Adresboekfunctie
U kunt in het adresboek opgeslagen bestemmingen opgeven door het adresboek op te roepen in het scherm [Start] of het scan- of faxscherm op het bedieningspaneel.
Bij het registreren van bestemmingen selecteert u de functie voor het snel opgeven van de bestemming.
Ook kunt u bestemmingen efficiënt opgeven vanaf het adresboekscherm, bijvoorbeeld door bestemmingen in groepen op te nemen of ze weer te geven op type.
Functie om een bestemming snel op te geven
Bij het registreren van bestemmingen selecteert en registreert u één van de volgende mogelijkheden:
Sneltoets
Het is erg handig om een veelgebruikte bestemming als sneltoets te registreren. Alle soorten bestemmingen kunnen als sneltoets worden geregistreerd. Registreer een bestemming als sneltoets op het scherm [Start].
Er zijn maximaal vier sneltoetsen beschikbaar.
Kiescode
Registreer een driecijferig nummer voor iedere bestemming. U kunt dat nummer direct invoeren om een bestemming op te geven.
Met behulp van nummers voor verkort kiezen kunt maximaal 100 bestemmingen registreren.
Een groep met meerdere bestemmingen registreren
U kunt meerdere geregistreerde e-mailadresbestemmingen of faxnummerbestemmingen registreren als groep registreren als sneltoets of bij Verkort kiezen. Dat bespaart u bij het verzenden van gegevens de moeite van het individueel opgeven van meerdere bestemmingen. U kunt maximaal 50 groepen registreren.
U kunt uitsluitend hetzelfde type bestemming opgeven voor één groep.
Groepen in het adresboek registreren (bedieningspaneel)Groepen in het adresboek registreren (Externe UI)Classificeren op index
U kunt de initialen van de namen en soorten bestemmingen (zoals e-mail of fax) instellen wanneer u ze classificeert op index.
Het scherm Adresboek
Als u het adresboek oproept van het scherm [Start] of scan- of fax-scherm, verschijnt het volgende scherm.
Lijst van geregistreerde bestemmingen
De soorten bestemmingen worden aangeduid met de volgende symbolen, en de bestemming-informatie, zoals naam, e-mailadres, en faxnummer, worden weergegeven:
[
]: E-mail
[
]: Locatie om bestanden op te slaan (gedeelde map)
[
]: Fax
[
] verschijnt voor groepsbestemmingen.
[
] verschijnt naast het bestemmingstype-symbool voor bestemmingen die als sneltoets zijn geregistreerd.
Index
Dit verschijnt bovenaan het scherm. U kunt bestemmingen uit de lijst filteren door hun type of de initialen van een naam te selecteren.
Druk op [
] of [
] om een ander indexscherm te kiezen.
Als u alle in het adresboek geregistreerde bestemmingen wilt weergeven, selecteert u [Alles].
Als u de bestemmingen opgeeft die moeten worden weergegeven op de initialen van de naam, selecteert u [A-Z], [0-9], of [ABC] tot en met [YZ].
Bewerkingsitems bestemmingen
Deze verschijnen onderaan het scherm. Druk hierop om een bestemming te registreren, te bewerken of te verwijderen, of om een bestemming op te geven om gegevens op te slaan of naartoe te verzenden.
Als u het adresboek oproept vanuit het scherm [Start] en een bestemmingsadres selecteert, wordt het scan- of faxscherm weergegeven, waarin het geselecteerde adres is opgegeven.