Kaartsleuf
Controlekaart
|
1
|
Controleer of het scherm voor het invoeren van een controlekaart wordt weergegeven.
|
|
2
|
Controleer de invoerrichting van de controlekaart en steek hem in de kaarthouder.
|
|
3
|
Controleer of het scherm Start wordt weergegeven. Startscherm
|

|
1
|
Verwijder de controlekaart uit de kaarthouder.
|
|
2
|
Controleer of het scherm voor het instellen van een controlekaart wordt weergegeven.
|
|
|
Als het scherm Start niet verschijnt wanneer de controlekaart is ingevoerd, controleer dan of de controlekaart er in de juiste invoerrichting is ingestoken en of hij niet beschadigd is of niet gebruikt mag worden.
|