Wat u moet doen voordat u deze machine gaat gebruiken

Dit gedeelte beschrijft de belangrijke registratie-instellingen en procedures welke u dient uit te voeren en te volgen voordat de machine kan worden gebruikt voor verzendopdrachten.
BELANGRIJK
Als u de machine gebruikt zonder de juiste registratiegegevens, zal de machine mogelijk niet goed functioneren.

Netwerkinstellingen (Zie "Sending E-Mail/I-Faxes.")

U moet een netwerk instellen als u gescande documenten wilt versturen naar een e-mailadres, een I-faxadres of een bestandsserver.

Instellen van de displaytaal

Om de weergavetaal te wijzigen, schakelt u eerst [Taal/Toetsenbord schakelaar Aan/Uit] in voordat u tekens invoert. (Zie "Taal/Toetsenbord schakelaar activeren.")
Als u [Taal/Toetsenbord schakelaar Aan/Uit] van 'Uit' instelt op 'Aan' nadat u tekens hebt ingevoerd, worden de tekens wellicht niet goed weergegeven. In deze situatie dient u de tekens opnieuw in te voeren nadat [Taal/Toetsenbord schakelaar Aan/Uit] is ingeschakeld of dient u de tekens in te voeren terwijl [Taal/Toetsenbord schakelaar Aan/Uit] is uitgeschakeld.
Als u [Taal/Toetsenbord schakelaar Aan/Uit] inschakelt, kunnen sommige tekens niet worden ingevoerd.

Registreren van het verzendrecord

U kunt afzendergegevens invoeren die bij de ontvanger worden afgedrukt wanneer u een document per I-fax verstuurt.
De opgeslagen informatie wordt afgedrukt zoals hieronder is afgebeeld. Afhankelijk van het model van de machine bij de ontvanger, kan deze informatie ook op het display verschijnen terwijl de communicatie plaatsvindt.
Datum en tijd
De datum en tijd van de verzending zijn opgeslagen.
I-fax-adres
Het I-fax adres van uw machine wordt afgedrukt.
Naam bestemming
Als u een origineel verzendt en een bestemming uit het adresboek selecteert, wordt de opgeslagen naam van de bestemming weergegeven in het verzendrecord. (Zie "Nieuwe adressen opslaan.")
Paginanummer
Het huidige paginanummer van het totale aantal pagina's van het origineel wordt vastgelegd.

Apparaatnaam voor e-mail/I-fax registreren

Wanneer u een document via e-mail of I-fax verzendt, wordt de naam van de machine bij de andere partij getoond of afgedrukt als naam van de afzender. U kunt de naam van uw onderneming of afdeling registreren als naam van de machine. (Zie "Apparaatnaam voor e-mail/I-fax opslaan.")

Instellen van de actuele datum en tijd

U kunt de huidige datum en tijd instellen. (Zie "Huidige datum en tijd.")
De huidige datum en tijdinstellingen worden gebruikt als standaardtijdklokinstellingen bij functies waar deze nodig zijn.
<Tijdzone>:
De standaard tijdzones van de wereld worden wereldwijd weergegeven als tijdverschil in uren (ongeveer tot max. 12 uur) ten opzichte van GMT*1 (± 0 uur). Een tijdzone is een gebied waarin dezelfde tijd heerst.
<Zomertijd>:
In sommige landen wordt de tijd tijdens de zomerperiode tijdelijk vooruitgezet. De periode waarin dit van toepassing is, wordt "Zomertijd" genoemd.
*1 De tijd bij de Greenwich Observatory in Engeland wordt GMT (Greenwich Mean Time) genoemd.

N.B.
U kunt de machine ook instellen om het verzendrecord niet af te drukken. (Zie "Afdrukken van de TX-terminal ID.")
Als de machine is ingesteld om het verzendrecord bovenaan het afdrukpapier af te drukken terwijl u niet alle items heeft opgeslagen, worden alleen de opgeslagen items en het totale aantal pagina's van het origineel afgedrukt.
Om bij de ontvanger de naam van de bestemming af te drukken, schakelt u <Weergave naam bestemming> in bij [TX terminal ID].
U kunt aangeven dat u de datum en tijd automatisch wilt laten synchroniseren met een server op het netwerk. (Zie "Settings Common to TCP/IPv4 and TCP/IPv6.")
Als het Lokale apparaat authentificatie gebruikersauthentificatiesysteem van SSO-H is ingesteld als de login service en u een e-mailbericht verzendt:
Het e-mailadres van de inloggende gebruiker dat is opgeslagen voor het Lokale Apparaat Authentificatie Gebruikersauthentificatie systeem van SSO-H verschijnt in het veld Van bij op het e-mailbericht bij de ontvangende partij in plaats van het e-mailadres dat voor deze machine is opgeslagen bij de instellingen voor Apparaatinformatie.
Het e-mailadres dat u hebt opgeslagen bij de Apparaatinformatie-instellingen van deze machine verschijnt in het veld Van op de I-faxmachine van de ontvanger. Het e-mailadres van de ingelogde gebruiker dat is opgeslagen voor het Lokale apparaat authentificatie gebruikersauthentificatiesysteem van SSO-H, wordt weergegeven in het veld Afzender.
Als het Serverauthentificatie gebruikersauthentificatiesysteem van SSO-H (inclusief uitvoering van Serverauthentificatie met het 'Serverauthentificatie + Lokale apparaat authentificatie' gebruikersauthentificatiesysteem) is ingesteld als de inlogservice en u een e-mailbericht verzendt:
Het e-mailadres dat is ingesteld voor de aangemelde gebruiker via de Serverauthentificatie of iW Account Manager, verschijnt bij de machine van de ontvanger in het veld Van. Dit in plaats van het e-mailadres dat u heeft geregistreerd bij de Apparaatinformatie-instellingen voor deze machine.
Het e-mailadres dat u heeft opgeslagen bij de Apparaatinformatie-instellingen voor deze machine verschijnt in het veld Van en het e-mailadres dat is ingesteld voor de aangemelde gebruiker via de Serverauthentificatie of iW Accounting Manager verschijnt bij de machine van de ontvanger in het veld Afzender.
Als [Stel geaut. gebr.bestem. naar afzender in] is ingesteld op 'Aan' bij Instellingen E-mail/I-fax, zal het e-mailadres van de ingelogde gebruiker worden getoond in het veld Van op de machine van de andere partij. Dit ongeacht de inlogservice.
Als u deze modus instelt op [Stel geaut. gebr.bestem. naar afzender in], zal het adres dat is opgeslagen als apparaatinformatie in plaats daarvan worden getoond.
Voor instructies over het opslaan van het e-mailadres van uw machine raadpleegt u "Standaard communicatie-instellingen voor E-mail/I-Fax."
18JC-11A