|
[

Instellingen/Registratie]

[Functie-instellingen]

[Ontvangen/Doorzenden]

[Algemene instellingen]
De gammawaarde voor ontvangen I-Faxen instellen. Door de gammawaarde zodanig in te stellen dat deze overeenkomt met die van de verzendende kant, kunt u afbeeldingen reproduceren die overeenkomen met het origineel.
|
[Gamma 1,0], [Gamma 1,4], [Gamma 1,8], [Gamma 2,2]
|
[

Instellingen/Registratie]

[Functie-instellingen]

[Ontvangen/Doorzenden]

[Algemene instellingen]
Stel in of de machine andere taken onderbreekt om faxen of I-Faxen af te drukken wanneer deze worden ontvangen.
[

Instellingen/Registratie]

[Functie-instellingen]

[Ontvangen/Doorzenden]

[Algemene instellingen]
Stel in of ontvangen faxen en I-Faxen worden opgeslagen in een vertrouwelijke faxinbox of worden doorgestuurd naar een andere bestemming, zoals een bestandsserver.
Als u [Aan] selecteert, configureert u de doorstuurvoorwaarden en doorstuurbestemming in [Doorstuurinstellingen].
[Doorstuurinstellingen]
[

Instellingen/Registratie]

[Functie-instellingen]

[Ontvangen/Doorzenden]

[Algemene instellingen]
Instellen hoe de machine faxen en I-Faxen behandelt die niet kunnen worden doorgestuurd.
Als geheugenvergrendeling is ingeschakeld wanneer u [Opslaan/Afdrukken] selecteert, worden de faxen en I-Faxen die niet kunnen worden doorgestuurd, opgeslagen. Als geheugenvergrendeling is uitgeschakeld, worden ze afgedrukt.
Geheugenvergrendeling instellen
|
[Altijd afdrukken], [Opslaan/Afdrukken], [Uit]
|
[

Instellingen/Registratie]

[Functie-instellingen]

[Ontvangen/Doorzenden]

[Algemene instellingen]
|
[Ontv.methode]
[Geldig/ Ongeldig]
[Verwijderen]
[Registreren]
[Doorzenden zonder voorw.]
[Details/Bewerken]
[E-mail prioriteit]
[Lijst afdrukken]
[Zoeken]
[Wissen]
|
[

Instellingen/Registratie]

[Functie-instellingen]

[Ontvangen/Doorzenden]

[Algemene instellingen]
Configureer de instellingen voor Geheugen RX Postvak IN (Geheugen RX Postvak IN en Gedeelde gegevens RX Postvak IN) en Vertrouwelijke faxpostvak.
[

Instellingen/Registratie]

[Functie-instellingen]

[Ontvangen/Doorzenden]

[Algemene instellingen]
Stel in of de afzender op de hoogte moet worden gebracht als er een fout optreedt terwijl de machine een I-Fax ontvangt.