De gradatie kalibreren

Gradatie is het geleidelijk veranderen van de kleurdiepte en helderheid. Als de gradatie niet correct wordt weergegeven en de afgedrukte gegevens sterk afwijken van de brongegevens of het origineel, moet u de gradatie kalibreren (kalibratie).
U kunt geen kalibratie uitvoeren tijdens het afdrukken of scannen of als er onvoldoende toner is.
Gradatie kan op twee manieren worden gekalibreerd: Snel aanpassen of Volledig aanpassen.
Probeer eerst Snel aanpassen voor eenvoudige kalibratie. Als u geen verbetering ziet, voert u Volledige aanpassing uit om nauwkeuriger te kalibreren.
Eenvoudige kalibratie (Snel aanpassen)
Nauwkeuriger kalibreren (Volledig aanpassen)
BELANGRIJK
Tijdens de kalibratie wordt toner gebruikt.
Als u regelmatig een kalibratie uitvoert, kan dat van invloed zijn op de levensduur van de toner.
Als de symptomen ook na het uitvoeren van een kalibratie niet verbeteren, kan het zijn dat het niveau van de resterende hoeveelheid toner laag is. Het wordt aanbevolen om de resterende hoeveelheid toner te controleren en zo nodig tonercartridges te vervangen.
De resterende hoeveelheid verbruiksmaterialen en onderdelen controleren
De tonercartridges vervangen

Eenvoudige kalibratie (Snel aanpassen)

In dit onderdeel wordt beschreven hoe u kalibratie kunt uitvoeren (Snel aanpassen) via het bedieningspaneel.
U kunt ook Remote UI (UI op afstand) vanaf een computer gebruiken om kalibratie uit te voeren (Snel aanpassen). De machine vanaf een computer beheren (Remote UI (UI op afstand))
1
Druk op het bedieningspaneel op [ Instellingen/Registratie] in het scherm [Home] of ander scherm. Scherm [Home]
Het scherm [Instellingen/Registratie] wordt weergegeven.
2
Druk op [Aanpassen/Onderhoud]  [Aanpassen beeldkwaliteit] [Autom. gradatieaanpassing].
Het scherm [Autom. gradatieaanpassing] wordt weergegeven.
3
Selecteer het papiertype dat u wilt kalibreren.
Als het papiertype niet wordt weergegeven, kunt u deze stap overslaan. Ga naar stap 4. De kalibratie wordt uitgevoerd voor alle papiertypen.
4
Druk op [Snelle aanpassing].
Het scherm [Snelle aanpassing] wordt weergegeven.
5
Druk op [Start].
Kalibratie wordt uitgevoerd.
Als de kalibratie is voltooid, verschijnt [Aanpassen is gereed.].
Als het resultaat na het uitvoeren van Snel aanpassen niet bevredigend is, voert u Volledig aanpassen uit. Nauwkeuriger kalibreren (Volledig aanpassen)
N.B.
U kunt de instellingen zodanig configureren dat Snel aanpassen regelmatig automatisch wordt uitgevoerd. [Tijdsinstel. v. autom. gradatie-aanpassing]

Nauwkeuriger kalibreren (Volledig aanpassen)

Scan de testpagina die met de machine is afgedrukt op de invoer of de glasplaat om de gradatie nauwkeuriger te kalibreren.
Het hier gekalibreerde resultaat wordt gebruikt totdat Volledig aanpassen de volgende keer wordt uitgevoerd.
Papierformaten en -typen die gebruikt kunnen worden voor kalibratie
Formaat: A3, A4, 11" x 17", LTR, 8K
Type: Normaal 1 tot Normaal 3, Zwaar 1 tot Zwaar 7
Gebruik het bedieningspaneel om de kalibratie uit te voeren (Volledig aanpassen). U kunt geen kalibratie (Volledig aanpassen) uitvoeren met Remote UI (UI op afstand) vanaf een computer.
1
Druk op het bedieningspaneel op [ Instellingen/Registratie] in het scherm [Home] of ander scherm. Scherm [Home]
Het scherm [Instellingen/Registratie] wordt weergegeven.
2
Druk op [Aanpassen/Onderhoud]  [Aanpassen beeldkwaliteit] [Autom. gradatieaanpassing].
Het scherm [Autom. gradatieaanpassing] wordt weergegeven.
3
Configureer de kalibratie-instellingen.
Als u [Gebruik Aanvoer voor Volledige aanpassing] niet selecteert, scant u de afgedrukte testpagina via de glasplaat.
Als u [Aan] selecteert voor [Initialiseren bij gebr. Voll. aanpassing], worden de vorige volledig aangepaste gegevens geïnitialiseerd en gekalibreerd.
4
Selecteer het papiertype dat u wilt kalibreren.
Als het papiertype niet wordt weergegeven, kunt u deze stap overslaan. Ga naar stap 5. De kalibratie wordt uitgevoerd voor alle papiertypen.
5
Druk op [Volledige aanpassing].
Het scherm [Selecteer papier] wordt weergegeven. U kunt controleren welke papierformaten bruikbaar zijn en welk papiertype momenteel geselecteerd is.
6
Selecteer de papierbron met het geplaatste bruikbare papier en druk op [OK].
7
Druk op [Start afdrukken].
Een proefpagina wordt afgedrukt.
8
Scan de testpagina om de kalibratie uit te voeren.
Als de testpagina is afgedrukt op Zwaar 6 of Zwaar 7, gebruikt u de glasplaat om te scannen.
De invoer gebruiken om te scannen
1
Volg de instructies op het scherm om de testpagina in de invoer te plaatsen.
2
Druk op [Start scannen].
De testpagina wordt gescand en de kalibratie wordt uitgevoerd.
Als de kalibratie is voltooid, verschijnt [Aanpassen is gereed.].
De glasplaat gebruiken om te scannen
1
Open de aanvoer.
2
Volg de instructies op het scherm om de testpagina op de glasplaat te plaatsen.
3
Sluit voorzichtig de aanvoer.
4
Druk op [Start scannen].
De testpagina wordt gescand en de kalibratie wordt uitgevoerd.
Als de kalibratie is voltooid, verschijnt [Aanpassen is gereed.].
5
Verwijder de proefpagina van de glasplaat.
N.B.
Als u het kalibratieniveau wijzigt
U kunt [Aanpassingsniveau] op het scherm in stap 2 gebruiken om het bereik voor de toepassing van een Snelle aanpassing in te stellen. Standaard is [Op groep papiertype] ingesteld en kunt u nauwkeurigere kalibraties uitvoeren voor elk papiertype dat in stap 4 is geselecteerd. Als u [Eenvoudig] selecteert, neemt de kalibratienauwkeurigheid af, maar wordt de tijdsduur van de kalibratie korter. Beheerdersrechten zijn vereist om de instelling te kiezen.
C49U-113